Psycho 3 Flashcards
H4, 5, 7 (29 cards)
Wat is internaliserende problematiek?
Over-controle over emoties en impulsen → innerlijke onrust
Internaliserende problematiek verwijst naar problemen die zich binnenin een persoon manifesteren, vaak gekenmerkt door angst en depressie.
Wat is externaliserende problematiek?
Onvoldoende controle over emoties en impulsen → uit-ageren van spanningen
Externaliserende problematiek omvat gedragingen die naar buiten gericht zijn, zoals agressie of antisociaal gedrag.
Wat zijn de functies van angst?
- Vitale emotie
- Normale reactie op gevaar
- Cruciaal om te overleven
Angst is een fundamentele emotie die ons helpt te reageren op bedreigingen.
Wat zijn de effecten van angst?
- Staat van paraatheid
- Vrees en zorg
Deze effecten helpen individuen om zich voor te bereiden op en te reageren op gevaar.
Welke perspectieven verklaren het ontstaan van angst?
- Biologisch perspectief: genetische kwetsbaarheid
- Leerperspectief: klassieke conditionering, modeling
Het leerperspectief benadrukt de rol van omgevingsfactoren in de ontwikkeling van angst.
Wat is de kern van angststoornissen?
- Langdurige belemmering
- Angst heeft een duidelijk onderwerp: specifieke fobie, sociale fobie, paniekstoornis met agorafobie, obsessive compulsive stoornis
Deze stoornissen zijn gekenmerkt door intense en aanhoudende angst.
Wat zijn de biologische behandelingen voor angst?
- Acute angstremming → benzodiazepines
- Langdurige angstremming → antidepressiva
Deze medicijnen helpen om de symptomen van angst te verminderen.
Wat zijn de psychologische behandelingen voor angst?
- Cognitieve therapie → irrationele gedachten uitdagen
- Gedragstherapie → angst stimulus hiërarchie
Psychologische behandelingen richten zich op het veranderen van de gedachten en gedragingen die angst bevorderen.
Wat is stress?
De druk om zich aan te passen / te schikken
Stress is een reactie op uitdagingen of bedreigingen die aanpassingen vereisen.
Wat zijn de factoren die stress beïnvloeden?
- Psychologische factoren
- Lichamelijke factoren
- Fysieke factoren
Deze factoren kunnen de manier waarop een persoon stress ervaart en ermee omgaat beïnvloeden.
Wat is coping?
Regulering van de impact van stress
Copingstrategieën helpen individuen om met stressvolle situaties om te gaan.
Wat is het diathese stress model?
Stress kan een onderliggende stoornis triggeren
Biologische kwetsbaarheid + stress = psychische stoornis.
Hoe beweegt stemming mee met dagelijkse ervaringen?
- Via stemming voelen we wat we meemaken
- De stemming motiveert ons tot aanpassingen
Stemming is een reflectie van onze ervaringen en beïnvloedt ons gedrag.
Wat zijn stemmingsstoornissen?
Stoornissen die door een verstoorde stemming worden gekenmerkt.
Stemmingsstoornissen zoals depressie of bipolaire stoornis kenmerken zich door extreme en aanhoudende stemmingsveranderingen.
Wat is de cognitieve triade van depressie?
- Negatief zelfbeeld
- Negatief wereldbeeld
- Negatief toekomstbeeld
Deze triade helpt bij het begrijpen van de denkpatronen die bijdragen aan depressieve symptomen.
HPA-as
Reguleert de hoeveelheid cortisol en adrenaline. Speelt belangrijke rol bij stress.
Algemeen aapassingssyndroom (GAS)
Respons van het lichaam op langdurige of hevige stress.
Stadia van GAS
- Alarmreactie: mobiliseert het lichaam zodat het kan verdedigen.
- Weerstand: lichaam probeert stress te doorstaan en hulpbronnen op peil te houden.
- Uitputting: weerstand neemt af.
Accultatiestress
De druk om je aan te passen aan de cultuur van gastland of de dominante cultuur.
Emotiegerichte coping
Gericht op het omgaan met gedachtes en emoties die een stressor oproept.
Vermijdingsgerichte coping
Gericht op afleiding zoeken van stressors.
Probleemgerichte coping
Proberrt de stressor aan te pakken.
Aanpassingsstoornis
Ongepaste reactie op duidelijke stressor.
Manifesteerd zich binnen drie maanden na gebeurtenis en verdwijnt als de stressor wegvalt.
Acute stress stoornis
Reactie op traumatische stress in de maand na de gebeurtenis. Mensen kunnen zich verdoofd of onwezenlijk voelen.