Rally 3 - CR15 Je Dois Aller À L’hôpital? Nederlands -> Frans Flashcards
(68 cards)
1
Q
Het verband
A
Le bandage
2
Q
De pil
A
Le comprimé
3
Q
Het lichaam
A
Le corps
4
Q
De dokter
A
Le docteur
5
Q
De verpleger
A
L’infirmier
6
Q
De verpleegster
A
L’infirmière
7
Q
De pijnstiller
A
Le médicament antidouleur
8
Q
De zalf
A
La pommade
9
Q
Pijn hebben aan
A
Avoir mal à (+ partie du corps)
10
Q
Bewegen
A
Bouger
11
Q
Opheffen
A
Lever
12
Q
Plooien
A
Plier
13
Q
Zich kwetsen aan
A
Se blesser à (+ partie du corps)
14
Q
Breken
A
Se casser (+ partie du corps)
15
Q
Hoesten
A
Tousser
16
Q
Behalve dat/ daarnaast
A
À part ça
17
Q
Veel beterschap!
A
Bon rétablissement!
18
Q
In topvorm zijn
A
Être en pleine forme
19
Q
Verkouden zijn
A
Être enrhumé(e)
20
Q
Zwak zijn
A
Être faible
21
Q
Moe zijn
A
Être fatigué(e)
22
Q
Het hart
A
Le cœur
23
Q
De vinger
A
Le doigt
24
Q
De rug
A
Le dos
25
De neus
Le nez
26
Het oog/ de ogen
L’œil (m)/ les yeux
27
De teen
L’orteil (m)
28
De voet
Le pied
29
De buik
Le ventre
30
Het aangezicht
Le visage
31
De mond
La bouche
32
De tand
La dent
33
De schouder
L’épaule (f)
34
De keel
La gorge
35
De hand
La main
36
De nek
La nuque
37
Het oor
L’oreille (f)
38
La poitrine
De borstkas
39
Het hoofd
La tête
40
De astma
L’asthme (m)
41
De verkoudheid
Le rhume
42
De diarree
La diarrhée
43
De verstuiking, de verzwikking
L’entorse (f)
44
De koorts
La fièvre
45
De griep
La grippe
46
Gedeprimeerd, neerslachtig
Déprimé(e)
47
L’hôpital (m)
Het ziekenhuis
48
De ambulance
L’ambulance (f)
49
Het ziekenhuis
La clinique
50
De apotheek
La pharmacie
51
De (tand)beugel
L’appareil dentaire (m)
52
Het ijsblokje
Le glaçon
53
De pleister
Le sparadrap
54
Het tabletje
La pastille
55
Helpen
Aider
56
Roepen, opbellen
Appeler
57
Vooruitgaan
Avancer
58
Zich draaierig voelen
Avoir le vertige
59
Een gebroken arm hebben
Avoir le bras cassé
60
Kloppen (van het hart)
Battre
61
Lopen, rennen
Lopen
62
In bed blijven
Garder le lit
63
Stappen
Marcher
64
Blijven
Rester
65
Stoppen
S’arrêter
66
Zich verbranden
Se brûler
67
Vallen
Tomber
68
Onderzoeken
Examiner
