sporn stuctusagdhuegf Flashcards
(47 cards)
Wat is bewoningsgeschiedenis?
De lagen van de bewoning in verschillende periodes.
Wat is een esdek?
Een nieuwe toegevoegde vruchtbare grondlaag.
Wat betekent vlak in de context van archeologie?
Ieder laagje die je weghaalt voor onderzoek, dat creëert een nieuw vlak.
Wat houdt couperen in?
Een spoor doormidden snijden, dus half opgraven.
Wat is afwerken in archeologisch onderzoek?
De andere helft van het spoor opgraven voor meer info.
Noem de 2 soorten opgravingen.
- Vlak dekkend opgraven
- opgraven in vakken
Wat komt na het afgraven van de bodem?
Zeven, verzamelen van vondsten, splitsen op categorie.
Wat zijn veel voorkomende sporen en vindplaatsen?
- Steentijdsites
- Nederzetting
- Inrichting van het landschap
- Middeleeuwse stadskern
- Vestingbouw
- Religieus
- Grafveld
- Infrastructuur
- Ambacht, industrie
- Conflict.
Wat blijft erover van een archeologisch spoor?
Verkleurde grond.
Wat zijn de verschillende categorieën van sporen?
- Vuur
- Water
- Kuilen
- Landbewerking
- Begraving.
Wat zijn haardkuilen?
kuilen in de grond met houtskoolresten die gebruikt zijn om vuur te maken.
Wat zijn ovens in archeologie?
constructies die gebruikt zijn voor productie.
Wat zijn de kenmerken van waterputten?
Verschillende periodes, vaak met iets van de constructie aanwezig.
Wat zijn de kenmerken van paalkuilen?
Veel voorkomende sporen uit verschillende periodes.
Wat zijn de kenmerken van afvalkuilen?
Kuilen met rommelige vulling en resten van vondsten.
Wat zijn voorraadkuilen/silo’s?
Opslagstructuren uit de prehistorie.
Wat zijn leemkuilen?
Kuilen voor leemwinning, vaak met gestructureerde sporen.
Wat zijn ploegen sporen?
Sporen van landbewerking, moeilijk te vinden omdat ze ondiep zijn.
Wat zijn spitsporen?
Systematische happen/vlekken uit verschillende perioden.
Wat zijn hekwerken?
Reeks sporen die bescherming bieden of grenzen markeren.
Wat zijn hoefindrukken?
Bijzonder ondiepe sporen van verschillende perioden.
Wat zijn inhumatie en crematie?
- Inhumatie: begraving in verschillende perioden
- Crematie: verbranding met aandacht voor vullingen.
Wat is lithologie?
De studie van grondsoorten.
Wat zijn de verschillende transportmechanismen van grond?
- Eolisch (wind)
- Glaciaal (ijs)
- Marien (zee)
- Fluviatiel (rivier)
- Lacustrien (meer).