stoom en fabrieken (h7) Flashcards

tijdvak: tijd van stoommachines en burgers (1800-1900) (17 cards)

1
Q

industriële revolutie

A

de snelle overgang van handmatige productie naar machinale productie van goederen met enorme sociaal-economische gevolgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

socialisme

A

politieke stroming die streeft naar gelijkheid tussen de sociale klassen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

liberalisme

A

politieke stroming waarbij de persoonlijke vrijheid voorop staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

modern imperialisme

A

proces waarbij landen hun macht in andere delen van de wereld uitbreiden voor hun eigen economische en politieke gewin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

schaalvergroting

A

het proces van groei van de productie per bedrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

huisnijverheid

A

werkzaamheden thuis voor vooral handmatige productie, vaak in opdracht van een handelaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

waterframe

A

tweede generatie spinmachine, aangedreven door waterkracht (uitvinding van richard arkwright)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

mechanisering

A

vervanging van handmatige handelingen door machinale handelingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

transport

A

het vervoeren van producten en personen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

industriestad

A

een stad die snel is gegroeid/uitgebreid vanwege industrialisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

urbanisatie

A

migratieproces van platteland naar stad, ook wel verstedelijking genoemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

arbeidsdeling

A

de opsplitsing van een fabricageproces in alle onderdelen daarvan, met de bedoeling elk onderdeel door een andere arbeider te laten uitvoeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

arbeidsomstandigheden

A

het lichamelijk en geestelijk klimaat waarin gewerkt moet worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

sociale kwestie

A

de discussie over de armoede onder de arbeiders en wat de overheid daar aan moet doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

kinderarbeid

A

betaald (fabrieks)werk dat in een gewone werkweek door (kleine) kinderen verricht wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

kolonie

A

gebied dat het bezit is van, en bestuurd wordt door, een ander land

17
Q

cultuurstelsel

A

economisch systeem in indonesië tussen 1830 en 1870 waarbij de bevolking verplicht werd landbouwproducten te verbouwen voor de nederlanders