T-cellen Flashcards

(7 cards)

1
Q

Cytotoxische T-cellen

A
  • CD8+
  • doden viraal/bacterieel geïnfecteerde cellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

T-helper cellen

A
  • CD4+
  • cytokines bepalen wat voor Th-cel de naive T-cel wordt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Th1-cel

A

Helpen macrofagen om pathogenen te vernietigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Th2-cel

A

Helpen eosinofielen, B-cellen, mestcellen en basofielen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Th17-cel

A

Helpen neutrofielen te reageren op extracellulaire bacteriële en fungi infecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

T{FH}-cel

A

Verantwoordelijk voor activatie naive B-cellen en differentiatie naar plasma cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Regulatoire T-cellen

A
  • CD25+
  • produceren immunosuppressive en anti-inflammatoire cytokinen
  • kunnen binden aan naive T-cellen en DC’s om activatie van T-cellen te voorkomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly