termen erfelijkheidsleer les 4 Flashcards
(26 cards)
waar vinden we DNA
in de celkernen (chromosomen)
en in de mitochondriën
wat is de volle naam van DNA en wat is het
desoxyribose nucleïnezuur
opgebouwd uit nucleotiden
purines (Guanine, Adenine)
pyrimidines (Cytosine, Thymine (Uracil in RNA))
structuur van DNA
desoxyribose (suiker)
basen: purines 2ringen, pyrimidines 1ring
fosfaatgroep
welke nucleotiden binden en hoe doen ze dit
fosfordiësterbinding tussen 2 kettingelementen (door DNA polymerase)
waterstofbruggen tussen G-C en tussen A-T/C
wat is de 5’ en wat is de 3’ kant
3’ kant is kant met suiker
5’ kant is kant met fosfaatgroep
wat is een chromosoom
het nucleosoom dat zich rond histonen bindt
wat is een nucleosoom
geheel van chromatine
DNA replicatie stappen
stap 1: helicase breekt waterstofbruggen
stap 2: DNA replicatie begint op origin of replication door hechting van een RNA-primer
3’5’ kant wordt leading 5’3’ strand gevormd in
5’3’ kant worden kleine okazakifragmenten 3’ gemaakt
DNA-ligase hecht okazakifragmenten aan elkaar
wat is semi-conservatief
DNA replicatie behoud de ene helft van de originele DNA streng en maakt een nieuwe kopie voor de tweede
wat is een gen
een specifiek stuk DNA dat codeert voor een specifiek eiwit
wat is een locus
een vaste plaats op het chromosoom voor een bepaald gen
wat is een allel
verschillende varianten voor een bepaald gen
stappen van transcriptie
stap 1: binding van transcriptiefactoren op promotor
stap 2: anti sense streng in 3’5’ richting
sense streng wordt niet overgeschreven maar is hetzelfde als net aangemaakte streng
stap3: RNA wordt in 5’3’ aangemaakt
stap 4: post-transcriptionele modificaties
wat is de sense streng en wat is de antisense streng
de antisense streng is de 3’5’ streng, deze wordt gelezen
de 5’3’ streng is de streng die lijkt op de nieuwe streng
wat is de promotor
hierop binden transcriptiefactoren (activerende/inhiberende)
bevatten cis-acting elementen: voor weefselspecifieke genen (tataaa) box of CCAAT box en voor housekeeping genen GC box
welke soorten cis-acting elementen bestaan er en wat zijn dit
promotor regio is een cis-acting element
voor weefselspecifieke genen (tataaa) box of CCAAT box
voor housekeeping genen GC box
hierop binden transcriptiefactoren trans-acting elementen
wat zijn trans-acting elementen en welke soorten bestaan er
transcriptiefactoren
inhiberende en activerende
welke soorten post-transcriptionele modificaties bestaan er en leg uit
capping: blokkeren van 5’ uiteinde
polyadenylatie: blokkeren van 3’ uiteinde
splicing: uitknippen van intronen en aan elkaar plakken van exonen
wat is capping
post-transcriptionele modificatie
blokkeren van 5’ uiteinde
wat is polyadenylatie
post-transcriptionele modificatie
blokkeren van 3’ uiteinde
wat is splicing
post-transcriptionele modificatie
uitknippen van intronen en aan elkaar plakken van exonen
waar gebeurt translatie
in het cytoplasma aan de ribosomen
translatie kopieren hoe gebeurt het
r(ibosomaal)DNA bindt op mRNA op startcodon AUG in P-site
in A-site komt nieuw tRNA (nucleuotiden verbinden)
rRNA schuift op: A-site weer vrij
nieuw tRNA tot plots stopcodon (geen tRNA maar releasingfactor bindt in A-site)
wat zijn de startcodons
AUG