Tics

Question 1

Indeling Tics

Answer 1

Motorisch - Vocaal
Enkelvoudig - complex
Overige vormen

Question 2

Coprolalie

Answer 2

Schuttingtaal

Question 3

Copropraxie

Answer 3

Obsceen gebaren

Question 4

Echolalie

Answer 4

Herhalen wat iemand zegt

Question 5

Echopraxie

Answer 5

Herhalen wat iemand doet

Question 6

Palilalie

Answer 6

Zichzelf herhalen

Question 7

Stereotypie

Answer 7

Handelingen die voldoening geven. Anders dan een tic: langzamere beweging en drijfveer is de voldoening.

Question 8

Voorlopige ticstoornis (criteria)

Answer 8

< 12 maanden en < 18 jaar

Question 9

Chronische ticstoornis (criteria)

Answer 9

> 12 maanden, < 18 jaar en geen gelijktijdige tics

Question 10

Gilles de la Tourette

Answer 10

(meerdere) Motorische tics (eerst), > 1 vocale tic (later), openbaart tussen 3 en 10 jaar.

Question 11

Comorbiditeiten Tics

Answer 11

ADHD, OCD, Depressie en Angst

Question 12

Prognose Tics

Answer 12

In adolescentie vaak spontane remissie.

Prognose is slechter bij een positieve familieanamnese.

Question 13

Diagnose tics

Answer 13

Anamnese, observeren en familieanamnese.

MRI kan verkleining basale ganglia tonen en verkleind Corpus Callosum tonen.

Question 14

Etiologie tics

Answer 14

Vooral genetisch en soms omgevingsfactoren

Question 15

Pathofysiologie tics

Answer 15

Cortico-striato-thalame-circuit disbalans (tussen dopaminerge > serotonerge circuits).

Question 16

Therapie tics

Answer 16

Uitleg en geruststelling

GLT: psycho-educatie, en evt antipsychotica (haloperidol) of alfa2 agonist (clonidine).