Toxoplasma gondii Flashcards

(12 cards)

1
Q

soort

A

protozoa = eencellige parasiet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

seksuele fase

A

In de darm van de kat worden infectieuze oöcysten gevormd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe ontstaat acute infectie bij de mens

A

consumptie van vlees met cysten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Epidemiologie

A
  • 1/4de is wereldwijd geïnfecteerd
  • kat = eindgastheer
  • dierlijk reservoir: katten, ratten, muizen, …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

besmetting van de mens vnl via

A
  • Onvoldoende verhit besmet vlees
  • Groenten gecontamineerd met stoelgang van katten
  • Congenitaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Pathogenese

A
  • Vorming van weefselcysten in weefsels.
  • Vorming van laesies bij verminderde immuniteit
  • Transplacentaire besmetting foetus met vorming van weefselcysten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ziektebeelden

A
  • Immuun-competente personen: acute infectie, meestal asymptomatisch, soms aspecifieke symptomen
  • Zelden ooginfectie
  • Primaire infectie van zwangere vrouw, evt. transmissie naar foetus
  • Bij verminderde cellulaire immuniteit: ernstige ziekte, evt. heractivatie van weefselcysten met ontstaan van bolvormige laesies in hersenen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Primaire infectie van zwangere vrouw, evt. transmissie naar foetus

A
  • In vroege zwangerschap is transmissie zeldzaam maar wel ernstige afwijkingen
  • Later is transmissie frequenter, maar wel minder afwijkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

diagnose

A
  • serologie
  • NAAT
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Preventie

A
  • = belangrijk voor risicogroepen
  • vermijden onvoldoende doorbakken vlees
  • rauwe groenten vermijden
  • blootstelling aan kattenfeces vermijden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

behandeling immuun-competente personen

A

niet nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

behandeling patiënten met verminderde immuniteit en zwangere vrouwen

A

antibiotica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly