TWT P5 GS

Question 1

erfelijk

Answer 1

als iets van ouders op kinderen overgaat

Question 2

gezag

Answer 2

macht, overwicht

Question 3

graaf

Answer 3

hoge edelman, bestuurder van een graafschap

Question 4

hertog

Answer 4

hoge edelman, bestuurder van een hertogdom

Question 5

leenheer

Answer 5

vorst of hoge edelman die een gebied laat besturen door een leenman

Question 6

leenman

Answer 6

(vazal) edelman die een gebied bestuurt in opdracht van een leenheer

Question 7

leenstelsel

Answer 7

(feodalisme) bestuurssyteem met leenheren en leenmannen

Question 8

middeleeuwen

Answer 8

derde periode, 500-1500

Question 9

ridder

Answer 9

militair te paard

Question 10

tijd van monniken en ridders

Answer 10

derde tijdvak 500-1000

Question 11

domein

Answer 11

gebied van edelman of klooster

Question 12

heerlijk recht

Answer 12

recht van de heer van een domein

Question 13

herendienst

Answer 13

onbetaald werk voor een heer

Question 14

hof

Answer 14

woning van een edelman

Question 15

hofstelsel

Answer 15

economisch systeem met horigen op domeinen

Question 16

horige

Answer 16

halfvrije boer

Question 17

horigheid

Answer 17

onvrijheid van horigen

Question 18

privilege

Answer 18

speciaal recht, voorrecht

Question 19

rentmeester

Answer 19

iemand die voor de eigenaar een domein beheert

Question 20

stand

Answer 20

groep met een vaste sociale positie en speciale rechten

Question 21

aanbod

Answer 21

wat iemand wil verkopen

Question 22

bank

Answer 22

bedrijf dat geld bewaart, wisselt en uitleent

Question 23

Leg uit wat ¨specerij¨ betekend

specerij

Wordt gebruikt in soep en andere soorten eten

Ik vind de smaak een beetje vies, het heeft specerij nodig.

Answer 23

plantaardige smaakstof

Question 24

tol

Answer 24

belasting voor het gebruik van een weg, rivier of brug

Question 25

verstedelijking

Answer 25

het ontstaan en de groei van steden

Question 26

vraag

Answer 26

wat iemand wil kopen

Question 27

winst

Answer 27

wat iemand aan geld overhoudt na de koop en verkoop van een product

Question 28

burgemeester

Answer 28

hoogste bestuurder van een stad

Question 29

burgerij

Answer 29

alle burgers

Question 30

gewest

Answer 30

provincie

Question 31

keur

Answer 31

stadswet

Question 32

Nederlanden

Answer 32

(lage landen) gewesten in Nederland, België en Luxemburg

Question 33

raadhuis

Answer 33

gebouw van het stads bestuur

Question 34

schepen

Answer 34

bestuurder en rechter in een stad

Question 35

stadsrecht

Answer 35

privilege van een stad

Question 36

tijd van steden en staten

Answer 36

vierde tijdvak 1000-1500

Question 37

vroedschap

Answer 37

groep van aanzienlijke burgers die het stadsbestuur adviseert en controleert

Question 38

centralisatie

Answer 38

als een land steeds meer vanuit één centrale plek wordt bestuurd

Question 39

derde stand

Answer 39

burgerij

Question 40

hofhouding

Answer 40

huishouding en bedienden van een vorst

Question 41

inspraak

Answer 41

je mening mogen geven als een besluit wordt genomen

Question 42

investituur

Answer 42

plechtige benoeming van een bisschop

Question 43

keurvorsten

Answer 43

Duitse hoge edelen en bisschoppen die de koning kiezen

Question 44

parlement

Answer 44

1. vergadering van de drie standen in Engeland. 2. Nu: volksvertegenwoordiging

Question 45

staatsvorming

Answer 45

als een land steeds meer als eenheid wordt bestuurd

Question 46

Staten-Generaal

Answer 46

1. vergadering van de drie standen in de Nederlanden en Frankrijk. 2. Nu: volksvertegenwoordiging