Unit 5 Flashcards

(108 cards)

1
Q

Ongeïnteresseerd, verveeld

A

Bored

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Voorzichtig

A

Careful

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Zorgzaam

A

Caring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

zelfzeker
Niet zelfzeker

A

confident
Unconfident

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Nieuwsgierig

A

Curious

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

efficiënt
Inefficiënt

A

efficient
Inefficient

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Energiek

A

Energetic

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Enthausiast

A

Enthusiastic

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Flexibel
Niet flexibel

A

Flexible
Inflexible

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vriendelijk
Onvriendelijk

A

Friendly
Unfriendly

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Vrijgevig

A

Generous

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hardwerkend

A

Hard-working

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Behulpzaam
Niet behulpzaam

A

Helpful
Unhelpful

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Eerlijk
Oneerlijk

A

Honest
Dishonest

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Intelligent

A

Intelligent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Aardig
Niet aardig

A

Kind
Unkind

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Luidruchtig

A

Loud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Trouw, loyaal
Ontrouw, niet loyaal

A

Loyal
Disloyal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Geduldig
Ongeduldig

A

Patient
Impatient

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Speels

A

Playful

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Beleefd
Onbeleefd

A

Polite
Impolite

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Nauwkeurig

A

Punctual

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Kalm, stil

A

Quiet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Respectvol
Disrespectivol

A

Respectful
Disrespectful

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Verantwoordelijk Onverantwoordelijk
Responsible Irresponsible
26
Gevoelig
Sensitive
27
Sociable
Sociaal
28
Spontaam
Spontaneous
29
Talentvol
Talented
30
Geïnteresseerd Ongeïnteresseerd
Interested Uninterested
31
Hartelijk
Warm
32
Een wijde broek
(a pair of) baggy trousers/pants
33
Een uitlopende broek
(a pair of) bellbottoms
34
Een mantel
A coat
35
Een kleedje
A dress
36
(een paar) handschoenen
(A pair of) gloves
37
(een paar) hakken
(a pair of) high heels
38
Een jas
A jacket
39
Een jumpsuit
A jumpsuit
40
Een outfit
An outfit
41
(een paar) platform schoenen
(a pair of) platform shoes
42
Een sjaal
A scarf
43
Een maatpak
A tailored suit
44
Een panty
(a pair of) thights
45
Een riem
A belt
46
Oorbellen
Earrings
47
Een ketting
A necklace
48
Een strakke boek
Skinny trousers
49
Licht groen
Light green
50
Wit
White
51
Roze
Pink
52
Bruin
Brown
53
Rood
Red
54
Paars
Purple
55
Beige
Beige
56
Diepblauw
Deep blue
57
Donker groen
Dark green
58
Zwart
Black
59
Blauw
Blue
60
Geel
Yellow
61
Grijs
Grey
62
Oranje
Orange
63
Turquoise
Turquoise
64
Regenbooggekleurd
Rainbow-coloured
65
Pastelgekleurd
Pastel-coloured
66
Metaalkleurig
Metallic-coloured
67
Ombre
Ombre
68
Katoen
Cotton
69
Zijde
Silk
70
Fluweel
Velvet
71
Wol
Wool
72
Alledaags
Casual
73
Chic
Chic
74
Klassiek
Classic
75
Van deze tijd
Contemporary
76
Te alledaags
Dressed way down
77
Modieus
Fashionable
78
Gekleed
Formal
79
Glamoureus
Glamorous
80
Mooi, alternatief
Gorgeous
81
Modern
Modern
82
Praktisch
Practical
83
Nauwaansluitend
Skinny
84
Nerjes
Smart
85
Op maat gemaakt
Tailored
86
Strak
Tight
87
Tijdloos
Timeless
88
Lelijk
Igly
89
Lokt geen complimenten uit
Unflattering
90
Breed
Wide
91
Wat mij betreft,...
As far as I'm concerned,...
92
Ik geloof dat ...
I believe that ...
93
In mijn ervaring, ...
In my experience, ...
94
Naar mijn mening, ...
In my opinion, ...
95
Ik geloof echt ...
I really think ...
96
Persoonlijk denk ik ...
Personally, I think ...
97
Wat ik bedoel is ...
What I mean is, ...
98
Ik ga akkoord
I agree
99
Ik ga niet akkoord
I disagree
100
Ik ga niet akkoord
I disagree
101
Ik ga helemaal akkoord met jou
I totally agree with you
102
Ik denk het niet
I don't think so
103
Maar ik denk van wel
But I do
104
Maar ik denk het niet
But I don't
105
Ik ook niet
Neither do I
106
Ik ook
So do I
107
Gekleurd vb: pastelgekleurd
-coloured vb: pastel-coloured
108
Gelijkend op vb: princesachtig
-like vb: princess-like