Voc Répons à la réclamation et rappel Flashcards

(52 cards)

1
Q

een vat

A

un baril,un tonnelet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

blikken

A

des bidons

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

kratten met openingen

A

des caisses à claire-voie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

fruitdozen

A

cageots de fruits

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

golfkarton

A

du carton ondulé

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

droog houden

A

craint l’humidité, garder au sec

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

aanhalen

A

invoquer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

een spijtig voorval

A

un incident fâcheux

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

een grote schade

A

un grave préjudice

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

een vervelende tegenslag

A

un contretemps gênant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

een verborgen gebrek

A

un vice caché

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

een diepgaan onderzoek

A

un examen approfondi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

rechtzetten

A

rectifier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

betalen

A

encaisser

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

de snelste verzending

A

l’expédition dans les meilleurs délais

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

een geval van duidelijk overmacht

A

un cas manifeste de force majeure

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

ten zeerste

A

vivement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

uw voorbehoud

A

vos réserves

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

verveeld zijn met

A

être dans l’embarras

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

een ongelukkige situatie

A

une situation embarrassante

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

per ongeluk

A

par inadvertance

22
Q

vermits

A

puisque, vu que,

23
Q

inrichten

A

aménager, installer un local

24
Q

onderworpen aan veel testen

A

soumis à de nombreux essais

25
heeft kunnen ontsnappen
ait pu échapper
26
ondanks het feit dat
non obstant que
27
in een teken van goede trouw
en signe de bonne foi
28
een openstaand bedrag
un montant en souffrance
29
behoudens vergissing of vergetelheid van onze zijde
sauf erreur ou omission de notre part
30
die vervalt op
échéant/qui échoit
31
innen
encaisser/ recouvrer
32
een ingebrekestelling
une mise en demeure
33
een gerechtelijke vervolging
une poursuite judiciaire
34
een beroep op het gerecht
un recours à la justice
35
een minnelijke schikking
un arrangement à l'amiable
36
de dienst geschillen
le service du contentieux
37
een betwiste zaak
une affaire litigieuse
38
een nalatigheid
une négligence
39
onvoorziene problemen
des problèmes imprévus
40
voorlopige financiële moeilijkheden
des problèmes financiers passagers
41
financieren
financer
42
financiering
le financement
43
het failissement
la faillite
44
bereiken
parvenir
45
spreiding
l'étalement
46
verschuldigd, aansprakelijk te betalen
redevable de
47
een partij goederen
un lot de marchandises
48
bij verschillende gelegenheden
à plusieurs reprises
49
een lokaal inrichten
aménager un local
50
de betwiste schuldvordering
le recouvrement litigieux
51
achterstallige betalingen
les paiements arriérés
52
de betaling uitstellen
proroger le paiement