Week 10

Question 1

Welke verschillende typen artritis zijn er?

Answer 1

 Reumatoïde artritis
 Bacteriële artritis
 Jicht, pseudojicht
 (Post)virale artritis, reactieve artritis
 Systeemziekten
 Tuberculose
 Spondylartropathieën

Question 2

Naar welke elementen wordt gekeken bij de diagnostiek van aandoeningen van het bewegingsapparaat?

Answer 2

inflammatoir of niet-inflammatoir
articulair of peri-articulair
mono/oligo of polyarticulair
acuut of chronisch
welk klachten patroon

Question 3

Wat zijn de kenmerken van inflammatoire gewrichtsklachten?

Answer 3

-Ochtend Stijfheid > 60 minuten
-Beter bij bewegen
-Nachtelijke pijn
-Rubor (bij acute artritis), calor, dolor, tumor
-Actief en passief bewegingsbeperking

Question 4

Hoe wordt onderscheid gemaakt tussen inflammatoire vs niet inflammatoire gewrichtspijn?

Answer 4

Anamnese: ochtend/avond, beweging, belasten, ochtendstijf, temperatuur, gewichtsverlies.
Onderzoek: zwelling gewrichtskapsel, benige verdikking, passief/actief beperkte beweging.

Question 5

Wat zijn de kenmerken van niet-inflammatoire gewrichtspijn?

Answer 5

-Pijn in de avond, bij belasten
-Alleen actieve bewegingsbeperking
-Benige zwelling
-Geen roodheid
-Ochtendstijfheid <45 min

Question 6

Wat zijn de kenmerken van een articulaire afwijkingen?

Answer 6

-zwelling/pijn beperkt tot gebied van gewrichtskapsel
-bewegingen in alle richtingen beperkt
-actief en passief pijnlijk, mn in volledige strekstand.

Question 7

Wat zijn de kenmerken van peri-articulaire afwijkingen?

Answer 7

• vaak groter gebied, verloop pees, bursa of spier
• vaak alleen pijn in een bepaalde bewegingsrichting
• Actief maar niet passief
• Isometrisch testen
• Bij bursitis meeste pijn in buigstand

Question 8

Wat zijn de kenmerken van acute artritis?

Answer 8

Meestal makkelijk herkenbaar: rood, warm en gezwollen gewricht (bv jicht, pseudo-jicht, septisch, haemarthros) —> diagnose dmv gewrichtspunctaat

Question 9

Wat zijn de kenmerken van chronische artritis?

Answer 9

> 3 maanden
Zelden rood of extreem warm –> diagnose obv symptomencomplex, laboratoriumgegevens, röntgen en beloop

Question 10

Wat is het verschil tussen mono, oligo en poly articulair?

Answer 10

Mono: 1 gewricht
Oligo: 2-5 gewrichten
Poly: >5 gewrichten

Question 11

Wat is de DD bij monoartritis?

Answer 11

 Septisch (meestal knie)
 Jicht (MTP1, enkel, tenen)
 Pseudojicht (25%)

Question 12

Wat is de DD bij oligoartritis?

Answer 12

 SpA (asymmetrisch, DIP, PIP, knie, voet en rug, extra articulaire manifestaties)
 SLE (PIP, knie, extra articulaire manifestaties, symmetrisch, non erosief)
 Gonococcen (enkel, knie)
 Pseudojicht (knie, pols, enkel vinger)
 Sarcoidose (enkel, knie, symmetrisch)
 PMR (25%, knee, wrist, asymmetrisch)

Question 13

Wat is de DD bij polyartritis?

Answer 13

 RA (symmetrisch ,PIP, MCP, pols, MTP)
 Viraal (PIP, MCP, knie, enkel)
 OA (DIP, PIP, CMC1, knie, heup, MTP, rug)

Question 14

Hoe verschilt de DD bij acute vs chronische polyarticulaire artritis?

Answer 14

Acuut: viraal, reactieve artritis
Chronisch: RA, bij psoriasis, bij darmziekten, systeemziekten

Question 15

Hoe verschilt de DD tussen acute vs chronische mono-oligo artritis?

Answer 15

Acuut: septische artritis, jicht, pseudojicht, palindroom reuma, reactieve artritis, overig
Chronisch: Tbc artritis, bij psoriasis, sp. artropathie, pseudojicht

Question 16

Welke afwijkingen kunnen wijzen op een systeemziekte?

Answer 16

Auto immuun fenomenen
- Raynaud
- Sicca
- Uv-overgevoeligheid
- Ulcera
Huidafwijkingen
Oog afwijkingen

Question 17

Wat voor labonderzoek wordt gedaan bij gewrichtsklachten?

Answer 17

BSE, CRP
anemie, trombocytose
IgM-RF
ANF
anti-CCP

Question 18

Wat voor beeldvorming wordt gedaan bij gewrichtsklachten?

Answer 18

Rontgenonderzoek:
periarticulaire ontkalking (RA)
gewrichtsspleetversmalling (RA, OA)
erosies (RA)
sclerose (OA)
osteofytvorming (OA)
ossale jichttophi (jicht)

Question 19

Welke ziektebeelden vallen onder de spondylartropathieen?

Answer 19

-M. Bechterew (spondylitis ankylopoetica)
-Reactieve artritis
-Artritis psoriatica
-Artritis bij een inflammatoire darmziekte
-Ongedifferentieerde spondylartropathie
Alle vormen zijn chronisch behalve reactieve artritis

Question 20

Wat zijn de gemeenschappelijke kenmerken van spondylartropathieen?

Answer 20

-Enthesitis: ontsteking enthesis (waar pees aanhecht op bot)
-Dactylitis: worstvinger, gewricht en gehele vinger eromheen ontstoken
-Spondylitis: ontsteking van de gewrichten in de wervelkolom (enthesis en onderrug), geeft stijve onderrug
-Artritis grote gewrichten asymmetrisch

Question 21

Wat zijn extra-articulaire manifestaties van spondylartropathieen?

Answer 21

-Psoriasis
-Uveitis
-Inflammatoire darmziektes

Question 22

Wat is de epidemiologie van artritis psoriatica?

Answer 22

Incidentie:
 3-10 /100.000 volwassen
Prevalentie
 49 tot 158 / 100.000 volwassen
Piek incidentie:
 30-50 jaar
M:V
 1:1

Question 23

Wat zijn de kenmerken van artritis psoriatica?

Answer 23

-In 75% eerst psoriasis en daarna artritis
-Vaak asymmetrisch en vaak bij grote gewrichten, zoals het bekken
-Vaak DIP-betrokkenheid (itt RA)

Question 24

Welke soorten psoriasis zijn er?

Answer 24

-Plaque psoriasis
-Guttate psoriasis
-Pustulaire psoriasis
-Psoriasis inversa
-Nagel psoriasis
-Artritis psoriatica

Question 25

Wat zijn de subtypes van artritis psoriatica?

Answer 25

Symmetrische (poly) artritis (25%) Asymetrische (oligo) artritis (70%) DIP artritis (5%) Spondylitis Arttritis mutilans

Question 26

Wat is het bloedbeeld bij artritis psoriatica?

Answer 26

Geen specifieke antistoffen - CCP/RF voor uitsluiten RA CRP en BSE vaak niet verhoogd Overweeg - Infecties (reactieve artritis) - HlA-B27 (bij vooral axiale betrokkenheid)

Question 27

Wat is het radiologisch beeld bij artritis psoriatica?

Answer 27

Erosies Gewrichtspleet versmalling Osteofyten Osteolysis Periostitis

Question 28

Hoe wordt artritis psoriatica behandeld?

Answer 28

Keuze hangt af van welk feature actief is STAP 1: Methotrexaat (psoriasis en artritis) STAP 2: toevoegen SASP/ HCQ (artritis) Overweeg over te slaan bij enthesitis/spondylits/Dactylitis/ernstige psoriasis STAP 3: Biological TNF blokker / Il-17 blokker STAP 4: Il12/23 blokker, Il23 blokker / JAK remmer

Question 29

Wat is de trias van reactieve artritis?

Answer 29

-Artritis -Urethritis -Conjunctivitis

Question 30

Wat zijn de kenmerken van reactieve artritis?

Answer 30

1. Mono-oligo articulaire artritis - onderste extremiteiten 2. Voorafgegaan door een infectie - dagen tot weken Ook enthesitis en dactylitis

Question 30

Wat zijn de meest voorkomende verwekkers van reactieve artritis?

Answer 30

Darm bacterien - salmonella - shigella (flexneri) - Yersinia - Campylobacter (jejuni) - Clostridium dificile Urogenitaal - chlamydia trachomatis

Question 31

Wat zijn extra articulaire manifestaties van reactieve artritis?

Answer 31

Ogen - conjunctivitis/ uveitis Urogenitaal - uretritis, prosatitis, cystitis Huid afwijkingen - Keratoderma blennorhagica Cardiaal - pericarditis/ klep afwijkingen

Question 32

Hoe wordt de diagnose reactieve artritis gesteld?

Answer 32

- typische musculoskelatale afwijkingen - Voorafgaande infectie, evt bewezen - Andere ziekte minder waarschijnlijk of uitgesloten DD/ artritis bij IBD Septische artritis

Question 33

Hoe wordt reactieve artritis behandeld?

Answer 33

Antibiotica: voor onderliggend infect (niet voor de artritis) NSAID: intra-articulaire steoiden Chronisch: SASP/MTX

Question 34

Wat is een genetische kenmerk van spondylartropathie?

Answer 34

HLA-B27 positief

Question 35

Wat zijn de epidemiologische gegevens van reumatoide artritis?

Answer 35

* Prevalentie 0,5 – 1% * Jaarlijkse incidentie 0.5 / 0.9 per 1000 * Piekincidentie o Vrouwen 50 – 60 jaar o Mannen >70 jaar * Verhouding vrouw : man 3 : 1 * 1ste graads familieleden hebben een 2-10x verhoogd populatierisico op het ontwikkelen van RA * Een onbehandelde RA is geassocieerd met een gereduceerde levensverwachting van ca. 6-7 jaar

Question 36

Wat zijn de kenmerken van RA?

Answer 36

Aangedane gewrichten o Kleine hand- en voetgewrichten, polyartritis o Symmetrie Inflammatoir vs. non-inflammatoir o Ochtendstijfheid o Afname pijn bij bewegen o Klachten hevigst in avond/nacht

Question 37

Wat is bij LO te merken van RA?

Answer 37

Bij gewrichtsonderzoek typische inflammatoire kenmerken: roodheid, warmte, zwelling, pijn en functieverlies Vuist maken moeilijk/ niet Diagnose al te stellen obv a en LO, AO (lab, radiologie) gedaan voor oa prognostische factoren

Question 38

Wat voor labonderzoek wordt bij RA gedaan?

Answer 38

* Acute fase eiwitten: CRP, BSE * Serologie: o Reumafactor  Antistof tegen het Fc gedeelte van IgG  Aanwezig bij ca. 55 – 70% van patiënten bij diagnose RA  Sensitiviteit 60-70% & Specificiteit 50-90% o ACPA of Anti-CCP test  Antistof tegen gecitrullineerde eiwitten  Aanwezig bij ca. 55 – 65% van patiënten bij diagnose RA  Sensitiviteit 70-78% & Specificiteit 88-96%

Question 39

Beschrijf de ontwikkeling van anti-CCP

Answer 39

Eiwitten ondergaan citrullinatie oiv het enzym PAD. Triggers zoals roken maken PAD actiever. doordat er meer eiwitten gecitrullineerd worden kunnen deze eerder door het immuunsysteem herkend worden. Bij second hit RA

Question 40

Welke radiologische afwijkingen kunnen zichtbaar zijn bij RA?

Answer 40

Zwelling van weke delen, versmalling van kraakbeen, per-articulaire ontkalking van het gewricht en erosies

Question 41

Wat zijn de criteria voor het vaststellen van RA?

Answer 41

-Betrokkenheid van gewrichten -Serologie -Duur van de symptomen (< of >6 wk) -Acute fase eiwitten Bij score 6+ RA zeker

Question 42

Wat zijn de hoekstenen van de behandeling van RA?

Answer 42

-Vroege herkenning: vaker remissie of medicatievrij (window of opportunity <12 wk) -Intensieve therapie: beperkt lange termijn schade -Treat to target: minder ziekteactiviteit

Question 43

Hoe beoordelen reumatologen de ziekteactiviteit van RA?

Answer 43

Disease activity score (DAS28): -Aantal pijnlijke gewrichten (TJC) -Aantal gezwollen gewrichten (SJC) -Bezinking (BSE) -Algemene gezondheid (GH), gescoord mbv VAS

Question 44

Wat betekenen de waarden van DAS28?

Answer 44

-0-2,6=remissie -2,6-3,2=lage ziekteactiviteit -3,2-5,1=matige ziekteactiviteit 5,1-10=hoge ziekteactiviteit Va matige ziekte medicatie aanpassen, bij remissie afbouwen

Question 45

Beschrijf de pathofysiologie van RA

Answer 45

Betrokken cytokines: TNF-a, IL-6, IL-21, IL-17

Question 46

Hoe wordt RA behandeld?

Answer 46

1. NSAID's en GCs 2. csDMARDS (traditional disease-modifying antirheumatic drugs) 3. bDMARDS (biologicals) en tsDMARDS (targeted therapy)

Question 47

Wat is de rol van GC bij RA?

Answer 47

* Snelle verlichting van klachten * Voorkomt radiologische progressie (bij langer gebruik) Dagelijkse praktijk: * “bridging therapy” (= GCs worden gebruikt om de periode te overbruggen voordat de DMARD(s) gaan werken, ong 3 mnd)

Question 48

Welke DMARDs zijn er?

Answer 48

* Methotrexaat (MTX): 1x per week een tabletje * Sulfasalazine (SASP): tweemaal daags * Leflunomide (LEF) * Hydroxychloroquine (HCQ) * (Azathioprine) * (Goudverbindingen)

Question 49

Wat zijn mogelijke bijwerkingen van DMARDs?

Answer 49

* Gastro-intestinale klachten * Huidafwijkingen * Lab. Afwijkingen o Anemie, trombopenie, leucopenie o Levertestafwijkingen

Question 50

Wat zijn bDMARDs?

Answer 50

Monoklonale antilichamen die specifiek 1 eiwit in een pathway blokkeren: -Anti-TNF-a: infliximab, etanercept, adalimumab, golimumab, certolizumab -Anti-IL6, anti T-cel costimulatie, anti B

Question 51

Wat zijn tsDMARDs?

Answer 51

JAK remmers waardoor STAT niet kan binden aan fosfaat en dus niet naar de celkern gaat, remt verschillende pathways

Question 52

Wat zijn bijwerkingen van bDMARDs en tsDMARDs?

Answer 52

* Reacties op de injectieplaats * TBC (screening vooraf) * Infecties, met name BLWI * Verhoogde kans op maligniteiten (vooral huidkanker) * LET OP bij vaccinaties: geen levende, lagere respons

Question 53

Wat is het stappenplan van RA behandeling?

Answer 53

1. csDMARDs + GCs 2. Bij aanhoudende ziekte anti-TNF 3. Bij aanhoudende actieve ziekte 2e anti-TNF of andere MOA

Question 54

Wat zijn de immune privileged sites?

Answer 54

-Oog -CZS -Baarmoeder gedurende zwangerschap

Question 55

Welke immunologische aandoeningen van het oog zijn er?

Answer 55

 Uveitis  (epi)scleritis  Keratoconjunctivitis sicca  Conjunctivitis  Neuritis optica

Question 56

Wat zijn de kenmerken van uveitis?

Answer 56

 Intraoculaire ontsteking  Incidentie: 52.4 per 100.000 persoonjaren

Question 57

Wat is de anatomische classificatie van uveitis?

Answer 57

Anatomisch  Anterior (60-90%) (iris)  Intermediair (glasvocht)  Posterior (retina)  Panuveitis Complicaties: cystoid macula oedeem, cataract, etc

Question 58

Wat zijn de symptomen van uveitis?

Answer 58

Anterior uveitis  Pijn  Fotofobie  Soms vermindering visus Posterior uveitis  Vaak pijnloos  Vaak vermindering visus door bv floaters, retinitis of macula oedeem

Question 59

Wat is de pathologische classificatie van uveitis?

Answer 59

 Granulomateus (bijv sarcoidose)  Non-granulomatous (bijv HLA B27+)

Question 60

Wat zijn oorzaken van infectieuze uveitis?

Answer 60

 Bacterien: Treponema, Borrelia, Bartonella, Mycobacterium tbleprae, Neisseria, Leptospira, Rickettsiae ......  Virussen: HSV, VZV, CMV, Rubella, Measles, Rift valley fever, EBV....  Parasieten: Toxoplasma, Toxocara, Onchocerca, Cysticercus.......  Fungi: Candida, Aspergillus, Cryptococ...

Question 61

Hoe wordt uveitis gediagnosticeerd?

Answer 61

 Klinisch beeld  Bloedonderzoeken  Fluorescentie angiogram / OCT  Thoraxfoto / (PET-)CT  Analyse voorste oogkamerwater -> PCR -> Goldmann Wittmer Coefficient (GWC; anti-stoffen)

Question 62

Hoe wordt uveitis behandeld?

Answer 62

Afhankelijk van oorzaak: - Oogdruppels (steroiden) - Injectie bij oog (steroiden) - Oraal prednison / immunomodulerende medicatie Veel voorkomende complicatie: oogdrukstijging / cataract

Question 63

Wat is de meest voorkomende locatie van uveitis?

Answer 63

Uveitis anterior (75%)

Question 64

Welke soorten uveitis anterior zijn er?

Answer 64

Systemisch  HLA B27 geassocieerd, sarcoidose, juveniele idiopathische artritis, tubulointerstitiele nephritis en uveitis (vnl kinderen) Infectieus  Heterochromie van Fuchs (vaak tgv Rubella), herpes (VZV / HSV), CMV Idiopatisch

Question 65

Welke ziektebeeld heeft de sterkste associatie met HLA-B27?

Answer 65

Spondylitis ankylopoetica:  Morbus Bechterew  Axiale inflammatie  Inflammatoire rug pijn met sacroilliitis  Niet granulomateuze uveitis anterior (hypopyon)

Question 66

Wat zijn de kenmerken van Fuch's heterochrome uveitis?

Answer 66

 Vaak unilaterale uveitis anterior + heterochromie van iris + cataract  Meestal ten gevolge van rubella infectie  Kan ook door andere infecties: CMV / herpes  Rubella kan ook een intermediaire uveitis veroorzaken  TRANSILLUMINATIE

Question 67

Wat zijn de kenmerken van juveniele idiopatische artritis uveitis?

Answer 67

 ‘Jeugdreuma’  Pijnloze uveitis anterior zonder klassieke symptomen, screening noodzakelijk  Gepaard vaak met complicaties: glaucoom en cataract  Risicofactoren voor ontwikkelen uveitis bij JIA: ANA+, oligoartritis, meisjes, JIA ontwikkelt <4 jarige leeftijd  Cave amblyopie

Question 68

Wat zijn de kenmerken van een CMV-uveitis?

Answer 68

 Unilaterale hypertensieve anterior uveitis Bij immunocompetent patienten  Vaak in Azië Fijne descemetstippen Immuungecompromitteerde patiënten met CMV: uveitis posterior

Question 69

Wat zijn oorzaken van intermediaire uveitis?

Answer 69

 Inflammatie van glasvocht, pars plana en perifere retina  Minst voorkomende locatie van uveitis  Idiopatisch (meestal)  Sarcoidose  Multiple sclerose  Ziekte van Lyme  Rubella Snowballs

Question 70

Wat zijn oorzaken van uveitis posterior?

Answer 70

 Toxoplasmose  Idiopatisch  Sarcoidose  Birdshot retinopathie  Syphilis  CMV / HSV / VZV

Question 71

Wat zijn de kenmerken van toxoplasmose uveitis?

Answer 71

 Meest voorkomende vorm van uveitis posterior  Katten zijn host van deze parasiet  Congenitaal (besmetting in utero)  Verworven  Pijnloze unilaterale visusdaling  Serologie vaak niet nuttig-> analyse oogvocht  Prognose: gunstig mits laesie niet in macula zit!

Question 72

Wat zijn kenmerken van syfilis uveitis?

Answer 72

 Congenitaal: keratitis  Verworven: uiteenlopend  iritis, multifocal choroiditis, vasculitis, (neuro)retinitis, retinale loslating  Icm AIDS: ernstiger beloop 1-3% uveitis, toenemend

Question 73

Wat zijn oorzaken van panuveitis?

Answer 73

 Idiopatisch  Sarcoidose  Ziekte van Behçet  Ziekte van Vogt- Koyanagi-Harada

Question 74

wat is scleritis?

Answer 74

 actieve ontsteking van de sclera (harde oogrok)  Roodheid en hevige pijn  Pas op voor necrose en perforatie van de sclera (necrotiserende scleritis)

Question 75

Wat is het onderscheid tussen episcleritis en scleritis?

Answer 75

Het onderscheid kan gemaakt worden door vasoconstrictieve druppels zullen oppervlakkige vaten verbleken

Question 76

Wat zijn de kenmerken van episcleritis?

Answer 76

-Vervelend dof gevoel -Diffuus of nodulair

Question 77

Wat zijn de kenmerken van scleritis?

Answer 77

-Visus omlaag, doffe borende pijn uitstralend naar de kaak en oor -50-70% systeemziekte -Diffuus, nodulair of necrotiseren met/zonder scleromalacia perforans

Question 78

Wat is de meest voorkomende systeemziekte die scleritis veroorzaakt?

Answer 78

RA

Question 79

Hoe wordt scleritis behandeld?

Answer 79

Afhankelijk van oorzaak en ernst - Oogdruppels (steroiden / nsaid) - NSAID - Prednison - Immunomodulerende medicatie Een ingreep aan de sclera (injectie / biopt / incisie) kan scleritis luxeren!

Question 80

Welke oogziekten zijn het vaakst geassocieerd met systeemziekte?

Answer 80

Uveitis en scleritis

Question 81

Hoe wordt autoimmuun uveitis behandeld?

Answer 81

Immuunsuppressiva: 1. Prednison 2.Cyclosporine/ MTX/ azathioprine/ mycofenylaat 3. Adalimumab/ infliximab 4. Cyclofosfamide

Question 82

Wat is het syndroom van Susac?

Answer 82

Antistoffen veroorzaken ontsteking van kleine bloedvaten-> vaatocclusies in ogen, oren en hersenen -Trias: hoofpijn, verwardheid, slechter zien, slechter horen

Question 83

Welke typen bacteriel osteomyelitis zijn er?

Answer 83

- acute/hematogene osteomyelitis (>90%) - subacute of focale osteomyelitis - chronische osteomyelitis - postoperatieve osteomyelitis - neonatale osteomyelitis

Question 84

Wat zijn de kenmerken van acute osteomyelitis?

Answer 84

-Vooral bij jonge kinderen en ouderen -Vooral lange pijpbeenderen aangedaan -70% in humerus, femur en tibia (bij volwassenen vaak wervelkolom) -Via collateralen ook zaaiing naar gewricht mogelijk

Question 85

Beschrijf de pathogenese van acute hematogene osteomyelitis?

Answer 85

- bacterie bereikt de bloedbaan - via bloedvaatjes vooral naar de METAfyse -Als het mn in beurt gewrichten zit (voorkeurslocalisatie) kan vanuit osteomyelitis bacteriele of septische artritis ontstaan -Kind: groeischijf met rijke doorbloeding, onrijp immuunsysteem-> uittreden bacterien

Question 86

Wat is de pathofysiologie van acute osteomyelitis?

Answer 86

- uitgroei van bacteriën - release bacteriële producten-> algemene malaise en koorts - occlusie van de bloedvaten-> afsterven botweefsel / sekwestervorming - influx van neutrofielen, pus ontstaat-> toename van druk in het bot-> pijnklachten - pus wordt via Haverse systeem en kanalen van Volkmann naar subperiostaal geperst-> zwelling en roodheid`en PIJN!

Question 87

Wat zijn de symptomen van acute osteomyelitis?

Answer 87

- koorts - malaise - lokale drukpijn (vroeg symptoom) - niet belasten van aangedane ledemaat - later zwelling en roodheid (indien pus naar subperiostaal wordt gedrukt)

Question 88

In welke gewrichten is er snelle doorbraak bij acute osteomyelitis?

Answer 88

Schouder- en heupgewricht liggen over metafyse heen

Question 89

Hoe wordt acute osteomyelitis gediagnosticeerd?

Answer 89

1. CRP, bloedkweek, leuko’s 2. Kweken, biopt, beeldvorming (rontgenfoto geeft pas laat afwijkingen dus echo voor diagnose, wel gedaan voor uitsluiten fractuur of maligniteit). MRI/CT, botscan alleen als beeld onduidelijk is

Question 90

Wat zijn de meest voorkomende verwekkers van acute osteomyelitis?

Answer 90

> 90% is S. aureus, steeds vaker Kingella kingae

Question 91

Hoe wordt acute osteomyelitis behandeld?

Answer 91

1. Antibiotica ! gericht op meest voorkomende verwekker (= S. aureus) - aanvankelijk intraveneus, - later naar per os - totale behandelduur ongeveer 3-4 weken - langer bij: osteosynthese materiaal, immuundeficiëntie 2. Chirurgisch ingrijpen indien: - combinatie met artritis: gewrichtspuncties/spoelen! - chronische osteomyelitis: uitruimen - sekwestervorming: uitruimen

Question 92

Wat zijn mogelijke complicaties van acute osteomyelitis?

Answer 92

Beloop/complicaties - artritis - sekwestervorming - fistelvorming - recidief osteomyelitis (± 4%) - chronische osteomyelitis Langere termijn: - groeiremming aangedaan pijpbeen - pathologische fracturen

Question 93

Waar is de prognose van acute osteomyelitis van afhankelijk?

Answer 93

- snelle diagnose ! - adequate antibiotische therapie - z.n. besluit tot drainage meeste problemen indien: - heupgewricht betrokken in ontsteking - schouder betrokken in ontsteking

Question 94

Hoe herken je een septische artritis?

Answer 94

 acuut ontstane artritis  80 tot 90 % monoarticulair  patiënt is ziek  patiënt heeft koorts  ontstekingsparameters in bloed verhoogd

Question 95

Welke ziektebeelden lijken op septische artritis maar zijn geen artritis?

Answer 95

 huidinfect ter plekke van een gewricht: erysipelas, cellulitis  bursitis

Question 96

Hoe herken je of iets artritis is?

Answer 96

- zwelling van het gewricht - gewricht beperkt - pijn bij bewegen van het gewricht Indien 2 criteria positief: artritis

Question 97

Wat zijn de gevolgen van septische artritis voor een gewricht?

Answer 97

1. Ontsteking 2. Vrijkomen proteolytische enzymen 3. Verlies kraakbeen en bot 4. Gewrichtsdestructie

Question 98

Wat zijn de vuistregels van jicht?

Answer 98

- primaire jicht - secundaire jicht: ernstig gestoorde nierfunctie Nooit primaire jicht bij: - mannen < 30 jaar - vrouwen < 50 jaar

Question 99

Wat zijn de vuistregels van pseudojicht/ chondrocalcinosis?

Answer 99

Neerslag calciumpyrosulfaat in gewrichtsspleet Alleen bij oudere patienten in door artrose aangedane gewrichten

Question 100

Wat zijn risicofactoren voor septische artritis?

Answer 100

 hoge leeftijd  diabetes mellitus  beschadigd gewricht  gewrichtsprothese  recente gewrichtschirurgie  huidinfecties  gestoorde afweer (medicamenteus, comorbiditeit)

Question 101

Welke gewrichten zijn aangedaan bij septische artritis?

Answer 101

knie 55 % heup 11 % enkel 8 % schouder 8 % pols 7 % elleboog 6 % overig 5% polyarticulair 12 %

Question 102

Hoe stel je de diagnose septische artritis?

Answer 102

1. Kliniek 2. Gewrichtspunctie  gram-kleuring: kan negatief zijn  kweek  celgetal van synoviaalvocht; leukocyten > 30.000/mm  beoordelen op kristallen

Question 103

Wat zijn de verwekkers van een bacteriele artritis?

Answer 103

S. aureus 60 % B-hemolytische streptococ 10-30 % overige m.n. gram negatieve staven

Question 104

Hoe bereiken bacterien het gewricht bij septische artritis?

Answer 104

 Bijna altijd haematogeen  uitbreiding van infectie uit osteomyelitische haard in epifyse of metafyse (kinderen)  lymfogeen vanuit infectiebron dichtbij gewricht  iatrogeen  penetrerend gewrichtsletsel

Question 105

Hoe wordt septische artritis behandeld?

Answer 105

 ontlasten van ontsteking: frequent puncteren, artroscopie  antibiotica  verwijderen gewrichtsprothese of osteosynthesemateriaal

Question 106

Wanneer wordt een artoscopie gedaan?

Answer 106

 gewricht niet goed toegankelijk voor punctie  gewricht met punctie niet goed te ontlasten  contraïndicatie tegen frequent puncteren  septische artritis van heup bij kinderen

Question 107

Wat zijn de parameters voor behandeling van septische artritis?

Answer 107

 kliniek  ontstekingsparameters in bloed  kweek van het synoviale vocht  celgetal van het synoviale vocht

Question 108

Wat zijn de uitkomsten van septische artritis?

Answer 108

mortaliteit 10-15 % verlies gewrichtsfunctie 25-50 % afname zelfstandig functioneren 20%

Question 109

Wat zijn de kenmerken van septische artritis op kinderleeftijd?

Answer 109

 minder frequent  andere differentiaal diagnose  andere presentatie: meer systemisch ziek, gezwollen pijnlijk gewricht niet op voorgrond, 28% heup  andere verwekkers  iets andere behandeling  betere uitkomst