week 14 Flashcards

(69 cards)

1
Q

hoeveel % van reizgers komen in aanmerking met medisch contact

A

ongeveer 1-5%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is de meest voorkomende oorzaak van overlijden onder reizigers naar het buitenland

A

cardiovasculaire oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waar staat het acroniem van tropengeneeskunde
LARISA voor

A

locatie
activiteiten
reiziger
incubatietijd
syndromen
aanvullend onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn lokatiegebonden risicos

A

klimaat, oorlog, epidemie, lokale gezondheidszorg, sanitatie, infectieziekten, luchtverontreiniging, cultuur, verkeer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat voor ziekte is rabies

A
  • virale dodelijke ziekte zonder vaccin/therapie met antistoffen
    -beten afkomstig van hond/kat/jakhals/honingdas
    via aap erg uitzonderlijk
  • hydrofobie komt waarschijnlijk door verstoring van neurale samenwerking in czs
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn risicogroepen voor reis gerelateerde ziektes

A

pt met HIV, DM, gebruik van maagzurremmers en immuunsupressiva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wanneer krijg je symptomen na een malariamugbeet

A

malariaparasieten komen in de lever, pas als de lever helemaal volzit en de blaasjes met parasieten openbarsten komen de eerste symptomen ten pas -> pas na minimaal 7 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waar komen de meeste reizigers mee als klacht

A

meer dan 80% komt met: koorts, huidafwijkingen en gastro-intestinale klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat wil je in geval van koorts na tropen niet missen

A

malaria

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn kenmerken van malaria infectie

A
  • dodelijke ziekte
  • veel voorkomend
  • verschillende malaria typen die door verschillende parasieten worden veroorzaakt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe ziet pathogenese pathogenese van malariabeet eruit

A

malariaparasieten komen na een beet in sporozoiten terecht in de huid -> hier kunnen ze naar de lever gaan -> hier herkennen ze kupffer cellen waarna ze hepatocyten binnendringen -> groei van sporoziten in lever duurt een week -> merozoiten komen uit de lever en kunnen bloedcellen binnendringen -> hierna cyclus van merozoiten in bloedcellen -> openscheuren van bloedcellen geeft koorts doordat er lichaamsvreemde stoffen worden uitgescheiden -> sommige geinfecteerde rode bloedcellen zullen niet delen maar differentieren tot gametocyten die in bloed circuleren -> als een mug dit opneemt kan je weer besmettelijke mug krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is kenmerkend voor p.vivax en p.ovale

A

piekende koorts na 48 en 72 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat veroorzaakt p.falciparum

A

malaria tropica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat veroorzaakt p.vivax

A

malaria tertiana

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat veroorzaakt p.ovale

A

malaria tertiana

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat veroorzaakt p.malariae

A

malaria quartana

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

wat veroorzaakt p.knowlesi

A

apenmalaria (langstaart makaken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

wat veroorzaakt p.simium

A

apenmalaria (lijkt op p.vivax)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

wat krijg je door malaria (pathofysiologie)

A

weefselhypoxie, shock
orgaandisfunctie
imuundeactivatie
anemie
trombopenie
diffuus intravasale stolling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

wat zie je in de kliniek bij pt met malaria

A

koorts, hoofdpijn, malaise, veranderd bewustzijn, buiikpijn, diarree, icterus, hepatosplenomegalie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

waarom verloopt p.falciparum infectie ernstiger dan andere soorten

A

1)invasie van erys, door gebruik van eiwitfactoren
2) sequestratie geinfecteerde ery -> verstopping in cappilairen -> tekort aan zuurstof -> hypoxie -> verzuring -> ernstige celsterfte in organen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

wat is het verschil in invasie erys tussen verschillende malariasoorten

A
  • p. vivax en ovale -> jonge erys
    p. malaraie -> oude erys
    p. falciparum -> alle erys
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

bij welke soort afwijking is er aangeboren resistentie tegen malaria

A

rode bloedcel afwijkingen (hemoglobinopathie) zoals, sikkelcel, beta-thalassamie en G6PD-def

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

wat voor effect heeft hemoglobinopathie op malaria infectie

A
  • verminderde groei parasiet
  • verhoogde klaring geinfecteerde erys
    -hemozoine (afvalproduct parasien) geinduceerde pathologie lager

vooral heterozygoten hebben voordeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
hoe verloopt diagnostiek tegen malaria
- standaard: dikke druppen en uitstrijk - evt antigeentest, buffy coat analyse, serologie, PCR
26
in welke 3 stadia bevnden de erys zich bij malaria
-trofozoit -schizont -gametocyt
27
wat is de behandeling tegen malaria
- orale middelen zoals choloroquine -ernstig ziek: iv met astesunaat
28
wat zijn alarmsymptomen voor ersntige infectie
hoge koorts, dehydratie, huid/slijmvlies bloeding, hypotensie, hypoxemie, verlaagd bewustzijn, meningeale prikkeling
29
wat is bewijzend voor dengue virus in diagnostiek
NS1 antigeen in bloed, pt vormt hierna eerst igm dan igg antistoffen
30
wat is vector van dengue
aedes aegypti en albopictus in bevolkte gebieden en steekt overdag
31
wat zijn klinische verschijnselen van dengue
87% geen/weinig klachten overig: koorts, hoofdpijn, spier/gewrichtspijn, huiuitslag, misselijkheid, diarree, braken, buikpijn
32
wat is incubatietijd van dengue
3-14 dg
33
door welke symptomen kan je dengue en zika uit elkaar halen
trombopenie: dengue conjuctivitis: zika oedeem extremiteiten: zika
34
wanneer heb je een hogere kans op ernstige dengue
- pre-existente dengue antistoffen - epidemie met >2 serotypen -hoge viremie -denv type 1/3
35
wat is de behandeling tegen dengue
geen curatieve behandeling, alleen symptomatisch
36
wat is cutane larva migrans
bewegend, intens jeukend spoor, met bochten therapie: ivermectine
37
wat is tunga penetrans
bevrucht vrouw graaft zich in str granulosum van huid met ei-uitscheiding
38
wat is myiasis
ontwikkelde larven van vliegen
39
wat is het verschil tussen cordylobia anthropopgaha myasis en
cordylobia komt voor op bedekte huid dermatobium geeft huidafwijkingen op niet-bedekte huid
40
welk verwekker is het meest waarschijnlijk bij reizigersdiarree
bacterie
41
wanneer is diagnostiek naar reizigersdiarree noodzakelijk
indicatie bij -lager dan 5dg diarree -bloed/koorts -kinderen/ouderen -imuungecompromiteerd
42
wat is therapie voor reizigersdiarree
- mild: afwachtend moderate: evt azitromycine ab of loperamide ors ersntig: azirromycine
43
bij % diarree pt langetermijn problemen
3-17% vaak parasiatir en beeld lijkend op IBS
44
wat is amoebendysentrie
hematofage trofoziet van entamoeba histolytica therapie metrodinazol
45
wat voor virus is hcv
hepatitis c is een rna virus, vooral type 1 en 3 in europa
46
hoe transmissie van hcv
- via bloed-bloed contact, door drugs, naalden, tattoos, operaties etc - kans op verticale/seksuele transmissie klein
47
hoe verloopt diagnostiek naar hcv
alt/asat geeft hepatitis uitslag anti hcv igg (levenslang) -> hcv infectie (nog onbekend of het actief/inactief is) hcv rna (pas na 10 dagen)-> actieve infectie -> bij chronische infectie detectie langer dan 6 mnd
48
hoe is verloop met hcv
acute infectie -> chonische infectie -> chronische hepatitis -> cirrose -> HCC
49
wat zijn rf voor slechte beloop na hcv
mannen, alcoholgebruik, hcv genotype 3, steatose, ovesitas, ouderen, co-infecties HIV/HBV
50
wat is het effect van koffie op de lever
koffie heeft gunstige effecten, is anti-fibrotisch in lever en je krijgt minder galblaasstenen
51
wat zijn externe tekenen van cirrose
spider neavi, erytheem hand, caput medusae, gynaecomastie (borstvorming man), tandvleesbloeding
52
wat zijn tekenen van leverfalen
icterus, ascites, spataderen in slokdarm, HCC
53
hoe diagnostiek leverfibrose
leverbiopt of fibroscan
54
wat zijn extrahepatische ziekten die bij hcv voorkomen
depressie, vasculitis, DM, maligne lymfomen, nierfalen, cardiovasculaire ziekten
55
hoe is genezing met hcv mogelijk
met antivirale therapie (peginterferon en ribavirin) -> SVR (sustained virological response)
56
wat zijn de nieuwe DAAs middelen tegen hcv
DAA: direct acting antivirals -geen bijwerkingen -minimaal 2 middelen nodig om 100% virus te klaren -3 soorten: -previr, -asvir en -buvir - doel: HCC verminderen, qol verbeteren en levensverwachting vergroten
57
wat is het verschil tussen ongeconjugeerd en geconjugeerd bilirubine
alleen geconjugeerde vorm is wateroplosbaar
58
wat is de dd voor ongeconjugeerde hyperbilirubinemie
verhoogde bilirubineproductie (hemolyse) verlaagde bilirubineconjugatie (syndroom gilbert of crigler najjar)
59
hoe verloopt transmissie via hepatitis a
feaco-oerale route, acute ziekte het is een importziekte (komt niet oorspronkelijk in nl voor)
60
wat gebeurt er na diagnostiek met hep a
-meldplicht GGD (groep b2, binnen 24h) -geen therapie -naar school pas 1 week na symptomen
61
wat voor virus is hep a
pico RNA virus (enterovirus)
62
wanneer/wat voor symptomen krijg je symptomen bij hep
symptomen: acute buikpijn, koorts en icterus 2/3 weken nadat virus in bloed/ontlasting heeft gezeten patient erna 2/3 weken ziek incubatietijd 30 dagen
63
welke extra hepatische stoornissen bij hep a
- huiduitslag of vasculitis - gewrichtspijn oorzaak in neerslag imuuncomplex
64
wat zijn de oorzaken van geconjugeerde hyperbilirubinemie
obstructie, virale infectie, metabool, genetisch autoimuun
65
wat is een emerging infectie
infectie die de potentie hebben om zich snel te verspreiden en ziekte veroorzaken
66
wat is het verschil tussen endemie, epidemie en pandemie
endemisch: infectie die continu circuleert epidemie: infectie die voorkomt in pieken pandemie: epidemie over alle continenten (infecties die zich snel van mens-mens verspreiden)
67
wat voor ziekte is rabies
verspreid door vleermuizen komt in czs terecht, geeft encephalitis geen behandeling -> overlijden voorkomen door vaccin
68
wat zijn transmissieroutes van virussen
* Foodborne infections: Norovirus * Waterborne infection: Cholera * Mosquito borne infections: Dengue/ YF/ JEV/ WNV/ Malaria * Rodent borne infections: Hanta virus, Leptospirosis * Blood borne infections: Hepatitis (B & C)/ HIV/Ebola * Airborne infections: Influenza /Mers-Co * SOA: HIV, hepatitis, …
69
wat zijn 2 typische arbo virale infectie kenmerken
- encefalitis -hemorrhagische koorts