Week 2 Flashcards
(109 cards)
Welke DNA herstelmechanismen zijn er?
-BER
-NER
-Recombinatie herstel (HR, NHEJ)
-MMR
Wat voor schade wordt hersteld door BER?
-Uracil
-Abasische sites
-8-oxoguanine
-ssDNA breuken
Welke blootstellingen zorgen voor de schade die door BER hersteld wordt?
-Ioniserende straling
-Zuurstofradicalen
-Alkylerende stoffen
-Spontane reacties
Wat voor schade wordt hersteld door NER?
-6-4 fotoproducten
-Pyrimidine dimeren
-Bulky adducts
Welke blootstellingen zorgen voor de schade die door NER hersteld wordt?
-UV licht
-Polycyclische aromaten
Wat is het centrale dogma van de moleculaire biologie?
- RNA synthese (transcriptie)
- Eiwitsynthese (translatie)
Wat is de correlatie tussen kanker en leeftijd?
-Opeenstapeling mutaties (stochastisch)
-Ouderdomsziekte
-Kanker neemt va 60 exponentieel toe
Wat zijn de 2 hoofdgroepen mutaties?
Puntmutatie: kleine veranderingen op basepaar niveau
Chromosomale afwijkingen: grote veranderingen, waar te nemen op chromosomaal niveau
Wat voor puntmutaties zijn er?
- Transities (purine purine (A/G); pyrimidine pyrimidine (C/T))
- Transversies (purine pyrimidine of vice versa)
- Kleine inserties/ deleties
Wat voor chromosmale afwijkingen zijn er?
- Translocaties: stukken DNA tussen chromosomen uitgewisseld
- Amplificaties: genen vermenigvuldigen
- Deleties
- Numerieke afwijkingen: verandering aantal chromosomen
Wat zijn de oorzaken van DNA schade?
- Chemische instabiliteit (spontaan)
- Chemische verbindingen (veranderen spontaan)
- Biologische stoffen
- Fysische agentia
- Foutieve replicatie
Wat voor soort DNA beschadigingen kunnen ontstaan?
- Chemische adducten
- Intrastreng crosslinks
- Interstreng crosslinks
- DNA strengbreuken
- Basepaar mismatches
Welke reacties vinden plaats bij chemische instabiliteit?
- Spontane hydrolyse
- Deaminatie van basen
Hoe verloopt spontane hydrolyse?
- Hydrolyse van de N-glycosyl-verbinding tussen suiker en base-> leidt tot depurinatie, abasische suiker
- Leidt tot 1 bp deletie bij replicatie
Hoe verloopt deaminatie van basen?
- Aminegroep op cytosine verdwijnt: deaminatie. Leidt tot omzetting cytosine in een uracil-> verandering complementariteit
- Replicatie induceert mutatie. C->T (transitie)
Hoe vaak vindt spontane hydrolyse plaats?
~9000 per cel per dag
Hoe vaak vindt deaminatie van basen plaats?
~400 per cel per dag
Welke transities door deaminatie vinden nog meer plaats?
C->T
A->G
G->A
C->T
Welke biologische stoffen veroorzaken DNA schade?
- Endogene stoffen: zuurstofradicalen (geproduceerd door metabole processen, Reactive Oxygen Species ROS), oxidatieve DNA schade.
- Benzo(a)pyreen: aanwezig in sigarettenrook
Hoe veroorzaken zuurstofradicalen DNA schade?
- Guanine + ROS-> 8-oxoguanine (nieuwe groep)
- Verandering complementariteit (replicatie induceert mutatie): 8-oxo paart met adenosine. G->T transversie
Hoe vaak veroorzaken zuurstofradicalen DNA schade?
~400 per cel per dag
Welke chemische adducten verstoren de DNA dubbelhelix niet?
- Spontane hydrolyse
- Deaminatie
- Oxidatieve DNA schade
Hoe veroorzaakt benzo(a)pyreen DNA schade?
- Metabolisch geactiveerd: komt in cel terecht en wordt door een enzym omgezet in BPDE
- BPDE bindt aan DNA en veroorzaakt chemische adducten die de DNA dubbelhelix verstoren. Reageert vn met G residue, tegenover G-BPDE wordt een A residue ingebouwd, G-> T transversie
Hoe zorgen fysische agentia voor DNA schade?
UV zorgt voor intrestreng DNA beschadigingen. Intrastrengs cyclopyrimidine dimeren via crosslinks (CPD) en 6-4 fotoproduct