Week 2 HC5: immunoglobulinen 2 Flashcards

1
Q

Verdeling binnen kiemcentrum

A

Donkere zone: veel lymfocyten (B en T)
Lichte zone: Lymfocyten, plasmacellen, macrofagen, FDC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

leg kiemcentrumreactie uit

A
  1. Buiten kiemcentrum activatie van B-lymfocyten
  2. Lymfocyten treden donkere zone van kiemcentrum binnen
  3. Hier proliferatie, somatische hypermutatie en isotope switching
  4. Door naar lichte zone > selectie en differentiatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat hebben B-cellen nodig om goed geactiveerd te raken?

A

Een tweede signaal van CD4+ T helper cellen (antigeen specifiek) zodat B-cellen verdere differentiatie door kunnen maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

somatische hypermutatie (SHM)

A

Vindt specifiek plaats in B-cellen
Gerichte mutaties (CDR mutaties) in genen die coderen voor variabele regio’s van antilichamen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Doel van somatische hypermutatie (SHM)

A

Hogere affiniteit van antilichaamvarianten voor bijpassende antigenen > hogere efficiëntie immuunrespons

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

folliculair dendritische cellen (FDC)

A

Houden antigenen vast en presenteren deze aan B-cellen, hierdoor worden B-cellen geactiveerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Class switch recombinatie (CSR)

A

veranderingen in constante domeinen
V(D)J exon koppelt door RNA splicing aan ander C exon > ander isotopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

CD19

A

Verlaagt drempel voor BCR signalering
Oftewel versterkt signaal van B-cel receptor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

CD19 complex

A

rijpe B-cellen aanwezig
kleine kiemcentra
verlaagde geheugen B-cellen
Defect in BCR signalering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

BCR complex

A

geen rijpe B-cellen aanwezig
Pre-BCR effect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hyper-IgM syndroom

A

Class switch defect
Wel rijpe B-cellen aanwezig
Geen kiemcentra
Verlaagde geheugen B-cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Defect bij Hyper-IgM syndroom

A

somatische hypermutatie Ig klasse switch
T cel kan geen goede hulp bieden aan B-cel door verstoorde CD40-CD40L interactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Leg thymus (T-cel) afhankelijke B-celactivatie uit

A
  1. signaal van BCR (met CD19 als versterker)
  2. CD40-CD40L + cytokines
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

thymus onafhankelijke B-celactivatie

A

Versterking van activatie komt niet van T-cellen, maar komt door:
- (TI-1) TLR: pattern recognition receptor voor algemene vreemde structuur
- (TI-2) groot molecuul met repeterende sequentie op 2 b-cel receptoren tegelijk dus > cross-over linking BCR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly