WEEK 3 Flashcards

1
Q

Dictatuur in rome

A

Dictatuur vertegenwoordigt soeverein en handelt in opdracht van iemand, het is dus geautoriseerd. Wanneer hij dit doet obv zijn persoonlijke motieven wordt hij als tiran gezien en moest hij afgezet/vermoord worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Kracht van de democratie - zelfcorrectie

A

Obv nieuwe inzichten kunnen zaken worden aangepast en schade herstelt worden zonder geweld en wreedheid toe te passen. Dit kan echter niet als de democratie wordt afgeschaft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Paradox van tolerantie

A

Volk kan over alles beslissen in een democratie, ook om die democratie af te schaffen, dit kan opgelost worden door het onderscheid tussen formele en materiële democratie (dus dat er grenzen worden gesteld, meerderheidsbesluit en beginselen van de democratie - vreedzaam leven en grondbeginselen vrijheid en gelijkheid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Verschil tussen tirannie en dictatuur

A

Tirannie is een regeringsvorm: negatie van alle andere staatsmodellen
Dictatuur is een tijdelijke maatregel bij de romeinen; een regeringsmethode tijdens een uitzonderingstoestand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly