week 4 Flashcards
(94 cards)
neurale buis - embryogenese
proliferatie: vermeerdering neuronale stamcellen
neurogenese: aanmaak neuronen, uitsluitend tijdens de zwangerschap (4-24 weken). Vindt tegelijk ook neuronale migratie plaats, neuronen migreren naar juiste locatie.
Gliogenese: ontwikkeling van steuncellen van het CZS, van 20 weken zwangerschapsduur tot 1 jaar.
centraal zenuwstelsel kenmerken
hersenen, ruggenmerg & retina. Wel een bloed-hersenbarrière, witte stof bestaande uit oligodendrocyten, geen aconregeneratie, embryogenese vanuit neurale buis.
perifeer zenuwstelsel kenmerken
perifere ganglia, perifere zenuwen & plexus + zenuwstelsel van de darmen, geen bloed-hersenbarrière, witte stof bestaande uit Schwanncellen, wel axonregeneratie, embryogenese vanuit de neurale lijst.
drie fasen ontwikkeling van centrale zenuwstelsel
- vorming van neurale buis
- cranio-caudale en dorso-ventrale patroonvorming
- neurogenese & migratie
vijf blazen neurale buis
- telencephalon
- diencephalon
- mesencephalon
- metencephalon
- myelencephalon
telencephalon
cortex en basale frontale cortex
diencephalon
hypothalamus en thalamus
mesencephalon
middenhersenen met aquaduct
metencephalon
pons & cerebellum
myelencephalon
verlengde merg, motorische & sensibele kernen
dorso-ventrale patroonvorming
basal plate: ventraal en motorisch
alar plate: dorsaal en sensibel
rhombencephalon
rhombomeren, die specifieke branchiomotorische kernen bevatten –> worden myotomen in de kieuwbogen.
holoproscencephalie
prosenencephalon ontwikkelt niet door tot telencephalon –> geen goede ontwikkeling van de ogen. Kan leiden tot cyclopische. 25% door mutaties in Shh-pathway.
kieuwbogen & innervatie
1e kieuwboog: kauwspieren via. n. trigemenus
2e kieuwboog: mimische spieren via n. facialis
3e kieuwboog: stylopharyngeus via n. glossopharyngeus
4e - 6e: spieren van pharynx en larynx via n. vagus
microcefalie
afwijking in neurogenese: te weinig zenuwcellen. Afwijkingen in de genen die mitose reguleren, of door omgevingsfactoren.
Kenmerken microcefalie
mentale retardatie, ontwikkelingsachterstand, motorische & spraakachterstand, epilepsie, klein lichaam, faciale aandoeningen, simpelere gyri
macrocefalie
PTEN-mutatie, groei niet gereguleerd/ onderdrukt. Grotere zenuwcellen, niet per se meer. Problemen als autisme.
Hydrocephalus
waterhoofd, door verstopping in de aquaducten sylvii. X-gebonden overerving en het L1CAM-gen.
waardoor komen ledemaatafwijkingen veel voor:
ontwikkeling van ledematen is complex. Veel eigenschappen aan ledematen waar iets fout kan gaan (veel signalen & pathways). Meeste congenitale afwijkingen, komt vaak voor. Ledematen zijn in utero niet nodig om te overleven. Een niet goed aangelegd hart is bijvoorbeeld letaal voor de foetus, niet aangelegd been wel.
Embryologie ledematen drie assen:
proximaal - distaal
anterieur - posterieur
ventraal - dorsaal
Proximale-distale as fouten
reductiedefect –> stopt met groeien
anterior-posterior as defecten
probleem lokalisatie van vingers of tenen, bijv. extra vinger of mirror hand of mirror foot polydactylie.
ventrale-dorsale as defecten
bijv. nagel op vinger aan palmaire zijde van de hand
OMT-classificatie fouten ledematen
malformaties
deformaties
dysplasieën