week 4 en 5 Flashcards
(35 cards)
Welke verwekkers kunnen diarree bij kinderen veroorzaken?
Viraal: rotavirus, norovirus, adenovirus en astrovirus. Zeer besmettelijk.
Geeft acute waterige diarree, maar geen koorts of bloed bij ontlasting.
Bacterieel: Campylobactor, salmonella, shigella, yersinia, escherichia coli, vibrio cholerae, clostridium difficile. Toxines: Clostridium, Shigella en Vibrio
Geeft acute diarree met bloed erbij en koorts.
Parasitair: Gardia lamblia, entamoeba histolytica.
hebben een langzaam beloop en geven geen bloed bij de ontlasting
Wat zijn risicofactoren voor infectieuze diarree?
- slechte hygiëne
- hoge pH van de maag/maaginhoud
- verminderde motiliteit van de darm
- veranderde intestinale flora
- deficiëntie van antilichamen (IgG, IgA)
- intrinsieke ziekte van darmepitheel
Aan de hand van welke parameters/punten kan je de mate van dehydratie inschatten?
- interesse om te drinken
- gewicht!
- bewustzijn
- vitale parameters: pols, capillary refill, bloeddruk en ademhaling
- temperatuur extremiteiten
- diurese
- traanproductie
- vochtigheid slijmvliezen
- huidturgor
- ogen (ingevallen)
Wanneer heeft een kind met diarree een opname indicatie?
Bij vitaal bedreigd, bewustzijnsstoornissen, < 2 maanden, falen ORS behandeling en sociale indicatie (capabele ouders?)
Wanneer wordt een kind met diarree intraveneus behandeld in plaats van oraal?
Bij het falen van/of contra-indicatie orale therapie:
- tijdens shockbehandeling
- sufheid
- acute buik of ileus of aanhoudend braken
- bij ernstige diarree > 10 ml/kg/uur is succeskans van orale rehydratie lager.
Bij iv rehydratie: PAS OP VOOR TE SNELLE CORRECTIE HYPERTONE DEHYDRATIE
Wat zijn kenmerken van een normale trommelvlies?
glanzend en doorschijnend
kleur: kleurloos tot parelgrijs
centrale positief hamersteel
scherpe lichtreflex
lucht in middenoor
normale bewegelijkheid
Wat zijn kenmerken van een otitis media acuta?
recent en acuut ontstane oorpijn, koorts, prikkelbaarheid en nachtelijke onrust
erytheem van het trommelvlies, vocht in het middenoor of otorroe (loopoor)
Wat zijn risicofactoren voor een OMA?
passief roken
crèche bezoek
allergie
afwijkende anatomie
obstructie KNO gebied
genetische aanleg
zeldzaam:
immuundeficientie
ciliaire dyskinesie
cystic fibrosis
Wat zijn de mogelijke verwekkers van een otitis media acuta?
viraal:
- RSV
- Influenza
- verkoudheidsvirussen
Bacterieel:
- Streptococcus pneumoniae
- Haemophilus influenzae
- Moraxella catarrhalis
- Groep A streptokokken
Wat zijn de behandelopties bij OMA?
Symptomatisch:
- pijnstilling met paracetamol
- bij neusverstopping: xylometazoline of NaCl spelen
Watchfull waiting:
- niet ernstig ziekt > 6 maanden
- eenzijdige OMA
- zonder otorroe
Antimicrobiële behandeling OMA:
- ernstig ziek kind of zieker worden
- risicofactoren voor complicaties: < 6 maanden, syndroom van Down, status na ooroperatie
- jonger dan 2 jaar met dubbelzijdige OMA
- na 3 dagen geen verbetering
Chirurgische behandeling:
- trommelvliesbuisjes
- verbetert beloop ziekte
Welke kenmerken passen bij een otitis media met effusie?
slechthorend
gedragsproblemen
drukkend gevoel op de oren
spraak- en taalontwikkelings problemen
Wat zijn de risicofactoren/etiologie van otitis media met effusie?
Afwijkingen in de buis van Eustachius
Afwijkingen in de cilia (primaire ciliaire dyskinesie (PCD)) of mucus (cystic fibrosis)
Externe afwijkingen: allergie, infectie, meeroken, reflux en obstructie
Welke diagnostiek kan uitgevoerd worden bij een OME?
- otoscopie
- toonaudiometrie
- typanometrie
Welke (eerste) klinische symptomen passen bij een meningitis?
Aspecifieke symptomen: koorts, malaise, spierpijn, braken en meningisme.
Petechiën (niet-wegdrukbare huidbloedingen; rash = wel wegdrukbaar) die kunnen uitgroeien tot ecchymosen en purpura.
Wat zijn risicofactoren voor een meningitis?
Crowding, socio-economische deprivatie, roken, reis/verblijf in meningitis belt, virulentie van het micro-organisme, antistofdeficientie, complement deficientie en asplenie
Beschrijf het ontstekingsproces bij een meningokokken infectie.
- Binding bacteriën en toxines aan leukocyten
- Klontering leukocyten/trombocyten aan vaatwand -> vrijkomen van actieve beschadigende stoffen
- productie van anti-inflammatoire eiwitten
- activatie complement systeem
- vorming van stolsels in kleine vaten
- “Lek” worden van vaten
- verlies van flow regelmechanisme
De gevolgen hiervan kunnen zijn: capillaire lek, microthrombi, myocard dysfunctie en multiorgaan falen
Welke richtlijnen zijn er voor de behandeling van een meningitis?
- Antibiotica: afname bloedkweek, geen lumbaalpunctie bij shock of bij verdenking van verhoogde intracraniële druk. Antibiotica moet zo snel mogelijk worden gegeven. Rifampicine, ceftriaxon en ciprofloxacine.
- geen diagnostisch delay
- volume suppletie en inotropie
- intubatie en beademing
- metabole correcties
- corticosteroiden
- ECMO
Welke processen die betrekking hebben op hematologische verspreiding (meningitis) vinden plaats?
- kolonisatie (voorkomen door IgA-antistoffen en trilharen op epitheel)
- invasie van bacteriën in de bloedbaan
- overleven van bacteriën in de bloedbaan (voorkomen door activatie complementsysteem)
- invasie van bacteriën in centraal zenuwstelsel (subarachnoïdale ruimte)
Welke symptomen passen bij een meningitis?
koorts
hoofdpijn (fotofobie)
geïrriteerd/lethargie
nekstijfheid
convulsies
volle fontanel
focale neurologie
somnolent
(semi) comateus)
Welke aanvullend onderzoek zet je in bij verdenking van een meningitis?
Bloedonderzoek:
- infectieparameters (CRP, procalcitonine), bloedbeeld, glucose
- bloedkweek
Beeldvormend onderzoek:
- Vóór lumbaalpunctie (bij focale neurologische uitval), insulten, papiloedeem, gedaald bewustzijn (GCS < 10) of ernstige immunodeficiëntie
- uitsluiten tumor of oedeem
liquoronderzoek:
- macroscopisch aspect: normaal helder vs bij meningitis troebel
- microscopisch aspect: cellen (polymorfe cellen, mononucleaire cellen)
- eiwit
- glucose
gramkleuring
Welke drie typen van beschadiging (pathofysiologie) kunnen optreden bij een meningo-encefalitis?
- Direct effect van micro-organisme; er is schade van de aangedane cellen (necrose). Het organisme maakt het brein kapot. Hierdoor ontstaat schade van gliacellen, schwanncellen en neurale cellen.
- Immunologische effecten: kruisreactieve antistoffen veroorzaken perivasculitis, (tijdelijke) functiestoornis, gebrek aan nutriënten en polarisatie stoornissen.
- gemengd type
Wat is het klinisch beeld bij een meningo-encefalitis?
(sub)acuut begin:
- veranderd bewustzijn
- lethargie
- veranderd gedrag/persoonlijkheid
- focale neurologische uitval of prikkeling
- convulsies
- psychiatrische problemen
koorts hoofdpijn nekstijfheid
anamnese:
- recente ziekte
- zieken in omgeving
- reizen
- contact met dieren
- vaccinatie status
- immuunstoornis
Welk aanvullend onderzoek kan uitgevoerd worden bij een verdenking op encefalitis?
Algemeen bloedonderzoek:
- infectieparameters (CRP), bloedbeeld, glucose
- bloedkweek: gram preparaat en bloedkweek
- serologisch onderzoek
Beeldvormend onderzoek:
- CT/MRI-scan aantonen van inflammatie van het hersenparenchym en uitsluiten van andere oorzaken
- EEG: functieonderzoek. Bij een virale encefalitis worden specifieke afwijkingen gevonden.
Liquoronderzoek:
- macroscopisch en microscopisch aspect, eiwit, glucose
- PCR: virusdiagnostiek
- Auto-immuun: IgG, oligoclonale banden
Welke vormen van preventie zijn er?
Primaire preventie (pre-expositie): de infectieziekte wordt geheel voorkomen.
Secundaire preventie (post-expositie): de besmetting heeft al plaatsgevonden maar verdere ziekte wordt voorkomen of de ziekteverschijnselen worden verlicht.