Week 8 Flashcards
(36 cards)
Wat is parkinsonisme?
Bradykinesie + rusttremor en/of rigiditeit
Oorzaken
- ziekte van Parkinson
- vasculair parkinsonisme
- medicamenteus/metabool(hypothyreoidie)
- atypisch parkinsonisme: MSA, PSP, CBS, DLB
Wat is de ziekte van Parkinson?
- geleidelijk progressief assymetrisch parkinsonisme
- motorische klachten: mimiekarmoede, hypofonie, micrografie, rigiditeit, russtremor, gestoorde houdingsreflex, voorover lopen en kleine schuifelende passen, freezing
- niet-motorische klachten: slaapstoornis, autonoom, anosmie, angst/depressie, moe, cognitieve problemen, obstipatie, urine incontinentie
- pathologie: dopamine producerende neuronen in substantia nigra weg, Lewy bodies en eiwit neerslag
- erfelijkheid: 25% aandeel(ook omgevingsfactoren), genafwijkingen met vroege onset en genetische risicofactoren
Hoe werkt diagnostiek bij Parkinson?
- Klinische diagnose
- Lab: metabole oorzaak uitsluiten
- MRI-cerebellum: andere oorzaken uitsluiten(vasculair/atypisch)
- DAT-scan: dopamine opname → twijfel of neurodegeneratief
Wat is Lewy body dementie?
- Dementie voor/samen met parkinsonisme
- fluctuaties, hallucinaties en slaapstoornis
Wat is corticobasaal syndroom?
- atrofie parietaalkwab
- snel progressief
- apraxie ledemaat
- corticale sensibele stoornis
- bulbaire verschijnselen
- piramidale verschijnselen
Wat is multi-systeem atrofie?
- bilateraal en symmetrisch parkinsonisme
- snelle progressie
- dysfonie, dysartie en dysfagie
- inspiratoire stridor/zuchten
- autonoom dysfunctie
- anecollis, contracturen handen/voeten
- piramidale verschijnselen
- cerebellair syndroom
- houdingsinstabiliteit
- onverklaarde Babinski
Wat is progressieve supranucleaire paralyse?
- snel progressief
- verticale blikparese, axiale rigiditeit, gestoorde balans/vallen
- bulbaire verschijnselen: dysfonie, dysartie, dysfagie
- MRI: kolibiri sign
- pathologie: tau stapeling
Wat is vasculair parkinsonisme?
- MRI: schade aan witte stof
- cardiale risicofactoren
- symmetrische bilateraal parkinsonisme, piramidale verschijnselen
Waaruit bestaan de basale kernen? Welke projectieneuronen hebben deze?
- Striatum: nucleus caudatus en putamen
Medium spiny neurons(GABAerg) D1(GPi) en D2(GPe) + cholinerge interneuronen - globus pallidus interna en externa: GABAerg
- Nucleus subthalamicus(diencephalon) glutamaterg
- Substantia nigra(mesencephalon): GABA erg(pars reticulata) en dopaminerg(pars compacta)
Hoe werkt de (in)directe route in de basale ganglia?
Info uit motorcortex komt binnen in striatum
Directe route: striatum(-) -> globus pallidus interna(-) -> troughput minder geremd -> beweging
Indirecte route: striatum(-) -> globus pallidus externa(-) -> nucleus subthalamicus(+) -> globus pallidus interna(-) -> troughput geremd -> remming beweging
- substantia nigra pars compacta stimuleert directe route en remt indirecte route
Hoe werkt deep brain stimulation?
- snelle shockes geven aan deel hersen om te remmen
- ziekte van Parkinson: globus pallidus interna en nucleus subthalamicus
- essentiele tremor: VLN thalamus
Hoe is het cerebellum met de hersenstam verbonden?
- pedunculus cerebelli inferior: input uit hersenstam en ruggenmerg
- pedunculus cerebelli medius: input uit pons(en dus cerebrum)
- pedunculus cerebelli superior: output naar oa thalamus
Hoe is de microscopische opbouw v/h cerebellum?
- Purkinjecel(-): ontvangen sensorische input uit
- klimvezels: uit olivia superior -> foutsignaal
- mosvezels: uit oa ruggenmerg, vestibulaire kernen en pons -> innerveren korrelcellen
Vuren constant, als foutsignaal complex en als stoppen vuren cerebellaire kernen harder - Purkinjecellen projecteren op cerebellaire kernen
- die projecteren op motorkernen en andere gebieden
Wat is het verschil tussen cerebellaire en sensore ataxie?
- Cerebellaire ataxie: ipsilateraal
- Sensore ataxie: perifere zenuwen(polyneuropathie) of achterstrengen(vit B12 deficiëntie)
- Compensatie met visuele input
- Onderscheid: proef van Romberg en knie-hak proef (met ogen open/dicht verschil bij sensore ataxie)
- Bijkomend sensibiliteit OF dysartrie en oogbolmotoriekstoornissen
Wat zijn kenmerken van cerebellair syndroom?
- Cerebellaire dysartrie
- over/undershoot, blikrichtingsnystagmus
- Dysmetrie en/of intentietremor, dysdiadochokinese
- Verminderde rompbalans
- Breedbasisch en onregelmatig gangspoor
- Koorddansgang afwijkend
Wat zijn oorzaken van cerebellaire ataxie?
- Intoxicatie: alcohol, medicatie(lithium)
- Metabool: hypothyreoidie, vitamine B1/E deficientie
- Structureel: tumor, infarct, bloeding
- Immuungemedieerd: auto-immuun encefalitis, coeliakie, paraneoplastisch, parainfectieus
- Neurodegeneratief: meest voorkomend
Genetisch - Dominant: spinocerebellaire ataxie
- Recessief: Friedrichse ataxie, CANVAS
- X-gebonden: FXTAS
Niet-genetisch: MSA, CJD
Hoe werkt amantadine(symmetrel)?
- glutamaat receptor antagonist
- +: werkt snel, mn rigiditeit en akinesie
- -: werkt na 8-9 mnd uit, misselijkheid, anticholinerge en centrale effecten, livedo reticularis
Hoe werkt levodopa?
- dopamine precursor
- samen met decarboxylaseremmer gegeven: pas in hersenen omgezet
- bijwerkingen: misselijkheid, anorexie, hypotensie, hartritmestoornis; dyskinesie, on-off fenomeen, hallucinaties, opwinding en nachtmerries
- plasmaspiegel zo contstant mogelijk
Hoe werken D2 receptor agonisten?
- bromocriptine: ook D1 antagonist
- apomorfine en pergolide: D1 agonist
- andere werken niet op D1 receptor
- tov levodopa: langere t1/2, maar minder effectief voor rigiditeit en dyskinesie
- misselijkheid!
Hoe werkt selegiline?
- MAO-B remmer: voorkomt afbraak dopamine
- effectief bij MPTP-geinduceerde parkinson
- bijwerkingen: hallucinaties, slapeloosheid, misselijkheid, bloeddrukschommelingen
Hoe werkt entacapone?
- remt omzetting levodopa waardoor langere t1/2
- samen met decarboxylaseremmer geven
Welke verbindingen tussen het cerebellum en de motorcortex kruisen?
- cerebellaire cortex -> cerebellaire kern: ongekruist
- cerebellaire kern -> thalamus: gekruist
- thalamus -> motor cortex: ongekruist
- motor cortex -> motorneuronen in ruggenmerg: gekruist
Wat is een essentiële tremor?
- symmetrisch, meestal arm(soms hoofd/been)
- geen onderliggende ziekte
- vaak familiair
- alcohol kan beter maken
- behandeling: propanolol, topiramaat of primidon; DBS thalamus
In welke gevallen is DNA onderzoek naar bewegingsstoornissen zinvol?
- op jonge leeftijd Parkinson
- spinocerebellaire ataxie
- ziekte van Huntington
- bewegingsstoornis met positieve familieanamnese/ouders consanguin