WH3C5: Seksuele dysfuncties Flashcards

1
Q

Seksuele responscyclus

A
  • refractaire periode duurt bij mannen langer dan bij vrouwen, bij vrouwen kan een orgasme meerdere keren achter elkaar
  • fasen van verlangen en opwinding kunnen door elkaar heen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Erectie

A

De kleine arteriën die door het sponsweefsel van de zwellichamen stroomt gaan verder open staan -> vullen zich -> drukken de aders die het bloed afvoeren dicht -> erectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Lubricatie

A

Alles loopt vol met bloed en zwelt op, meer vochtuittreding van de vulva en vagina

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Motivatie door

A
  • spontaneous sexual drive; opeens zin
  • responsive sexual desire: zin wordt gekregen door iemand anders of iets wat er gebeurd
  • instinct theorie; voortplanting
  • drive-reduction theorie: honger-eten-verzadiging
  • incentive-motivation pull (externe verzadiging)
  • optimal arousal theorie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Climacturie

A

Urineverlies bij het orgasme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Metingen seksuele responscylus

A
  • lichamelijk: NPT (nachtelijke recties in REM slaap (3-6x/nacht), psychofysiologisch seks-lab
  • vragenlijsten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Seksuele dysfuncties in de seksuele responscyclus

A

Seksuele dysfunctie als; adequate stimulatie, > 6 mnd aanwezig, lijdensdruk, (DSM-V)
- Verlangen: gebrek aan verlangen
- Opwinding: lubricatievermogen, erectie stoornis, M. Peyronie, dyspareunie
- Plateau/orgasme: azoospermie, ejaculatiestoornissen, climacturie, female ejaculation, vaginsime, dyspareunie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Emissie

A
  • secretie van seminale vloeistoffen: parasympatisch
  • contractie van de seminale tractus van de epididymis tot de prostaat: sympatisch
  • transport van de seminale vloeistoffen; sympatisch
  • sluiten van blaashals: sympatisch
  • zenuwen: hypogastrc (sympatisch), pelvic nerves (parasympathisch)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Expulsie

A
  • sluiten blaas (sympatisch)
  • contractie bulobspongiosus en ischiocavernosus: somatisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hormonen

A

Verlangen: oestrogeen, progesteron, dopamine, opioïden, serotonine
Opwinding: dopamine, prolactine, norepinephrine, testosteron
Orgasme: oxytocine, serotonine, testosteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly