Woordenlijst 2 Flashcards
(72 cards)
1
Q
Thuis
A
Home
2
Q
Uur
A
Hour
3
Q
Veel
A
Many
4
Q
Wakker
A
Awake
5
Q
Avond, de
A
The evening
6
Q
Dag, de
A
The day
7
Q
Door de week
A
Through the weekend
8
Q
Gisteren
A
Yesterday
9
Q
Kiezen
A
To choose
10
Q
Maand, de
A
The month
11
Q
Middag
A
Afternoon (12am-18pm)
12
Q
Morgen
A
Tomorrow
13
Q
Morgen, de
A
The morning
14
Q
Nacht, de
A
The night (12pm-06am)
15
Q
Ochtend, de
A
The morning
16
Q
Of
A
Or
17
Q
Rijden
A
Drive/ride
18
Q
S’ avonds
A
In the/during the evening
19
Q
S’middags
A
In the/during the afternoon
20
Q
S’ morgens
A
In the/during the mourning
21
Q
S’nachts
A
In the/during the night
22
Q
S’ochtends
A
In the/during the mourning
23
Q
Sporten
A
To play sports
24
Q
Tussen de middag
A
Meio dia/ hora de almoço
25
Vanavond
This evening
26
Vanmiddag
This afternoon
27
Vanmorgen/vanochtend
This morning
28
Volgend
Next
29
Vorig
Previous/the last
30
Vrij
Free
31
Week, de
The week
32
Weekend, het
The weekend
33
Aflopen
To end something
34
Alweer
Again/already
35
Collega, de
O colega
36
Eten
Eat
37
Feest, het
A festa
38
Graag
Please/like to
39
Half
Half
40
Hoe laat
How late
41
Klaar
Ready/done
42
Lezen
Read
43
Over (kwart over twee)
Past
44
al
Already
45
Beste
Dear (i)
46
Geboren
Born
47
Precies
Exactly/precisely
48
Hartelijk gefeliciteerd
Happy Birthday
49
Programma, het (tv)
The program
50
Tijd, de
The time
51
Hartelijke Groeten, de
Kind regards
52
Verjaardag, de
Aniversário
53
Het bericht
The message
54
Jarig
Birthday
55
Voor (vijf voor acht)
Before/For
56
Jong
Young
57
Vriendin
Friend
58
Kalender, de
Calendar
59
Station
Station
60
Lieve
Dear
61
Tot
Till
62
Vaak
Often
63
Oud
Old
64
Vakantie
Vacation
65
Pas (pas 19)
Only 19
66
Toch (dat is toch niet oud)
Are you?
67
Ziekenhuis, het
The Hospital
68
Tot (tot zaterdag)
Until
69
Vieren
Celebrate
70
Wanneer
When
71
Wc, de
Toilet
72
Worden
To become