1.22 en 1.23 Flashcards
(5 cards)
Eenheidsmembraan/celmembraan
Bouw: dubbele laag fosfolipide(eiwitten die voor transport van stoffen verzorgen in en uit de cel + signalen kunnen opgeven) Polaire hydrofiele koppen vd fosfolipiden steken naar buiten, apolaire hydrofobe staarten zijn naar binnen gericht. Cholesterol maakt de membraan stijver en minder doorlatend, meer stabiliteit. Plantecel:bijna geen cholesterol.
Daar celwand voor stevigheid
Wat heeft dierlijke cel niet of net wel
Geen celwand, kleine vacuoles, geen plastiden, centrosoom bestaande uit 2 centriolen
Plantaardige cel
Wel celwand, plastiden, geen centriolen, 1 centrale vacuole
Eukaryote cellen
Celkern(dubbelkernmembraan) en celorganellen(kleine structuren die een bepaalde functie hebben in de cel)
Prokaryote
Geen celkern, celorganellen(bv geen mitochodrien), kunnen wel aan fotosynthese doen(chlorfyl zonder chloroplast), wel ribosomen. Dna in de cytoplasma, wel een celwand