H16 De crisis van de 3e eeuw en de late oudheid: Diocletian Flashcards

1
Q

Hoe trok Diocletianus (284-305) in dit opzicht de door Gallienus ingezette lijn door?

A

Diocletianus voerde een verfijnd en gevarieerd hervormingsprogramma in.
1. Hij breidde en reorganiseerde zijn leger uit en verbeterde de grensverdediging.
2. Hij nam het idee van Gallienus van mobiele veldtroepen over,
3. versterkte veel grenzen, verhoogde het aantal soldaten en organiseerde de strijdkrachten in kleinere eenheden dan de traditionele legioenen. De eenheden van Diocletianus werden ook wel legioenen genoemd, maar waren veel kleiner dan de legioenen van het principaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ook in een ander opzicht bouwde Diocletianus voort op een maatregel van Gallienus. Hoe?

A
  1. Gallienus benoemde minder senatoren op militair gebied en 2. Diocletianus bond de curiales, gemeenteraadsleden, aan hun sociale klasse en aan hun raad om te voorkomen dat ze hun verantwoordelijkheden zouden ontlopen door dienst te nemen in het leger of werk te zoeken bij een van de keizerlijke diensten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Dus welke hervormingen van Diocletian?

A
  • Hervorming van het centrale en provinciale administratieve apparaat: bisdommen, prefecturen
    – Commandanten en gouverneurs gerekruteerd uit de equites: senatoren verwijderd uit het provinciaal bestuur
  • Militaire hervormingen:
    – Er werd onderscheid gemaakt tussen militaire commandanten (duces en comites) en de administratieve gouverneurs, verantwoordelijk voor justitie en belastingen
    – Reorganisatie van het leger in kleinere, mobiele eenheden
  • Belastinghervormingen: nauwkeurigere schattingen en budgettering, gebonden aan bodem/ambacht/klasse
  • Nieuw systeem voor keizerlijke opvolging: tetrarchie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Leg de samenhang uit tussen het nieuwe belastingstelsel van Diocletianus en de binding van de boeren aan de grond.

A

De bestaande belastingen in natura werden verhoogd en gesystematiseerd. Om ervoor te zorgen dat het land productief zou blijven, bond Diocletianus de boeren aan de grond. De ambachtslieden in de steden bond hij aan hun vak; voortaan moest een ambachtsmanszoon zijn vader opvolgen. Het doel van Diocletianus was om te voorkomen dat de ambachtslieden hun beroep zouden opgeven om zo de hoge belastingen te ontlopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke bestuurlijk lagen stonden er in de Late Keizertijd tussen de rijksoverheid en de burger? Hoe had de situatie zich wat dat betreft sinds de Vroege Keizertijd ontwikkeld?

A

Sinds het begin van de Romeinse geschiedenis waren militaire taken, bestuur en rechtspraak altijd verenigd geweest in de bevoegdheden van de koningen, de magistraten met imperium en de keizers (en hun gouverneurs). Nu werden de militaire taken echter toevertrouwd aan afzonderlijke grenscommandanten (duces en comites, meervoudsvormen van dux en comes, waarvan de Engelse woorden ‘duke’ en ‘count’ zijn afgeleid) en aan de generaals die in de mobiele legers dienden. Gouverneurs van de nu kleinere provincies moesten recht spreken en belastingen heffen in contanten en natura, waarbij ze de taken van voormalige gouverneurs en procureurs of quaestoren combineerden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe zag de door Diocletianus geïntroduceerde opvolgingsregeling eruit? Werkte deze regeling in de praktijk?

A

Diocletianus benoemde één medekeizer en twee jongere keizers, zodat elk van de vier grote legers (die van de Rijn, de Boven-Donau, de Beneden-Donau en de oostgrens) door een keizer kon worden geleid. De twee oudste keizers kregen allebei de titel ‘Augustus’; de jongere keizers werden ‘Caesar’ genoemd. De laatste (Caesar) zou de eerste (Augusti) opvolgen. Diocletianus hoopte dat dit opvolgingsstrijd zou voorkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly