HC 1: Inleiding, deel 5/6 Flashcards

1
Q

Welke 7 aspecten heeft psychoanalyse vandaag?

A
  1. Ontwikkelingsperspectief
  2. Met oog voor complexiteit
  3. Met oog voor onbewuste processen
  4. Overdracht en Tegenoverdracht
  5. Gericht op de gehele persoon en diens unieke Lebensweit
  6. Focus op innerlijke wereld
  7. Continuïteit tussen normaliteit en psychopathologie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de drie kernpunten van ontwikkelingsperspectief?

A
  • Het belang van vroegkinderlijke ervaringen
  • Onze ‘mind’ en onze mentale/psychische capaciteiten ontwikkelen zich langzaam, in een gehechtheidsrelatie
  • Gehechtheid als intern werkmodel dat percepties, emoties, verwachtingen en patronen over zelf en ander mee kleurt. (Eén aspect van psyché)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zei ‘De Wolf’ over ‘Development is about:…”

A

Development is about: being related to the other without losing yourself en being with yourself without losing the other

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wie is de grondlegger van de hechtingstheorie?

A

John Bowlby

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar ging de hechtingstheorie eerst over? en nadien?

A

Eerst: interesse in reactie van kinderen op de reële separatie tijdens WO II. Impact psychisch funcitoneren (‘boefjes’).
Nadien: doel van gehechtheid is nabijheid en regulatie van stress

(Eerst: in gedrag/fysieke nabijheid
later: als intern werkmodel over zelf en de ander).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar gaat ‘met oog voor complexiteit’ over? (2)

A

Geen naïeve lineair-causale modellen: omdat X dan Y…
Regressie en progressie op verschillende, gerelateerde ontwikkelingslijnen mogelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke term gebruikte Freud voor ‘met oog voor complexiteit’?

A

Nachträglichkeit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar gaat ‘nachträglichkeit’ over?

A

Vroege ervaringen worden geherinterpreteerd, waarbij het mogelijk is dat een bepaalde gebeurtenis traumatisch wordt eenmaal dat de ervaring zijn volle betekenis krijgt (beetje zoals de herinterpretatie van CSA)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar gaat ‘het onbewuste’ over? (1 zin)

A

Onze motivatie en intentie zijn vaak onbewust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waartussen wordt onderscheid gemaakt bij ‘het onbewuste’? (2 + uitleg)

A
  • Onbewuste processen (automatisch, impliciet, sublimaal, defaultnetwerk)
  • Het dynamische onbewuste (gemotiveerde processen die bewustzijn verhinderen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly