HC 5 Flashcards

1
Q

Waar zijn evidence based practices op gebaseerd?

A
  • kennis uit wetenschappelijk onderzoek
  • praktijkkennis, opleiding en ervaring hulpverleners
  • ervaringen, vragen en voorkeuren van clienten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een evidence based practice (EBP)?

A
  • bewezen effectieve interventie
    –> niet hetzelfde als klinische richtlijnen, ze zijn breder dan richtlijnen
  • onderverdeeld in preventie en behandeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar richten klinische richtlijnen zich op?

A

richten zich op een stoornis en geven aanbevelingen over de inzet van EBP’s
–> gaat over behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Over welke groepen gaat het bij preventie?

A
  • universeel
  • selectief: groep met hoog risico
  • geindiceerd: individu met hoog risico
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Doelgroepen/settings voor interventie

A
  • leeftijd
  • onderwerp (ADHD/depressie etc)
  • doel (preventie/verminderen problemen etc)
  • doelgroep (kansarm/migratieachtergrond/SO)
  • locatie
  • interventieniveau
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wie beoordeeld de effectiviteit van een interventie en hoe werkt deze beoordeling?

A

Door NJI, elke 5 jaar opnieuw met de effectladder
- erkenning kan verlopen zijn, dan staan ze onder ‘verwijderd’
- een rede om hem niet opnieuw in te dienen na 5 jaar is dat er bijv betere interventies zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe werkt een beoordeling middels de effectladder?

A
  • Trap 0: niet in NJI databank opgenomen
  • Trap 1: voorwaardelijk: uitgeschreven op papier
  • Trap 2: veelbelovend: goede interventietheorie
  • Trap 3: doeltreffend: cijfers en uitkomstmaten bekend (voor/nameting)
  • Trap 4: Plausibel: vooraf veronderstelde verbanden getoetst
  • Trap 5: werkzaam: gerandomiseerd onderzoek met controlegroep (inclusief theorethische onderbouwing)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke factoren zorgen ervoor dat een interventie werkt?

A

algemene en specifieke werkzame factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn algemene werkzame factoren

A
  • Bijv: relatie tussen client en hulpverlener (alliantie)
  • planmatig gestructureerd werken
  • aansluiten bij motivatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn specifiek werkzame factoren?

A
  • bijv: bepaalde methodiek en technieken
  • denk aan: leertheorethsiche principes (straffen/belonen)
  • OF cognitief-therapeuthische principes gericht op specifieke doelgroep
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn voorbeelden van specifiek werkzame factoren in EBP’s voor kind en jeugd

A
  • uitgebreid emperisch onderzoek: handleidingen
  • programmas gebaseerd op reinforcement van gewenst gedrag
  • ouders en leerkrachten betrokken ter ondersteuning van verandering bij kind
  • EBP’s veelal gedrags of CBT interventies
  • generaliseren van het effect naar andere settings
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe zit het met het gebruik en werkzaamheid van EBP’s in de praktijk?

A
  • 94% van de interventies die gebruikt worden zijn NIET opgenomen in de database van het NJI
  • 5% zijn goed onderbouwd
  • 0.5% zijn bewezen en effectieve interventies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar gaat het mis tussen het overdragen van EBP’s in onderzoek naar de klinische setting

A
  • vaak niet onderzocht in klinische setting
  • naast EBP worden andere behandeling gebruikt die ook niet onderzocht worden
  • hoge effectiviteit in de onderzoekssetting is moeilijk te overdragen naar de klinische praktijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat beinvloed de mate waarin hulpverleners geneigd zijn om EBP te gebruiken?

A
  • attitude
  • winst/verlies balans
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn effecten uit de klinische praktijk die de overdraagbaarheid van EBP’s moeilijker maken?

A
  • doelgroep (invloeden leeftijd en context/ gender/ weinig aandacht comorbiditeit)
  • werkzame factoren van interventies (weinig aandacht voor processen die zorgen voor de uitkomsten)
  • omstandigheden van uitvoeren (volgorde en integratie van behandelingen en implementatie strategie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly