7. Angststoornissen Flashcards
(21 cards)
Pathologische angst
- Ongewone intense en/of langdurige angst die buiten proporties is
- Angst zonder angstopwekkende prikkel
Cerebraal hersen-angstcircuit
- Autonome reacties: snellere ademhaling en hartslag
- Motorische reacties: fight, flight, freeze
- Emotionele responsen: angst en bedreiging
- Geheugen: eerdere ervaringen bepalen hoe situatie ervaren wordt
Behandeling
- Cognitieve gedragstherapie
2. Medicatie
Specifieke fobie - kenmerken
- Aanhoudende irrationele angst
- Paniekaanval
- Ongegrond
- Situatie wordt vermeden of anders intense angst/lijden
- Interfereert met dagelijkse bezigheid
Specifieke fobie - type
- Diertype
- Natuurtype
- Bloed-injectie-verwonding
- Situationeel
- Overig
Specifieke fobie - behandeling
Exposuretechnieken:
In vivo,in vitro, in virtual reality
Paniekstoornis - kenmerken
- Recidiverende onverwachte paniekaanvallen
- Min 1 van de gevallen werd gevolgd door een maand waarin: zorgen over nieuwe aanval, piekeren over gevolgen nieuwe aanval, belangrijke gedragsverandering
Agorafobie - kenmerken
- Angst voor plaatsen waaruit je moeilijk kan ontsnappen of waar geen hulp beschikbaar is
- Situaties worden vermeden
- Angst wordt niet verklaard door andere stoornis
Paniekstoornis en agorafobie- behandeling
- Cognitieve gedragstherapie
- Medicatie
- Combinatie
Sociale fobie - kenmerken
- Angst voor sociaal functioneren/ presteren/ mogelijk kritische beoordeling
- Blootstelling leidt tot onmiddellijke angstreactie
- Bewust van overdreven/onredelijke angst
- Situaties worden vermeden
- Interfereert met dagelijks leven
Sociale fobie - behandeling
A. Gedragstherapie
B. Cognitieve therapie
C. Assertiviteitstraining
D. Medicamenteuze ondersteuning
Dwanggedachten - kenmerken
- Recidiverende en aanhoudende gedachten, impulsen, voorstellingen
- Niet te negeren/onderdrukken
- Bewust dwang
Dwanghandelingen - kenmerken
- Zich herhalend gedrag of mentale activiteit
2. Gericht op voorkomen of verminderen lijden/bepaalde gebeurtenis,…
OCS (ocd) - algemene kenmerken
- Eigen dwangverschijnselen als onzinnig of excessief
- Klachten veroorzaken spanning
- Angst/spanningsgevende dwanggedachte wordt gevolgd door een angst/spanningsreducerende dwanghandeling
OCS(ocd) - thema
- Angst besmetting/ wasdwang
- Angst voor gevaarlijke gebeurtenis en controledwang
- Symmetrie-obsessies, tellen, ordenen en verzamelen
OCS(ocd) - behandeling
- Gedragstherapie
- Cognitieve therapie
- Medicatie
Gegeneraliseerde angststoornis - kenmerken
- Piekeren
- Gedurende 6 maanden
- Moeilijk bezorgdheid in de hand te houden
- Angst gaat samen met: rusteloosheid, snel vermoeid, moeilijk concentreren, niets herinneren, prikkelbaar, spierspanning, slaapstoornis
GAS - behandeling
- Psycho-educatie
- Relaxatie
- Cognitieve technieken
- Exposure in vivo
- Stimuluscontroletechnieken
- Interpersoonlijke en emotieve technieken
- Medicatie
Posttraumatische stressstoornis - kenmerken
- Traumatische ervaring
- Herbeleving
- Aanhoudend vermijden van prikkels die bij trauma horen
- Prikkelbaarheid
Posttraumatische stress - behandeling
- Herhaalde imaginaire exposure (in vitro) aan de traumatische gebeurtenissen
- Exposure aan in vivo aan situatie die in het dagelijks leven worden vermeden
- EMDR
- Medicatie
Acute stresstoornis - kenmerken
- Langer dan 2 dagen, minder dan één maand
2. Dissociatieve symptomen tijdens of na ingrijpende gebeurtenis