Anatomie Oor Flashcards

(27 cards)

1
Q

Welke drie hoofdonderdelen kent het oor en welke functies vervullen ze?

A
  1. Externe oor: vangt geluidsgolven op (oorschelp en gehoorgang).
  2. Middenoor: zet geluidsgolven om via gehoorbeentjes en versterkt ze.
  3. Binnenoor: bevat cochlea (geluid) en vestibulair systeem (evenwicht).

Externe oor: Bestaat uit de oorschelp (auricula), de uitwendige gehoorgang (meatus acusticus externus) en het trommelvlies (membrana tympanica). De primaire functie is het opvangen en geleiden van geluidsgolven naar het middenoor.​

Middenoor: Bevat de trommelholte (cavitas tympani), de gehoorbeentjes (malleus, incus en stapes) en de spieren van de gehoorbeentjes. De functie is het omzetten van geluidstrillingen van hoge amplitude en lage kracht naar trillingen van lage amplitude en hoge kracht, en deze doorgeven aan het binnenoor.​
Kenhub

Binnenoor: Bestaat uit het benige labyrint (vestibule, semicirculaire kanalen, cochlea) en het membraneuze labyrint (utriculus, sacculus, semicirculaire kanalen, ductus cochlearis). De functies omvatten het ondersteunen van het membraneuze labyrint, het verstrekken van informatie over de positie en bewegingen van het hoofd en het verwerken van gehoorsinformatie.​

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem de belangrijkste onderdelen van de oorschelp en hun rol.

A

Helix: buitenste rand.
Antihelix: binnenboog.
Tragus: kraakbenig flapje.
Concha: centrale kom.
Lobulus: oorlel zonder kraakbeen.
Elke structuur helpt bij het opvangen en richten van geluid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe verschilt de opbouw van de uitwendige gehoorgang tussen het laterale en mediale deel?

A

Laterale 1/3: kraakbenig en bevat cerumenklieren.
Mediale 2/3: benig en gevoeliger.
Beide geleiden geluid naar het trommelvlies. De gehoorgang is S-vormig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de twee hoofdonderdelen van het trommelvlies?

A

Pars tensa: gespannen deel dat trillingen doorgeeft.
Pars flaccida: slapper deel dat minder betrokken is bij geluidsgeleiding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Benoem en beschrijf de drie gehoorbeentjes.

A

Malleus: verbonden aan trommelvlies.
Incus: schakelt tussen malleus en stapes.
Stapes: drukt op ovale venster.
Samen versterken ze trillingen naar het binnenoor.

hamer (malleus), aambeeld (incus) en. stijgbeugel (stapes).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke spieren beïnvloeden de gehoorbeentjes en waarom?

A

M. tensor tympani trekt aan malleus.

M. stapedius dempt stapes.
Beiden beschermen tegen te harde geluiden via het acoustic reflex.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat doet de buis van Eustachius en wat kan er misgaan?

A

Verbindt middenoor met keelholte, zorgt voor drukgelijkstelling.
Disfunctie kan leiden tot otitis media of slechthorendheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de drie delen van het benig labyrint?

A

Cochlea (geluid), vestibulum (lineaire versnelling), semicirculaire kanalen (rotatie).
Gevuld met perilymfe en omgeeft het membraneuze labyrint.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Beschrijf het membraneuze labyrint en zijn vloeistoffen.

A

Bevindt zich in het benig labyrint. Gevuld met endolymfe, omgeven door perilymfe. Bevat sensorische organen voor gehoor en evenwicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke structuur in de cochlea detecteert geluid?

A

Bevindt zich in het benig labyrint. Gevuld met endolymfe, omgeven door perilymfe. Bevat sensorische organen voor gehoor en evenwicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe detecteren semicirculaire kanalen rotatie?

A

Via cristae ampullares in de ampullen. Endolymfebeweging buigt haarcellen tijdens rotatie → activatie van de vestibulaire zenuw.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe meten utriculus en sacculus lineaire versnellingen?

A

Maculae in beide structuren detecteren zwaartekracht en versnelling via otolieten.
Sacculus: verticaal; Utriculus: horizontaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke zenuwen innerveren het oor?

A

N. vestibulocochlearis (VIII) voor gehoor/evenwicht.
N. facialis (VII) en N. mandibularis (V3) voor motoriek.
Sensoriek via takken van N. vagus, auriculotemporalis, en facialis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe wordt het oor van bloed voorzien?

A

Externe oor: a. auricularis posterior, a. temporalis superficialis.
Middenoor: a. tympanica anterior/posterior.
Binnenoor: a. labyrinthi (vanuit a. basilaris).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is otitis media en welke complicaties zijn er?

A

Ontsteking van het middenoor.
Vaak veroorzaakt door Eustachiusbuis-disfunctie.
Complicaties: gehoorverlies, perforatie, mastoïditis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is presbycusis?

A

Leeftijdsgebonden gehoorverlies. Vooral hoge tonen worden slechter waargenomen door degeneratie van haarcellen in het orgaan van Corti.

17
Q

Wat is het verschil tussen conductief en perceptief gehoorverlies?

A

Conductief: probleem in extern/middenoor (bijv. cerumenprop).
Perceptief: binnenoor of zenuwbeschadiging (bijv. lawaaischade, ototoxische medicatie).

18
Q

Wat is de primaire functie van het vestibulaire systeem?

A

Het vestibulaire systeem is een proprioceptief somatosensorisch systeem dat verantwoordelijk is voor het waarnemen van de positie en beweging van het hoofd en lichaam in de ruimte. Het helpt bij het handhaven van balans, houding en coördinatie van oogbewegingen.

19
Q

Welke structuren behoren tot het perifere deel van het vestibulaire systeem?

A

Het perifere deel bestaat uit de semicirculaire kanalen, otolithische organen (utrikel en sacculus), het vestibulaire ganglion en de vestibulocochleaire zenuw (craniale zenuw VIII). (Kenhub,Kenhub)

20
Q

Wat detecteren de semicirculaire kanalen?

A

De semicirculaire kanalen detecteren angulaire (rotatoire) versnellingen van het hoofd. Ze zijn gevoelig voor bewegingen in drie orthogonale vlakken.

21
Q

Wat is de functie van de otolithische organen (utrikel en sacculus)?

A

De utrikel en sacculus detecteren lineaire versnellingen en de positie van het hoofd ten opzichte van de zwaartekracht, wat essentieel is voor het handhaven van de balans. (Kenhub,Kenhub)

22
Q

Waar bevindt zich het vestibulaire ganglion en wat is zijn functie?

A

Het vestibulaire ganglion bevindt zich in het binnenoor en bevat de cellichamen van bipolaire neuronen die sensorische informatie van de haarcellen naar de hersenstam overbrengen. (Kenhub,Kenhub)

23
Q

Welke vier vestibulaire kernen bevinden zich in de hersenstam?

A

De vier vestibulaire kernen zijn: de superieure (Bechterew), laterale (Deiters), mediale (Schwalbe) en inferieure (Roller) vestibulaire kernen. Ze bevinden zich in de laterale hoek van de rhomboïde fossa van de hersenstam.

24
Q

Wat is de functie van de mediale vestibulospinale baan?

A

De mediale vestibulospinale baan, afkomstig van de mediale vestibulaire kern, beïnvloedt de bewegingen van de nek en bovenste ledematen als reactie op vestibulaire stimuli. (Kenhub,Kenhub)

25
Hoe draagt het vestibulaire systeem bij aan oogbewegingen?
Het vestibulaire systeem stuurt signalen naar de kernen van de oculomotorische (III), trochleaire (IV) en abducens (VI) zenuwen, wat resulteert in reflexmatige oogbewegingen die helpen bij het stabiliseren van het gezichtsveld tijdens hoofdbewegingen (vestibulo-oculaire reflex).
26
Wat zijn de klinische symptomen van een vestibulaire stoornis?
Symptomen kunnen zijn: duizeligheid, evenwichtsproblemen, nystagmus (onwillekeurige oogbewegingen), tinnitus (oorsuizen) en gehoorverlies.
27
Wat is het verschil tussen conductieve en sensorineurale doofheid?
Conductieve doofheid wordt veroorzaakt door problemen in het buiten- of middenoor die de geluidsoverdracht belemmeren, terwijl sensorineurale doofheid het gevolg is van schade aan het binnenoor of de vestibulocochleaire zenuw.