Basisassumpties Flashcards
(8 cards)
1
Q
Basisassumpties (7)
A
- ontwikkelingsperspectief
- rol van onbewuste motivatie en intentionaliteit
- overdracht van patronen van denken/voelen/handelen in vroegere relaties naar huidige relaties
- persoonsgericht perspectief
- erkenning van complexiteit
- focus op innerlijke psychische wereld en psychologische causaliteit
- continuïteit tussen normale en psychopathologische ontwikkeling
2
Q
- ontwikkelingsperspectief (4)
A
- PDT = fundamenteel ontwikkelingspsychologisch en ontwikkelingspsychopathologisch
- klemtoon op vormende rol van vroegere levenservaringen op latere mentale structuren en gedrag
- !! niet deterministisch maar probabilistisch
- klemtoon op geleidelijke ontwikkeling van mentale capaciteiten –> verschillende ontwikkelingsfasen = verschillende manieren van wereld begrijpen en kennen
3
Q
- rol van onbewuste motivatie en intentionaliteit (2)
A
- PDT: naast bewuste factoren ook heel wat onbewuste motieven die denken/voelen/handelen drijven (vaak niet van bewust)
- PDT: motivationele factoren kunnen onderling in conflict komen –> zowel normale als psychopathologische ontwikkeling kan gekenmerkt worden door conflict –> (mal)adaptieve pogingen om psychisch evenwicht te (her)winnen en behouden
4
Q
- overdracht van patronen van denken/voelen/handelen in vroegere relaties naar huidige relaties (3)
A
- PDT: patronen van denken/voelen/handelen die geïnternaliseerd zijn geraakt door vroegere relationele ervaringen en door gehechtheidsrelaties, spelen vaak onbewust door in hoe nieuwe relaties gepercipieerd en ervaren worden, en dus benaderd worden
- in therapeutische relatie zie je dan ook ‘in het klein’ hoe de cliënt in het dagelijks leven omgaat met relaties en relationele stress
- zowel overdracht (vanuit de cliënt) als tegenoverdracht (vanuit de therapeut)
5
Q
- persoonsgericht perspectief (7)
A
- PDT: houdt rekening met gehele persoon
- niet stoornisgericht, niet enkel gericht op ontwikkelingstrajecten die geïmpliceerd zijn in een specifieke stoornis
- klemtoon op multifinaliteit en equifinaliteit
- multifinaliteit: 1 oorzaak, meerdere uitkomsten
- equifinaliteit: meerdere oorzaken, 1 uitkomst
- epistemologisch perspectief: individuele betekenisverlening centraal: stoornis wordt begrepen in context van (mal)adaptieve functies die het dient voor individu
- van ‘one-size-fits-all’ naar ‘what works for whom, under what circumstances, and why’
6
Q
- erkenning van complexiteit (3)
A
- PDT: klemtoon op complexiteit van psychisch functioneren
- non-lineaire processen, regressie, progressie op verschillende gerelateerde ontwikkelingslijnen
- wederzijdse beïnvloeding tussen ontwikkelingsomstandigheden en latere betekenisverlening
7
Q
- focus op innerlijke psychische wereld en psychologische causaliteit (3)
A
- PDT: focus op innerlijke psychische wereld en psychologische causaliteit doorheen de levensloop
- psychische ontwikkeling: beweging in de richting van toenemende complexiteit, differentiatie, en integratie van gevoelens, gedachten, en representaties van zelf en anderen
- psychische ontwikkeling: psychische processen, en biologische en sociale factoren, spelen een rol in het ontstaan en voortbestaan van psychopathologie
8
Q
- continuïteit tussen normale en psychopathologische ontwikkeling (3)
A
- PDT: klemtoon op fundamentele continuïteit tussen normale en psychopathologische ontwikkeling
- zowel normale als verstoorde psychische ontwikkeling = poging tot (her)vinden van dynamische evenwicht tussen de impact van vroegere ervaringen en huidige noden in de context van de omgeving van het individu
- mensen zijn fundamenteel kwetsbaar om psychische problemen te ontwikkelen, zeker indien geconfronteerd met moeilijke ervaringen die latente kwetsbaarheden kunnen oproepen / een uitdaging vormen voor copingstrategieën die ooit adaptief waren maar maladaptief blijken onder nieuwe omstandigheden