begrippen hoofdstuk 4 Flashcards
(54 cards)
industrie
het produceren van goederen met behulp van machines in een fabriek
binnenstad
het centrum van een stad
arbeidsmigranten
iemand die ergens anders gaat werken vanwege gebrek aan werk en geld in zijn eigen gebied, heet ook economische migrant
oude woonwijken
stadswijk met een hoge woningdichtheid, gebouwd voor arbeiders tijdens de industrialisatie (in duitsland tussen 1870 en 1920)
central business district (cbd)
het kantoren-, winkel- en uitgaansgebied van een stad, heet ook stadscentrum of centrale zakenwijk
cityvorming
verdringing van de woonfunctie in een gebied door kantoren en winkels
stedelijke vernieuwing
het vernieuwen van woonwijken in de stad zodat de leefbaarheid sterk verbetert
suburbanisatie
de verstedelijking van het platteland door migratie vanuit de stad
re-urbanisatie
bevolkingsgroei in een stad na een periode van suburbanisatie
natuurlijke bevolkingsgroei
bevolkingsgroei of bevolkingsafname door het aantal geboorten min het aantal sterftes
hightechindustrie
industrie die gebaseerd is op hoogstaande technische kennis
agglomeratievoordelen
het voordeel dat bedrijven hebben doordat ze vlak bij elkaar zitten
bruto nationaal product (bnp)
het geld dat alle inwoners in een land per jaar samen verdienen
dienstensector
alle bedrijven die zich bezighouden met het leveren van diensten, heet ook tertiaire sector
multinationale ondernemingen (multinationals)
bedrijf met vestigingen in verschillende landen
infrastructuur
alle voorzieningen die nodig zijn om personen, goederen of informatie te leveren
mijnbouw
winning van delfstoffen
zware industrie
bedrijven die veel grondstoffen gebruiken, zoals steenkool, ijzererts of ruwe olie
demografische krimp
krimp van de bevolking, heet ook bevolkingskrimp
vertrekoverschot
wanneer er meer mensen vertrekken uit een gebied dan dat er zich vestigen
europese unie
politiek en economisch samenwerkingsverband tussen 28 landen in Europa
communisme
politieke vorm waarbij de staat alle bedrijven bezit en bepaald welke producten worden gemaakt
dictatuur
staatsvorm waarin één persoon de absolute macht heeft
cultuur
alles wat je hebt aangeleerd