begrippen overal Flashcards

(18 cards)

1
Q

paritas creditorum?

A

Gelijkheid van schuldeisers: in principe hebben alle schuldeisers gelijke aanspraken op het vermogen van een schuldenaar, tenzij er een wettelijk voorrecht geldt (art. 3:277 BW).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke zaken waren in het Romeinse recht aan het rechtsverkeer onttrokken?

A

Res extra commercium:
Res publicae: Openbare zaken zoals wegen en rivieren.
Res divini iuris: Heilige zaken, zoals tempels.
Res communes omnium: Zaken die van iedereen zijn, zoals de zee.
In Nederland: Er zijn nog steeds zaken die niet verhandelbaar zijn, zoals natuurlijke hulpbronnen (art. 3:2 BW) en openbare wegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar kwam voor de Romeinen het woord ‘bezit’ (possessio) vandaan?

A

Afgeleid van possidere (in bezit hebben), wat feitelijke macht over een zaak betekent. Bezit had in Romeins recht zowel een juridische als een feitelijke betekenis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe verkreeg men volgens het Romeinse recht bezit? Werkt dat in het huidige recht nog steeds zo?

A

Door corpore et animo (lichamelijke overgave en wil om bezitter te zijn). Dit geldt deels nog in het huidige recht:
Bezitverkrijging door inbezitneming (art. 3:113 BW).
Bezitverkrijging door overdracht (art. 3:114 BW).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe zie je de begrippen ‘bezit’ en ‘houderschap’ terugkomen bij een tussenpersoon?

A

De tussenpersoon kan houder zijn (bijvoorbeeld als hij iets koopt voor een ander en het bewaart). De uiteindelijke koper kan na levering bezitter worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent ‘Nemo plus iuris ad alium transferre potest, quam ipse haberet’?

A

Vertaling: “Niemand kan meer recht overdragen dan hij zelf heeft.”
Betekenis: Als iemand geen eigenaar is, kan hij het eigendom niet geldig overdragen (art. 3:84 BW).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom schreef Paulus ‘nuda traditio numquam transfert dominium’?

A

Vertaling: “Enkele overdracht (traditio) draagt nooit het eigendom over.”
Betekenis: Er moet niet alleen overdracht zijn, maar ook een geldige titel (causa). Dit principe geldt nog steeds in Nederland (art. 3:84 lid 1 BW).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een consensueel overdrachtsstelsel (zoals in Frankrijk)?

A

Eigendom gaat direct over bij het sluiten van de koopovereenkomst, zonder aparte levering (art. 1583 Code Civil).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe kon men volgens het Romeinse recht eigenaar worden als men iets verkreeg van een niet-eigenaar?

A

Door usucapio (verkrijgende verjaring): als men een zaak langdurig en te goeder trouw bezat, werd men eigenaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Kon je gestolen zaken door verjaring verkrijgen?

A

Romeins recht: Nee, gestolen zaken konden niet door usucapio worden verkregen.
Huidig recht: In Nederland kan men door verjaring eigenaar worden (art. 3:99 BW), maar niet als er sprake was van diefstal (art. 3:86 lid 3 BW).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is bona fides en welke rol speelde dit in verjaring?

A

Bona fides = goede trouw, de overtuiging dat men een rechtmatige eigenaar is.
Bij usucapio was bona fides vereist om eigendom te verkrijgen door verjaring.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

traditio

A

bezitsverschaffing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar zijn de Digestenteksten een verzameling van?

A

Juristengeschriften, ook wel ius geheten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

. Wat voor soort juridisch werk beogen de Instituten van Justinianus of Gaius te zijn?

A

Een leerboek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

welke goederen daarmee konden worden overgedragen en (ii)
MANCIPATIO

A

Mancipatio kon worden gebruikt voor het overdragen van res mancipi, te
weten de grond in Italië, slaven, getemde dieren en de landelijke
erfdienstbaarheid (goederen die te maken hadden met het boerenbedrijf).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoe de overdracht tot stand kwam.

A

Mancipatio kwam tot stand door formele en rituele (symbolische)
handelingen. De mancipatio is een soort symbolische verkoop; ten
overstaan van vijf getuigen en een weegschaalhouder (libripens). De
verkrijger pakt de zaak beet en roept volgens een vaste zinsnede uit dat hij
eigenaar is en tikt vervolgens met het brons tegen de weegschaal en geeft
het brons aan de vervreemder, zogenaamd bij wijze van prijs.

17
Q

welke goederen daarmee konden worden overgedragen
TRADITIO

A

Traditio kon worden gebruikt om res nec mancipi over te dragen. Dat waren
de goederen die niet res mancipi waren.

18
Q

hoe de overdracht tot stand kwam.
TRADITIO

A

Traditio kwam tot stand wanneer aan drie vereisten was voldaan. Ten eerste
moest er geleverd zijn. In de tweede plaats moet levering zijn verricht door
een beschikkingsbevoegde, krachtens de nemo plus-regel. Ten derde was
een geldige titel - iusta causa - vereist. Vergelijkbaar dus, met de huidige
wijze van overdracht.