Berkhof - De kerk als instituut Flashcards
(40 cards)
Waarom wordt de Kerk gecategoriseerd als instituut
De kerk is het door God gestichte, door Christus geleide en door de Geest bezielde heilsinstituut. De kerk is dus een organisatievorm die behoort tot het genre der instituten. Net als andere instituten vindt het haar bestaansrecht in de tussenmenselijke activiteiten die zijn tot stand brengen en in stand houden. De oorsprong van het instituut is voort te planten wat er in de geschiedenis heeft plaatsgevonden in Israël en in Christus. Vanuit haar doel gezien beoogt zij door middel van die geschiedenis mensen te vernieuwen, in relatie met God en Christus te brengen en in een nieuwe relatie tot elkaar, tot het leven en tot de wereld.
Welke activiteiten zijn met participatie verbonden?
- Het lezen van boeken
- Het zingen van liederen
- Het deelnemen aan kringen
- De omgang met mensen
Wat zijn de 9 institutaire elementen? Wat is hier voor nodig?
- Onderricht
- Preek
- Doop
- Avondmaal
- Geloofsgesprek
- Diaconie/ liefdebetoon
- Eredienst
- Ambt
- Kerkorde
Er zijn mensen en mensen met een bepaald ambt nodig om deze activiteiten te laten plaatsvinden, binnen het geheel dat wij kerkorde noemen.
In de vroegere middeleeuwen telde men vijf, zeven, negen, twaalf of dertig sacramenten. Nu heeft de RKK er 7. Benoem deze. Hoe zijn de sacramenten existentieel verandert?
- Baptismus
- Confirmatio/vormsel
- Eucharistia
- Paenitentia/berouw
- Unctio/zalving
- Ordo scerdotii/wijding
- Matrimonium/huwelijk
Tegenwoordig zijn de sacramenten meer personalistisch en minder substantialistisch.
Wat heeft de Reformatie verandert aan het aantal sacramenten?
De Reformatie kon de preek toevoegen als achtste sacrament, maar heeft in plaats daarvan het aantal sacramenten teruggebracht tot twee die Christus zelf heeft ingesteld: doop en avondmaal. De preek werd als een apart heilsmiddel naast en boven de sacramenten gesteld.
Wat heeft Berkhof te zeggen over sacramenten vandaag de dag?
Berkhof vindt dat we moeten breken met het begrip ‘sacramenten,’ omdat het zijn omvattende betekenis verloren heeft en nu een isolerende verbinding schept tussen de doop en avondmaal die het NT niet kent. Dat de doop en avondmaal door Christus zelf zijn ingesteld heeft aan overtuigingskracht verloren, door modern bijbelonderzoek.
Wat is onderricht?
- De kerk is niet het doel, maar een middel tot het heil. Het gaat om de deelname aan Christus, om de inlijving in het verbond en pas daarom en van daaruit om de inwijding in de kerk.
- Het onderricht van de kerk is heel anders dan verstandelijk leren, al is het wel op informatie gefundeerd. Het is ook iets anders dan de verkondiging, maar gaat daar wel principieel vanuit. Het onderricht betrekt het heil op de totaliteit van het leven.
- Berkhof zou liever het woord ‘inwijding’ gebruiken, wegens de verstandelijke bijsmaak van het woord ‘onderricht.’
- De gelovige blijft ook leerling na zijn belijdenis (of voor de mensen die de Bijbel belangrijk vinden: de volwassendoop), maar dat vind dan zijn vervolg in het geestelijk gesprek.
Wat is de doop?
- doop -> baptismos
- De doop gaat over de opneming in de gemeenschap, zowel met Christus als met Zijn gemeente. Water heeft voor mensen een dubbele betekenis: bedreigend en verkwikkend. Water heeft in elke godsdienst een betekenis, maar Johannes de Doper radicaliseerde deze: ‘’de mens gaat erin onder om zijn verlorenheid voor God uit te drukken en rijst eruit op ten teken van de vergeving van God. Zo wordt de mens in berouw, vergeving en bekering toegerust voor de ophanden grote toekomst.’’
- Door de doop wordt men als het ware ingelijfd in het gebeuren van de dood en verrijzenis. Dat is een beslissing van de gelovige, maar hij láát het doen.
- De doop is niet de volheid van de christelijke geloofsweg, maar slechts het begin.
- In de doop is de mens nog een voorwerp van verdrinking en uitredding en gaat door het nulpunt van zijn bestaan heen.
- Het bad van wedergeboorte is niet afhankelijk van menselijk geloven, maar van de plaatsbekleding van Christus. Alleen de gelovige kan het bad begeren.
- De doop gaat ook over een wederzijdse ontmoeting tussen god en mensen
Hoe is de doop in zijn betekenis door de kerkgeschiedenis geëvolueerd?
Volgens de RK kerk werkt de doop ex opere operato en wast het de erfzonde af. Eerst verwierpen de Katharen en de Waldenzen de zuigelingendoop, later de Anabaptisten en het Baptisme. Het Baptisme werd een wereldwijde beweging, met een sterke nadruk op de persoonlijke geloofsbeslissing. De Pinksterbewegingen zetten deze opvatting van de doop in een nieuwe context voort.
In de 20e eeuw grijpt deze opvatting ook in de traditionele kerken breder om zich heen, o.a. dankzij het pleidooi van Karl Barth tegen de kinderdoop.
Reformatorische kerken houden vast aan de kinderdoop, maar zochten naar een minder objectivistische fundering dan de RK leer bood:
1. Er is een verondersteld geloof bij de zuigeling (luthers fides infatium)
2. Verbond met de gelovigen en hun zaad (Calvijn)
3. Veronderstelde wedergeboorte (latere reformatie)
Het NT kent de tweespalt tussen objectivisme en subjectivisme niet. Daarom staat de reformatorische kerk niet zwak in haar overtuiging
Welke zaken geven het recht op kinderdoop? Wat denkt Berkhof over de kinderdoop?
- Verlamde wordt genezen op het geloof van zijn vrienden (Marcus 2:5)
- De knecht van de hoofdman wordt genezen op het geloof van zijn meester (Mattheüs 8:5-23)
- Onmondige kinderen wordt het rijk van God toegezegd (Marcus 10:13-16)
- Kinderen worden geheiligd door het geloof van vader of moeder (1 Korinthe 7:24) en worden (mede daarom) als deelgenoten aan het leven van de gemeente beschouwd (Efeze 6:1, Colossenzen 3:20, 1 Johannes 2:12)
Berkhof wil niet zeggen dat kinderen gedoopt behoren te wezen, maar dat ze de inlijving mogen ondergaan, wanneer ze opgroeien in een gemeenschap waarin ze in het heil worden betrokken. Dat berust echter telkens opnieuw op een pastorale beslissing, niet op een algemeen dogmatisch beginsel.
Wat betekent preek?
Het woord preek, komt van praedicare (openlijk uitroepen), zo vertaalde de Vulgata kerùssein. Het evangelie is in zijn wezen kèrugma, boodschap en appèl in één. Kèrugma is echter veel breder dan de gemeentepreek, het is in de eerste plaats de zendingsprediking.
Preek>prediking: veel breder
Wat is de preek?
Met preek wordt bedoeld: één vaste geïnstitutionaliseerde activiteit: de wekelijks of soms vaker terugkerende uitleg en toepassing van de Bijbel in een officiële samenkomst van de gemeente. In veel protestantse kerken is de preek een centrale vorm waarin het Evangelie wordt gebracht bij de mensen. Er wordt veel verwacht van de preek, maar omdat de mens hierbij een grote rol speelt, kan de preek ook voor veel teleurstelling zorgen.
De preek is enerzijds de uitleg van de Bijbel in die context van die geschiedenis en anderzijds het toepassen ervan in onze context en belevingswereld. Heel ons bestaan moet telkens opnieuw betrokken worden op de weg van kruis en opstanding. De preek brengt het heil naar ons toe in onze actualiteit.
Hoe kijken de verschillende kerken naar de verhandeling van de preek?
In kerken wordt er heel verschillend gedacht over het sacramentele karakter van de preek. De R.K. ziet de preek als niet-sacramenteel i.t.t. tot Lutherse kerken, die de preek als centraal sacrament zien in de categorie van de consubstantiatie: Gods woord is aanwezig in, met en onder de mensenwoorden. Voor Barth is het verkondigde woord de eerste van de drievoudige gestaltes van het Woord (gepredikt, geschreven, vleesgeworden). Het verkondigde woord is op deze manier kritisch onderworpen aan de andere twee gestaltes (geschreven en vleesgeworden). Dit sluit de verantwoordelijkheid resp. het falen van de mens niet uit, maar in.
Waarom is het gesprek zo belangrijk?
Hoewel de preek monologisch van vorm is, veronderstelt het de context van een reagerende gemeente en moet daarom in een gesprek uitmonden, zodat de actualiteit van het Evangelie ten volle in het leven van de gemeente wordt opgenomen. Het gesprek is het verlengde van de preek, de toepassing die wordt voortgezet en uitgebreid door de gemeenteleden in hun persoonlijke levens.
Het gesprek is in de geloofsleer nooit als kerkelijk medium van heilsoverdracht erkend. Niettemin is het de algemene ervaring dat velen het geloof en de groei ervan meer te danken hebben aan gesprekken en gesprekskringen over het geloof dan aan de officieel erkende heilsmiddelen van de kerken. De Geest gebruikt dit middel eenvoudigweg, en tegenwoordig in toenemende mate. Het is hoog tijd dat de kerk het ‘sacramentele’ karakter van het gesprek gaat erkennen.
Welke twee soorten gesprekken bestaan er binnen de Kerk?
Allereerst het pastorale gesprek, in veel kerken heeft dit al lange tijd een institutaire plaats. Door de noden en vragen van de gesprekspartner is het alleen niet altijd mogelijk dat het gesprek een sacramenteel karakter heeft, maar dan is het gesprek bijvoorbeeld eerder, psychologisch-bemoedigend. Deze gesprekken zouden in principe net zo goed buiten de kerk plaats kunnen hebben. Er zullen dus ook opzettelijke institutaire vormen van pastoraal gesprek dienen te zijn, waarin de toepassing van het heil in de situatie van de gesprekspartner centraal staat.
Daarnaast is er het gesprek binnen de gemeente. De gemeente is een schepping van de Geest en de Geest woont in haar. Een centrale openbaring van dat inwonen zijn de genadegaven. De verschillende genadegaven in de gemeente zijn de grondslag voor het geleidend karakter van het gesprek, waarin iedereen de ander dient met wat hem of haar aan inzicht in het heil en zijn praxis geschonken is.
Waar gaan de gesprekken over?
De inhoud van het gesprek gaat over enerzijds: de wederzijdse hulp om het heil dat in de bijbelwoorden tot ons komt, dieper te verstaan; anderzijds wederzijdse hulp om beter te zien tot welke houding dit heil ons dringt in de zorgen, verzoekingen en uitdagingen in het leven.
In welke vormen vinden zo’n gesprekken plaats?
De vorm waarin het gesprek plaatsvindt kan verschillend zijn, bijbelkring of gesprekskring etc. Maar steeds dient de tweepoligheid van boodschap en situatie aanwezig te zijn, zoals in de preek. Kringen hoeven niet per se een kerkelijk karakter te hebben. Maar het is ook niet de bedoeling dat het gesprek vrijblijvend of opgesloten in een bepaalde groep wordt. Het gesprek is een machtig middel ter bemoediging en correctie, zeker in een tijd van onzekerheid en polarisatie.
De hoofdzaak is dat de gemeente als geheel haar eigen gespreksvormen moet hebben, maar ook gespreksvormen als gestalten van heilsoverdracht moet hebben.
Hoe evolueerde ‘het gesprek’ door de geschiedenis?
- In de vroegste gemeente is de grens tussen preek en gesprek vaak vloeiend geweest. Maar de snelle ontwikkeling naar een hiërarchische en autoritaire kerk drong deze vrijere vormen van overdracht naar de achtergrond. De reformatie bood door haar aard aan deze vormen een nieuwe kans. In het algemeen moet gezegd worden dat de Reformatie het t.a.v. het gesprek niet verder dan tot aanlopen heeft gebracht.
- De grote bloeitijd van het gesprek vangt omstreeks 1670 aan. De Nadere Reformatie in NL bracht de zogenaamde conventikels of gezelschappen tot bloei, als kweekplaats van innerlijke vernieuwing die deelnemers vaak op gespannen voet bracht met de officiële kerk.
- Het geestelijke gesprek is een centrale uitingsvorm en voedingsbodem van het Pietisme geworden. Geïnspireerd door de Herrnhutters, kreeg het gesprek in het Methodisme de geïnstitutionaliseerde vorm van de class-meetings.
- Het gesprek is nu niet meer weg te denken in het mondiger en persoonlijker wordende geloofsleven van de europese en noordamerikaanse christenheid. In de 19e eeuw vond het gesprek zijn vorm in vele christelijke verenigingen, zoals YMCA. Dit heeft voor veel mensen meer geleidend gewerkt dan de officiële heilsmiddelen van de kerkinstituten. In onze eeuw voegen zich daarbij alle christelijke broederschappen en bewegingen. Maar tot institutionalisering van het gesprek is het nog maar sporadisch gekomen. Dat het gesprek plaatsvindt en de inhoud ervan lijdt nog teveel aan vrijblijvendheid.
Wat is de maaltijd?
Het avondmaal heeft in de kerken een grote betekenis, vanwege het feit dat Jezus kort voor Zijn dood door middel van de maaltijd uitdrukking gaf aan zijn laatste bedoelingen, en hij hen ook de opdracht gaf om dat te blijven doen.
De maaltijd heeft altijd en overal voor de mensheid een eigen taal gesproken. Belangrijke gebeurtenissen worden gevierd met een maaltijd. De maaltijd is ook tegelijkertijd een bevestiging van de gemeenschap. De maaltijd die Jezus stichtte, sprak vooral de taal van het OT. Het NT introduceert met deze maaltijd de nieuwe weg van God. Het OT (de Paschamaaltijd, de jaarlijks herdachte bevrijding uit Egypte), naar het NT (de maaltijd van de grote toekomst). Met Jezus was die toekomst begonnen.
Wat is de symbolische betekenis van de maaltijd?
Jezus at maaltijden met zondaren en tollenaren. Symbolisch waren dat meer dan maaltijden: gelijkenishandelingen waarin het handelen van God met mensen wordt verwerkelijkt. Vooral het laatste avondmaal spreekt: aan de gewone ingrediënten van maaltijd, brood & wijn voegde Hij een nieuwe betekenis toe. Het valt ook op dat alle verhalen over verschijningen & ontmoetingen van Jezus na de opstanding in teken van de maaltijd staan, en ook de weg van de gemeente van Christus gaat nu nog van (het vieren van) maaltijd tot maaltijd.
Deze maaltijd is de meest omvattende uitdrukking van het heil. Het gaat om een telkens herhaalde verbondsvernieuwing waarin verleden (offer), toekomst (rijk van God) en heden (tegenwoordigheid van Christus in de Geest) samenkomen, tussen God & mens, en tussen mens & mens. Aan de tafel heerst een dubbele stemming: De verbondsweg van kruis & opstanding, berouw & vergeving, zelfverloochening en verrijzenis wordt steeds opnieuw voorgetekend. Maar het uitzicht op de toekomst heeft door het vieren van de maaltijd de overhand.
Hoe legt het NT de maaltijd uit?
Het NT legt de viering van het laatste avondmaal soms anders uit. Mattheüs volgt Marcus, Paulus geeft een afwijkende traditie en Lucas wijkt van beiden weer af. Conclusie: we zullen nooit precies weten wat Jezus heeft gezegd. Maar er zijn belangrijke overeenkomsten: Jezus deelt brood & wijn uit en betreft ze op Zijn lichaam en bloed. Het bloed wordt in verband gebracht met het nieuwe verbond.
De verschillen: Bij Matt & Marc staat het avondmaal in het licht van de toekomstige maaltijd in het rijk van God, bij Paulus staat de dood van Jezus centraal, en Lucas combineert beiden.
Ook veel discussie over een woordje. En nog een ander probleem is de datum (en in verband daarmee, de aard) van het laatste avondmaal. M&M zeggen paasavond, Johannes 14e Nissan voorafgaand het paasfeest. Waarschijnlijk Johannes. En wat met de verhouding van de eucharistische viering tot een gewone maaltijd? Het ligt voor de hand om aan te nemen dat de sacramentele & de sociale maaltijd ooit één waren, maar vanwege misbruiken in twee is gesplitst. Dit ging vooral ten koste van de sacramentele maaltijd, die steeds minder op een maaltijd ging lijken
Hoe ziet de verhouding tussen preek en maaltijd eruit?
Na de Reformatie en door de individualisering in Europa, werd langzaam de preek (tot opbouw van jezelf) net zo belangrijk als niet belangrijker als de maaltijd. Over de verhouding van preek & maaltijd moet worden nagedacht: er is niet één hoger of lager gesteld. Beiden representeren het heil, vanuit een verschillend gezichtspunt, en daarmee benadrukken ze een verschillend aspect van ons mens-zijn. Ze dienen elkaar aan te vullen, uit te leggen en recht te zetten.
De praktijk van de viering. In heel veel kerken is het belang van beiden afgezwakt: de preek & de maaltijd spelen niet de rol in de gemeente of het individuele leven die ze zouden moeten spelen. Er moet een nieuwe nadruk komen op de viering (maaltijd, gemeenschappelijkheid). En naast die rol, speelt het nog een andere rol: een kritische functie op politiek & sociaal terrein. Aan de maaltijd is geen kloof tussen de rijken & armen
Hoe is de betekenis van de maaltijd doorheen de kerkgeschiedenis verandert?
- De maaltijd werd eeuwenlang substantialistisch opgevat, en dat leidde tot de leer van transsubstantiatie (dogma sinds 13e eeuw). Dit idee heeft de Reformatie radicaal gebroken. De personalisering van het heil in de tweeheid van Woord & geloof moest toegepast worden op de maaltijd, en dat resulteerde in diepgaande verschillen.
- Luther: consubstantiatie, dichtst bij middeleeuws beeld. Weerspiegelt zijn hartstocht om het heil onaantastbaar te maken, ontheven aan onze subjectieve gesteldheid/aanvechting.
- Zwingli: Brood & wijn slechts symbolen, anders zijn ze idolen. Alleen in de geloofsverbondheid is Christus tegenwoordig.
- Calvijn: de maaltijd verstaan als gemeenschap met Christus in de Geest. Maaltijd als orgaan van ontmoeting.
- Vanaf ’50: steeds meer besef dat de reële aanwezigheid van Christus als gastheer vd maaltijd door onze dogmatische formuleringen etc. eigenlijk heel slecht vertolkt wordt. Alle verschillende confessies omvatten nooit de volheid van het tafelgebeuren.
We hebben nog steeds te maken met een verschil tussen de rooms-katholieke kerk & protestantse kerk. R.K.: elementen staan centraal, prot.: de handeling centraal. Etc.
Wat is diaconie?
Het reddende Woord van God wordt zowel bemiddeld door woord en daad. Het heil is namelijk meer dan alleen een mededeling. Het wordt hier gezien als een vernieuwende kracht en dat zorgt ervoor dat het heil totaal is in zijn concrete gestalten van nood en schuld. Anders is het heil niet werkelijk in zijn omvattende bedoeling duidelijk geworden. Deze vorm van heilsbemiddeling noemen wij diaconie.