Bevindingen aanvullend lichamelijk onderzoek, neurologisch Flashcards

1
Q

Afhangende mondhoek links/rechts

A

Afwijking aan de innervatie door n. facialis (n.VII)
>Bellse parese: rest van de gezichtshelft ook aangedaan (lyme, herpesvirus)
>bovenste deel gezicht aangedaan: afwijking in bilaterale innervatie
>alleen onderste deel aangedaan: afwijking in unilaterale innervatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Afwezige corneareflex

A

Uitval van n.trigeminus
>minder bewustzijn of hersendood
>contactlensdragers
>perifere facialis parese (Bellse parese)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Anhidrosis

A

Onvermogen tot zweten
>syndroom van Horner (+ptosis en miosis), aandoening sympathisch zenuwstelsel (longtop carcinoom, aneurysma/dissectie a. carotis)
>neuropathieën (diabetes), alcoholisme, genetische syndromen, radiatie, brandwonden, tumoren, dehydratie, medicijnen, syndroom van Sjögren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Anisocorie

A

Ongelijke pupilgrootte tussen beide ogen
>iritis, syndroom van Horner, glaucoom, verlamming n. oculomotorius, medicatiegebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Anosmie

A

Onvermogen tot ruiken, reukvermogen verloopt via innervatie van de n. olfactorius
>neusverkoudheid, dementie, trauma capitis, meningitis, tumor in voorste schedelgroeve, beginstadium Parkinson, langdurig neusspraygebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Apraxie

A

Patiënt kan handelingen niet op verzoek doen. Motoriek en begrip zijn normaal, onbewuste handelingen gaan goed - bewuste handelingen zijn problematisch. Vaak samen met spraakproblematiek
>corticale stoornissen, tumoren, afwijking in rechter hemisfeer pariëtaalkwab, CVA, TIA, Alzheimer, Parkinson en Huntington

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ataxie

A

Verstoring van de coördinatie van bewegingen en balans.
>sensorische ataxie (alleen bij gesloten ogen)
>vestibulaire ataxie (stoornis evenwichtsorgaan)
>afwijking cerebellum, medicijngebruik, langdurig alcoholgebruik, MS, beroerte, stofwisselingsziekte, hersentumor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Asymmetrisch optillen van verhemelte

A

Laesie in de n. glossopharyngeus of n. vagus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Blindheid aan linker-/rechteroog

A

Amaurosis fugax (vluchtige blindheid)
>TIA van het oog, arteriitis temporalis, uitval n. opticus dexter/sinistra vóór de kruising in chiasma opticum, trauma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Blindheid, centrale zien gespaard

A

Laesie in de primaire occipitale cortex bdz,
>meestal bij kinderen, ook mogelijk bij dubbelzijdige ischemie van de a. cerebri posterior, trauma, contusie van de hersenen

Kokervisie bij glaucoom door verhoogde intra-oculaire druk (eerst perifeer zien aangedaan met uitbreiding naar centraal)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Buiging van de contralaterale knie bij het optillen van een gebogen been

A

Handgreep van Thomas
>flexiecontractuur van de heup

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Dubbelbeelden

A

Diplopie
>motorische uitval van het oog in de n. oculomotorius, n. trochlearis en de n.abducens
>strabismus, migraine, trauma, afwijkingen aan oogspieren (myasthenia gravis, ziekte van Graves)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hemianopsie, bitemporaal

A

Buitenkant van het gezichtsveld valt beiderzijds weg (mensen hebben het vaak zelf niet door maar lopen wel tegen dingen aan)
>druk op het chiasma door hypofyseadenoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hemianopsie homoniem links/rechts

A

In beide ogen valt het linker/rechter gezichtsveld uit, vaak door een aandoening achter het chiasma (contralateraal): herseninfarct of -bloeding, trauma, tumor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hyperesthesie lokaal

A

Overgevoeligheid met onaangename sensaties na niet-pijnlijke somatosensibele stimuli
>neuropathie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hyperesthesie perifeer

A

Overgevoeligheid met onaangename sensaties na niet-pijnlijke somatosensibele stimuli
>perifere neuropahie

17
Q

Hypesthesie lokaal

A

Verminderde gevoeligheid waarbij vooral het tastgevoel is aangedaan
>perifeer zenuwuitval, stoornis gnostische sensibiliteit

18
Q

Hypesthesie perifeer

A

Verminderde gevoeligheid waarbij vooral het tastgevoel is aangedaan
>polyneuropathie, diabetes mellitus (ulcusvorming), alcoholisme

19
Q

Hypokinesie en rigiditeit

A

Maken van minder automatische bewegingen
>ziekte van Parkinson (+rusttremor, bradykinesie, afwijkend looppatroon, depressie)

20
Q

Hypotonie

A

Verminderde spanning/tonus van een spier
>dwarslaesie, laesie van perifere zenuw, acuut CVA, ALS, Guillain-Barré

21
Q

Ipsilaterale oog sluit niet goed

A

Parese van de n. facialis
>bovenste deel gezicht aangedaan = probleem met dubbelzijdige innervatie

22
Q

Miosis

A

Unilaterale miosis (pupilverkleining)
>syndroom van Horner

Bilaterale miosis
>gebruik van opiaten

23
Q

Mondhoek gaat niet open links/rechts

A

Mondhoek li/re niet open + onaangedane ogen
>parese van li/re n. facialis (speekselkliertumor, schedelletsel, ziekte van Lyme, herpesvirus)

24
Q

Mydriasis

A

Pupilverwijding
>laesie/inklemming n. oculomotorius, fysiologisch, drugsgebruik, glaucoom

Unilateraal
>verhoogde intracraniële druk

25
Q

Nystagmus, horizontaal

A

Ogen maken ongecontroleerde ritmische bewegingen in de horizontale richting
>vestibulaire en aangeboren aandoeningen

26
Q

Nystagmus, verticaal

A

Ogen maken ongecontroleerde ritmische bewegingen in de verticale richting; vaak asymmetrisch en gevolg van verworven aandoening
>centrale nystagmus: vaak gelegen in het cerebellum, alcohol- en drugsintoxicatie, herseninfarct, hersenbloeding

27
Q

Oogstand en -bewegingen afwijkend

A

Motorische uitval n. oculomotorius, n. trochlearis, n. abducens
>n. abducens vaak als eerst aangedaan bij hoge druk in de hersenen

Parese
>vasculopathieën: diabetes mellitus

28
Q

Paralysis of parese

A

Laesie in de hersenen, ruggenmerg of eerste/tweede motorneuron stoornis
>schade door trauma, CVA, neurodegeneratieve aandoening

29
Q

Ptosis

A

Afhangend ooglid door dysfunctie m. levator palpebrae
>uitval n. oculomotorius, syndroom van Horner, myasthenia gravis (herstelt in rust)

30
Q

Reflexen afwezig of laag

A

Perifere zenuwaandoeningen
>tweede motorneuron stoornis door bv. trauma, atrofie, verslapte spieren (ALS), Bellse parese, polio

31
Q

Reflexen verhoogd of met clonus

A

Aandoeningen centrale zenuwstelsel
>eerste motorneuron stoornis, multipele sclerose, trauma, serotonerge stimulatie door medicatie, CVA

32
Q

Rigiditeit

A

Verhoogde spiertonus
>ziekte van Parkinson

33
Q

Rugpijn bij optillen van een gestrekt been

A

Proef van Lasegue voor lumbosacrale prikkelingsverschijnselen
>lumbosacraal radiculair syndroom, hernia nuclei pulposi

34
Q

Spasticiteit

A

Verhoogde spierspanning en onwillekeurige bewegingen van de spieren
>piramidebaanstoornis, CVA, ruggenmergtumor, cerebrale aandoening

35
Q

Tandradfenomeen

A

Bewegen van ledemaat gaat schokkerig (ritmische onderbrekingen)
>parkinson, parkinsonisme, extrapiramidale laesie, bijwerking sommige antipsychotica

36
Q

Tong kan niet recht worden uitgestoken

A

Uitval n. hypoglossus (tong wijkt naar aangedane kant)

37
Q

Valneiging bij staan met gesloten ogen, maar niet met ogen open

A

Proef van Romberg
>vestibulair probleem: laesie n. vestibulocochlearis
>sensorische ataxie: perifere polyneuropathie (sensibele zenuwen, achterstreng zenuwen)

38
Q

Valneiging bij staan met ogen open

A

Proef van Romberg
>cerebellaire ataxie: laesie, overmatig alcoholgebruik

39
Q

Voetzoolreflex met dorsale flexie grote teen, asymmetrisch

A

Babinski reflex
>piramidebaanstoornis of eerste motorneuronstoornis