Col. 7+ artikel: Gibson's en Affordances Flashcards

Gibson's ecologische psychologie bestaan en waarnemen van affordances

1
Q

Gibson

A
  • ontwikkelde ecologische psychologie: basis voor actietheorie
  • verzette tegen mechanisering: wereld is betekenisVOL
  • mens = betekenisONTDEKKER
  • omgeving = verzameling affordances
  • waarnemen wat je KUNT is essentieel voor overleven (evolutie), WAT er is niet persé
  • perceptie = activiteit, GEEN respons
  • geen 1:1 relatie tussen functie en structuur van orgaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Mechanisering

A
  • omgeving van mens = materie in beweging; primaire kwaliteiten
  • omgeving = betekenisLOOS
  • mens = betekenisVERLENER
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Affordance Gibson

A

handelingsmogelijkheid; wat de omgeving het dier aanbiedt/ waar het in voorziet, primaire object van waarneming

  • welke affordances bestaan is afhankelijk van individu
  • affordances “meten” in relatie tot eigenschappen individu
  • subjectief want relatief aan dier
  • objectief, want de affordance/ betekenis IS er, ook al niet door dier waargenomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Habitat

A

waar een dier leeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Niche

A

hoe een dier leeft obv de affordances die er voor hem zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Perceptie

A

het in contact STAAN met de omgeving

  • niet in hoofd, maar zit besloten in relatie met omgeving
  • gebaseerd op informatie, NIET obv sensaties (= indirect)
  • info wordt actief VERKREGEN, NIET passief opgelegd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarnemen

A

een relatie AANGAAN met de omgeving

- bijv. door bewegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Informatie als specificatie

A

informatie in de omgeving is specifiek aan de bron en bevat dus eenduidige informatie over de bron.
Bijv. reflectiepatronen in licht (optic array) afhankelijk van:
- object
- optica (en dus positie waarnemer etc)
–> is specifiek aan bron!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Sensatie

A

bewustwording van toestand van lichaam, veroorzaakt door een stimulus
- bestaat zeker, maar speelt geen rol bij perceptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Theorie van directe waarneming

A

perceptie is direct obv informatie die in de omgeving aanwezig is

  • geen inferentiële processen in brein
  • de info die in omgeving aanwezig is bevat alles wat je nodig hebt –> geen representatie (proximale stimulus) nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Meervoudige realiseerbaarheid van functies

A

zelfde waarneming/ gedrag kan op meerdere manieren tot stand gebracht worden

  • bijv. hoofd bewegen vs ogen bewegen
  • zintuigen werken niet in isolatie
  • bepaalde structuur kan meerdere functies hebben afhankelijk van context en functioneren geheel
  • gebruik van action systems voor specifiek doel, NIET motorprogramma’s
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Reed

A
  • inspiratie Darwin, Gibson, Bernstien
  • toepassen op bewegen ipv waarnemen
  • machinemetaforen kloppen NIET voor levende natuur (actief, interactie, functioneel)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Functioneel onverschillig

A

als gedrag mechanisch specifiek zou zijn; dan zou gedrag ook niet functioneel kunnen zijn in bepaalde context
- onzinnig of zelfs nadelig voor bestaan en overleven –> klopt niet met evolutie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Action system

A

systemen van meerdere structuren die bepaalde affordance kunnen benutten, samenwerken voor een bepaald doel, meevoudige realiseerbaarheid

  • bijv. locomotie systeem
  • affordances –> selectiedruk op functionele actiesystemen (locomotie via lopen ipv vliegen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Cognitieve perceptie theorie

A

Descartes: perceptie is indirect, verloopt in 3 stadia

  • stimulus –> sensatie (breinbeweging)
  • sensatie –> secundaire kwaliteiten
  • inferentiële processen brein: secundaire kwaliteiten terug redeneren naar primaire kwaliteiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Affordance Rietvelt

A

motorische actiemogelijkheid, afhankelijk van:

  • materiële eigenschappen omgeving
  • Form of Life (subpopulatie/ cultuur/ normen en waarden/ manier van leren)
  • > bestaan zolang die FoL ook bestaat, vanaf moment dat benodigde skill bestaat binnen die FoL
17
Q

Education of Attention

A
  • bij sociale dieren

- op aanwijzingen van anderen leren waar welke affordances te vinden zijn + hoe je die kunt benutten

18
Q

Intentional arc

A

leren van handelen in het verleden –> in de toekomst onbewust beter in staat om affordances relevant voor bepaalde behoeften op te pikken

19
Q

Perceptie (Rietvelt)

A
  • fysieke readiness to engage; openstaan voor affordances en klaar zijn om die aan te gaan
  • onbewust, wanneer relevante affordance gedetecteerd