cultuur en sociale relaties Flashcards
(11 cards)
sympatia
mensen streven naar een fijne, warme en harmonieuze sfeer in de relatie door te focussen op het positieve en het negatieve te vermijden (bv: veel met elkaar lachen, praten, etc)
familioso
een hechten band hebben met familie door elkaar regelmatig te zien, op een positieve manier met elkaar om te gaan en elkaar steun te bieden (bv: elkaar bezoeken, helpen in het huishouden etc)
respecta
vorm van beleefdheid en formaliteit waarmee ongemakkelijke situaties zoals een conflict vermeden kunnen worden, wordt gezien als belangrijk fundament van opvoeding
traditioneel verbonden familiemodel
= ‘materiële interafhankelijkheid’ met nadruk op binding + verplichting / hiërarchie in socialisatie kinderen en partnerrelatie
bv. in rurale weinig geschoolde families
autonoom-verbonden familiemodel
= ‘affectieve interafhankelijkheid’ met meer ruimte voor autonomie / gelijkwaardigheid in socialisatie kinderen en partnerrelatie.
bv. in stedelijke middenklasse families
tijgermoeders
moeders die hun kinderen aansporen om zo hoog en zo goed mogelijk te presteren door constant te focussen op verbetering en inspanning
“Tyranny of the beautiful”
Fysieke aantrekkelijkheid heeft gevolgen!
= vooral in individualistische culturen, blijkt niet overal zo te zijn
Halo effect
fysieke is vaak eerste indruk van mensen, als je een positieve eerste indruk krijgt door fysieke aantrekkelijkheid, verwacht en zie je ook sneller andere positieve dingen
residentiële mobiliteit
culturen waar mensen meer verhuizen –naar andere stad bv- maakt dat je relaties meer veranderen)
similarity-attraction hypothese
ik voel mij aangetrokken (romantisch maar ook gewoon wie je leuk vindt meer algemeen) tot personen die op mij lijken.
ultimate egotism
‘social liking’ als veralgemeende eigenliefde- we hebben groot zelfwaardegevoel dat adaptief is en vinden anderen die op ons lijken ook leuker