Exid kapitel 1 Flashcards
(39 cards)
1
Q
verlässig
A
betrouwbaar
2
Q
aufsässig
A
opstandig
3
Q
die Beziehung
A
de relatie, het contact
4
Q
anständig
A
net, fatsoenlijk
5
Q
die Ehe
A
het huwelijk
6
Q
der Familienstand
A
de burgerlijke staat
7
Q
der Nachwuchs
A
de kinderen
8
Q
die Zuwendung
A
de aandacht
9
Q
vernachlässigen
A
verwaarlozen
10
Q
der Unterhalt
A
de alimentatie
11
Q
die Verwandtschaft
A
de familie
12
Q
die Ähnlichkeit
A
de gelijkenis
13
Q
die Angehörigen
A
de familieleden
14
Q
die Vorfahren
A
de voorouders
15
Q
die Nachkomen
A
de nakomelingen
16
Q
die Herkunft
A
de afkomst
17
Q
das Alter
A
de leeftijd
18
Q
der Ehebruch
A
vreemdgaan, het overspel
19
Q
die Geselligkeit
A
het gezelschap
20
Q
das Benehmen
A
het gedrag
21
Q
üble nachrede
A
smaad
22
Q
tadeln
A
afkeuren
23
Q
verheimlichen
A
geheimhouden
24
Q
der Tratsch
A
het geroddel
25
hetzen
ophitsen
26
seicht
oppervlakkig
27
das Misstrauen
het wantrouwen
28
der Krach
de ruzie
29
zumutbar
redelijk
30
sich zieren
aarzelen uit schaamte
31
der Ruf
de naam
32
beabsichtigen
van plan zijn
33
berücksichtigen
rekening houden met
34
vernetzt
in een netwerk verbonden zijn
35
die Ausländer quote
het percentage buitenlanders
36
die Gleichberechtigung
de emancipatie
37
das Gemeinwohl
het algemeen welzijn
38
das Schicksal
het lot
39
die Tatsache
het feit