Exid kapitel 2 Flashcards
(55 cards)
1
Q
die Allgemeinbilding
A
de algemene ontwikkeling
2
Q
prüfen
A
examineren
3
Q
die Kindertagestätte
A
het kinderdagverblijf
4
Q
die Grundschule
A
de basisschool
5
Q
die Ganztagsschule
A
school met ‘s morgens en ‘s middags les
6
Q
die Sonderschule
A
het speciaal onderwijs
7
Q
die Gesamtschule
A
de scholengemeenschap
8
Q
die unterrichtsstunde
A
het lesuur
9
Q
die Herausforderung
A
de uitdaging
10
Q
die Rechtschreibung
A
de spelling
11
Q
übereinstimmen
A
overeenkomen
12
Q
fördern
A
stimuleren
13
Q
die Anforderung
A
de eis
14
Q
die Fähigkeit
A
de capaciteit
15
Q
leisten
A
presteren
16
Q
der Austausch
A
de uitwisseling
17
Q
schulschwänzen
A
spijbelen
18
Q
schummeln
A
spieken, bedriegen
19
Q
der Abiturient
A
de examenkandidaat
20
Q
der Azubi
A
de stagiair
21
Q
das Semester
A
studieperiode van een halfjaar
22
Q
die Vorlesung
A
het hoorcollege
23
Q
das Seminar
A
het werkcollege
24
Q
die Lehre
A
de MBO-opleiding
25
lehren
doceren
26
die Studienberatung
het studieadvies
27
die Studiengebühren
het collegegeld
28
die Studie
het onderzoek
29
aufgeklärt
verlicht
30
die Binsenwahrheit
de waarheid als een koe
31
die Ausbildung
de opleiding
32
die Bildung
de ontwikkeling
33
der Nachwuchs
de opvolging
34
die Kinderstube
de opvoeding
35
betreuen
zorgen voor
36
die Erziehung
de opvoeding
37
der Alleinerzieher
de alleenstaande ouder
38
die Ergänzung
de aanvulling
39
die Veranlagung
de aanleg, het talent
40
hervorheben
benadrukken
41
das Abitur
het VWO examen
42
unterrichten
onderwijzen
43
die Klassenarbeit
het proefwerk
44
der Aufsatz
het opstel
45
der Fehler
de fout
46
die Zensur
het cijfer
47
das Zeugnis
het rapport
48
das Heft
het schrift
49
die Bedeutung
de betekenis
50
die Nachhilfe
de bijles
51
das Klassenzimmer
het lokaal
52
die Tafel
het bord
53
der Hausmeister
de conciërge
54
das Stipendium
de studiebeurs
55
die Fremdsprache
de vreemde taal
