Foetale geneeskunde Flashcards

1
Q

Intra-uteriene groei bepalen bij verdenking op dysmaturiteit (niet goed groeien)

A

Fundushoogte bepalen via referentiepunten, fundus symfyse metingen in cm of vanuit echo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Grootte van foetus bepalen via echo door te kijken naar

A

Femurlengte, hoofdomtrek en buikomtrek. Vanuit die 3 de headlock formule gebruiken
Kijken via verschillende vlakken; axiaal/transversaal, coronaal en sagittaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doe je verder als je ziet dat kind te klein is

A

Kijken naar doorbloeding. Belangrijkste oorzaak is placenta-insufficiëntie. Als kind minder bloed krijgt gaat het zich beschermen en dan minder plassen en daling weerstand van belangrijkste organen (meer naar hersenen). kijken naar a. umbilicalis, a. cerebri media en a. uterina

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Arteria umbilicalis

A

Zegt iets over doorstroming van placenta naar de foetus. Bij groeivertraging zie je grotere weerstand. Hoe hoger de PI hoe hoger de weerstand.
Kijken naar a. cerebri media of deze zich gaat aanpassen. Als normale doorbloeding-> nog niet aangepast (ook PI kijken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Groeivertraging of small for gestational age

A

Je kan SGA zijn maar niet groeivertraagd (er zit verschil tussen). IUGR (intra-uteriene groei restriction) is wel groeivertraagd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Dysmaturiteit en prematuriteit

A

Dysmaturiteit: te laag geboortegewicht voor zwangerschap
Prematuriteit: geboorte voor 37wk zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Exogene invloeden op zwangerschap

A

Virussen (CMV is belangrijkst), medicatie en genotsmiddelen (alcohol, drugs en roken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Alcoholgebruik tijdens zwangerschap

A

Kans of FASD verzamelnaam voor verschillende afwijkingen en complicaties die kinderen kunnen krijgen. Zoals groeiproblemen, misvormd gezicht, neurologische afwijkingen en gedragsproblemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Verschillende vormen meerlingen

A
  • Monozygoot: afkomstig uit 1 eitje
  • Dizygoot: afkomstig uit 2 eitjes
  • Monochoriaal/mono-amniotisch: samen in 1 chorion/amnion
  • Dichoriaal: ieder zijn eigen chorion holte.
    Monozygoot kan dichoriaal, monochoriaal of mono-amniotisch. Dizygoot is dichoriaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Monoamniotische tweelingen

A

5% van monochoriale tweelingen. Insertie navelstrengen zitten dichtbij elkaar. Verhoogde kans op sterfte van vaak beide kinderen, meest voorkomende oorzaak is acute verbloeding over de grote anastomses tussen de navelstrengen.
Beleid: foetale bewaking 3x per dag CTG en electieve sectio bij 32wk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Conjoined twin

A

Zeldzaam en late scheiding. Bijna nooit levensvatbaar en zorgt vaak ook voor zwangerschapsafbreking, intra-uteriene sterfte of neonatale sterfte>90%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Mono-choriale tweelingen

A

1 moederkoek en 2 vruchtzakken, is meest voorkomend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

TTTS

A

meer bloed naar 1 foetus dan naar andere foetus (TTTS)
Noodzakelijk iedere 2 weken echo-onderzoek voor detecteren complicaties. Bijv. ene kind komt droog te liggen en ander te veel vocht. Donor krijgt minder bloed minder plassenvasoconstrictie en oligurie
Recipient krijgt veel bloedhypervolemie en kan overbelast raken, cardiaal falen.
Behandelen: laser ablatie 1e keus indien TTTS<26wkdoorbreken vasculaire anastomoses (Solomon techniek) of amniondrainage, expectatief beleid of selectieve reductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

TAPS/tweeling anemie polycytemie sequentie

A

bloedwaardes beide kinderen lopen enorm uiteen. Ene kind bijv. hoge hematocriet, andere laag. Vaak door behandeling TTTS. Kleinere anastomosen dan TTTS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

behandelen TAPS

A

Laserbehandeling, afwachten, intra-uteriene transfusie aan kleinste kind geven en eventueel wisseltransfusie. Ook kan vroeggeboorte of selectieve reductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Selectieve intra-uteriene groeivertraging

A

Ene kind groeit net iets beter dan andere kind ‘unequal sharing’. Prognose is afhankelijk van ernst van IUGR, duur zwangerschap en doppler profiel van kleinste kind.

17
Q

SGA onderverdelen in 2 groepen

A
  • SGA omdat foetus constitutioneel (genetisch bepaald) te klein is: over algemeen gezond, geen verhoogd risico op complicaties
  • SGA als gevolg IUGR (intra-uteriene groeirestrictie) wegens pathologische reden.
    Spreken van SGA als geboortegewicht <10e percentiel (P10) van referentiepopulatie ligt.
18
Q

Veel voorkomende oorzaken IUGR

A
  • Genetisch/structureel defect bij foetus
  • Blootstelling aan moederlijke ziekte: infectie/drugs
  • Slecht aangelegde of slecht functionerende placenta
19
Q

Foetus met IUGR heeft verhoogd risico op

A
  • Sterfte voor, tijdens of na geboorte
  • Perinatale morbiditeit (langdurige) NICU opname
  • Motorische, intellectuele, gedrag en lichamelijke gezondheidsproblemen
20
Q

Interventies om vroeggeboorte te voorkomen

A
  • Cerclage: bandje om baarmoedermond hechten
  • Progesteron toedienen
  • Pessarium inbrengen
  • Bedrust of weeënremmers (niet bewezen zinvol!)