Functionele darmaandoeningen Flashcards

1
Q

Wat zijn de pathofysiologische factoren die ten grondslag liggen aan functionele darmaandoeningen?

A
  1. Afwijkende darmmotoriek
  2. Viscerale hypersensitiviteit
  3. Psychische factoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke van onderstaande heeft geen functionele oorzaak:

  1. Functionele obstipatie
  2. PDS
  3. Ziekte van Hirschsprung
  4. Spastisch bekkenbodem syndroom
A

Ziekte van Hirschsprung heeft een organische oorzaak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waaruit bestaan de ROME-IV criteria voor functionele obstipatie?

A
2 of meer van volgende criteria:
- Persen 25%
- Keutelige/harde ontlasting 25%
- Gevoel onvolledige lediging 25%
- Gevoel anorectale obstructie 25%
- Manuele hulp 25%
- < 3 def per week
Hierbij zelden dunne ontlasting zonder laxeermiddelen en onvoldoende criteria voor PDS.
De klachten moeten ook minstens 6 maanden bestaan.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waaruit bestaat de behandeling van functionele obstipatie?

A
  • Leefstijladviezen
  • Laxantia
  • Chirurgie (zeldzaam)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een veelvoorkomende bijwerking van langdurig gebruik van sennosiden?

A

Pseudomelanosis coli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke 3 groepen orale laxantia zijn er?

A
  1. Volumevergrotend (bulkvormer): psyllium
  2. Osmotisch: macrogol, magnesium, lactulose
  3. Contact: bisacodyl, sennosiden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke symptomen passen bij PDS?

A
  • Opgeblazen gevoel
  • Slijmverlies bij ontlasting
  • < 3/week of juist > 3 keer/dag ontlasting
  • Harde of juist waterige ontlasting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
Bij PDS bestaan de volgende subtypen:
- IBS-C
- IBS-D
- IBS-M
- IBS-U
Welke IBS geeft type 6 en type 7 van Bristol Stool chart?
A

IBS-D

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat meet je tijdens diagnostiek voor PDS in feces?

A

Cal-protectine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waaruit bestaan Rome-IV criteria bij PDS?

A

Buikpijn minstens 1 dag/week in afgelopen 3 maanden, minstens 6 maanden en 2 of meer van volgende criteria:

  • Relatie met defecatie
  • Associatie met verandering frequentie
  • Associatie met verandering vorm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Serotonine is belangrijke neurotransmitter in darmwand. ECL-cellen fungeren als chemo- en mechanoreceptoren. Wat is afwijkend bij PDS?

A
  • Meer ECL-cellen (hypersensitiviteit)

- Grotere serotonine afgifte na maaltijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Segmenterende contracties zorgen voor mengen/kneden, massa-contracties voor transport ontlasting. Welke contracties gebeuren niet de hele dag door?

A

Massa-contracties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke bacteriën zorgen vaak voor gastro enteritis gevolgd door PDS?

A
  • Campylobacter jejuni

- Salmonella, Shigella

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waaruit bestaat behandeling van PDS?

A
  • Leefstijladvies
  • Psylliumvezels
  • Diarree: loperamide
  • Obstipatie: macrogol
  • Pijn: spasmolytica, analgetica
  • Psychische klachten: psychotherapie, gedragstherapie, hypnotherapie, antidepressiva
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de recto-anale inhibitiereflex?

A

Relaxatie van inwendige anale sphincter waardoor vulling rectum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wanneer verstrijkt de recto-anale hoek?

A

Bij relaxatie externe anala sprinter en m. puborectalis

17
Q

Is er bij spastisch bekkenbodem syndroom sprake van verstoorde recto-anale inhibitiereflex of van niet verstrijken van recto-anale hoek?

A

De hoek verstrijkt niet door niet kunnen relateren van EAS en M. puborectalis.

18
Q

Waar worden kinderen met ziekte van Hirschsprung meestal mee geboren?

A

Megacolon congenitum

19
Q

Wat is de oorzaak van de ziekte van Hirschsprung?

A

Aganglionose in plexus mysentepicus van Auerbach vanaf interne anale sphincter dus geen rectoanale inhibitiereflex. Hierdoor geen relaxatie waardoor uitzetting erboven gelegen darmdeel.