H2 geschiedenis van de orthopedagogiek & orthopedagogiek als wetenschap Flashcards

(44 cards)

1
Q

Wat betekent ‘ortho’ in de context van orthopedagogiek?

A

‘Ortho’ betekent ‘recht’ of ‘juist’

Afkomstig uit het Grieks.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat betekent ‘pedagogiek’ in het Grieks?

A

‘Pedagogiek’ betekent ‘kinderleiding’ of ‘opvoeding’

Afkomstig uit het Grieks.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer werd de term orthopedagogiek geïntroduceerd?

A

Tijdens het 2e Internationale Congres voor Orthopedagogiek in 1949.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe definieert de NVO orthopedagogiek?

A

Een betekenisvol en rijk beroep gericht op de opvoedings- en ontwikkelingsrelatie tussen opvoeder en degene die zich ontwikkelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de kerntaken van een orthopedagoog?

A
  • Relatie-analyse
  • Advies en interventie
  • Evaluatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Noem vier competenties die een orthopedagoog nodig heeft.

A
  • Empathisch vermogen
  • Analytisch denken
  • Communicatieve vaardigheden
  • Evidence-based werken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat bestudeert orthopedagogiek als praktische wetenschap?

A

Verschijnselen en ontwikkelt interventies om perspectief te bieden in problematische opvoedsituaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de twee hoofdmethode van kennisverzameling in de wetenschap?

A
  • Rationalisme
  • Empirisme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het kenmerk van rationalisme?

A

Kennis komt voort uit logisch redeneren (a priori).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het kenmerk van empirisme?

A

Kennis komt voort uit zintuiglijke waarneming (a posteriori).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de drie belangrijke stromingen in wetenschappelijk onderzoek binnen de pedagogiek?

A
  • Geesteswetenschappelijke stroming
  • Empirisch-analytische stroming
  • Maatschappijkritische stroming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de kernidee van de geesteswetenschappelijke stroming?

A

Gericht op het begrijpen van de belevingswereld van de ander.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de doelstelling van de empirisch-analytische stroming?

A

Verklaren van verschijnselen en ontwikkelen van algemene wetmatigheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een uniek kenmerk van de maatschappijkritische stroming?

A

Onderzochte personen nemen actief deel aan het onderzoek (participatief).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de doelen van orthopedagogisch onderzoek?

A
  • Beschrijven en ordenen van problemen
  • Verklaren van problemen
  • Voorspellen en voorkomen van problemen
  • Bijdragen aan oplossingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de drie niveaus van theorieontwikkeling?

A
  • Nomogisch (algemeen)
  • Probleemgericht (middelniveau) (groepen)
  • Idiografisch (N=1)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat omvat de empirische cyclus?

A
  • Observatie
  • Inductie
  • Deductie
  • Toetsing
  • Evaluatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de focus van kwalitatief onderzoek in de geesteswetenschappelijke stroming?

A

Inzicht krijgen door te begrijpen in plaats van te verklaren.

19
Q

Wat zijn kenmerken van de empirisch-analytische stroming?

A

verklaren van verschijnselen en ontwikkelen van algemene wetmatigheden
* Objectiviteit
* Controleerbaarheid
* Herhaalbaarheid

20
Q

Wat is de benadering van de maatschappijkritische stroming?

A

bewustwording creeren en versndering stimuleren

21
Q

kennisinhoud

A

feiten, theorieen

22
Q

kennismethoden

A

systematisch verkennen, verklaren en voorspellen

23
Q

‘Ortho’ betekent ‘recht’ of ‘juist’

Afkomstig uit het Grieks.

A

Wat betekent ‘ortho’ in de context van orthopedagogiek?

24
Q

‘Pedagogiek’ betekent ‘kinderleiding’ of ‘opvoeding’

Afkomstig uit het Grieks.

A

Wat betekent ‘pedagogiek’ in het Grieks?

25
Tijdens het 2e Internationale Congres voor Orthopedagogiek in 1949.
Wanneer werd de term orthopedagogiek geïntroduceerd?
26
Een betekenisvol en rijk beroep gericht op de opvoedings- en ontwikkelingsrelatie tussen opvoeder en degene die zich ontwikkelt.
Hoe definieert de NVO orthopedagogiek?
27
* Relatie-analyse * Advies en interventie * Evaluatie
Wat zijn de kerntaken van een orthopedagoog?
28
* Empathisch vermogen * Analytisch denken * Communicatieve vaardigheden * Evidence-based werken
Noem vier competenties die een orthopedagoog nodig heeft.
29
Verschijnselen en ontwikkelt interventies om perspectief te bieden in problematische opvoedsituaties.
Wat bestudeert orthopedagogiek als praktische wetenschap?
30
* Rationalisme * Empirisme
Wat zijn de twee hoofdmethode van kennisverzameling in de wetenschap?
31
Kennis komt voort uit logisch redeneren (a priori).
Wat is het kenmerk van rationalisme?
32
Kennis komt voort uit zintuiglijke waarneming (a posteriori).
Wat is het kenmerk van empirisme?
33
* Geesteswetenschappelijke stroming * Empirisch-analytische stroming * Maatschappijkritische stroming
Wat zijn de drie belangrijke stromingen in wetenschappelijk onderzoek binnen de pedagogiek?
34
Gericht op het begrijpen van de belevingswereld van de ander.
Wat is de kernidee van de geesteswetenschappelijke stroming?
35
Verklaren van verschijnselen en ontwikkelen van algemene wetmatigheden.
Wat is de doelstelling van de empirisch-analytische stroming?
36
Onderzochte personen nemen actief deel aan het onderzoek (participatief).
Wat is een uniek kenmerk van de maatschappijkritische stroming?
37
* Beschrijven en ordenen van problemen * Verklaren van problemen * Voorspellen en voorkomen van problemen * Bijdragen aan oplossingen
Wat zijn de doelen van orthopedagogisch onderzoek?
38
* Nomogisch (algemeen) * Probleemgericht (middelniveau) (groepen) * Idiografisch (N=1)
Wat zijn de drie niveaus van theorieontwikkeling?
39
* Observatie * Inductie * Deductie * Toetsing * Evaluatie
Wat omvat de empirische cyclus?
40
Inzicht krijgen door te begrijpen in plaats van te verklaren.
Wat is de focus van kwalitatief onderzoek in de geesteswetenschappelijke stroming?
41
verklaren van verschijnselen en ontwikkelen van algemene wetmatigheden * Objectiviteit * Controleerbaarheid * Herhaalbaarheid
Wat zijn kenmerken van de empirisch-analytische stroming?
42
bewustwording creeren en versndering stimuleren
Wat is de benadering van de maatschappijkritische stroming?
43
feiten, theorieen
kennisinhoud
44
systematisch verkennen, verklaren en voorspellen
kennismethoden