H2: hart en bloedvaten Flashcards

(97 cards)

1
Q

transiënt

A

= tijdelijk
= niet echt probleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

resident

A

= lange termijn
= wel probleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

SIRS?

A

= systemisch inflammatoir respons syndroom

= lichaamstemperatuur > 38°C of <36°C
= hartfrequentie > 90/min
= ademhalingsfrequentie te hoog > 20/min
= leukocyten > 12,000/mL of < 4,000/mL
= als we er 2 vd 4 hebben spreken we van SIRS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

MOF

A

= multipel orgaan falen
= levensbedreigend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

symptomen van sepsis

A
  • koorts of te lage temperatuur
  • snelle hartslag
  • slaperig, verward, suf
  • minder kleur in gezicht
  • heftig grieperig gevoel
  • erg ziek of zwak
  • niet of weinig plassen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

pathogenese van sepsis

A

= endotoxine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

diagnose en behandeling van sepsis

A
  • diagnose = klinisch beeld + identificatie kiem
  • behandeling:
    snelle ziekenhuisinterventie
    breedspectrum AB -> smalspectrum
    opsporing oorzaak van infectie
  • immunisatie = geen vaccin
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

subacute endocarditis

A

o Subfebriele temperatuur
o Malaisegevoel
o Kleine bloedingen onder nagels (zwarte stippen)
o Incubatieperiode = weken – maanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

acute endocarditis

A

o Septische symptomen
o Incubatieperiode = uren – dagen
o Overlijden = dagen – weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

verwekkers van endocarditis

A

viridans streptokokken
streptococcus sanguis, s. mitis, s. salviarius
S. epidermidis = CNS = coagulase negatieve stafylococcus
S. aureus = acute endocarditis = CPS

classificatie van streptococcen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

pathogenese van endocarditis

A

de bacteriën hechten aan een hartklep aan en vormen biofilm
= klep gaat niet goed functioneren
= kiemen gaan verspreid geraken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

risicogroepen voor endocarditis

A

= hartafwijkingen, hartklepprothese, katheters, operatiewonden, diabetes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

diagnose van endocarditis

A

= klinisch beeld
= bloedkweek
= echo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

behandeling van endocarditis

A

IV antibiotica -> lange behandeling van 4 weken

immunisatie = geen vaccin beschikbaar
!! biofilm = moeilijk te penetreren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

gasgangreen symptomen

A

gasvorming
weefsel sterft af = gangreen
geen doorbloeding
=> altijd amputatie
=> binnen de week: shock, nierfalen en dood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

verwekker van gasgangreen?

A

= clostridium perfringens
= anaeroob, sporenvormend, grampositief, staaf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

gasgrangeen besmettingsweg + incubatie?

A

= max 3 dagen
= verwonding (schotwonde) of pletwonde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

behandeling en preventie gasgrangeen

A

verwijderen van dood weefsel
Antibiotica
hyperbare zuurstofteherapie
geen vaccin
goede wondverzorging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

pest verwekker

A

zoönose = reservoir = knaagdieren
slechte hygiëne
yersinia pestis = gram negatieve staaf = enterobacteriaceae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

pest symptomen

A

builenpest = koorts, hoofdpijn, koude rillingen -> buil = lymfadenitis

longpest = minst voorkomend maar zeer gevaarlijk en dodelijk
-> CFR: 95% sterft in 1 dag
-> inademen van besmet aërosol
-> ernstige longontsteking met bloederig sputum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

behandeling van de pest?

A

antibiotica
geen vaccin
preventie? vlooien- en rattenbestrijding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

pathogenese van pest

A
  • vlo heeft dier nodig om vermenigvuldigen
  • rat kan ons via direct contact besmetten
  • besmet persoon besmet ander persoon via aërosol
  • incubatie periode afhankelijk van soort:
    longpest = 2 - 3 dagen
    builpest = 2 - 8 dagen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

wat zijn de 3 stadia van de ziekte van lyme

A
  • vroeg gelokaliseerd
  • vroeg gedissemineerd
  • laat of chronisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

vroeg gelokaliseerde ziekte van lyme

A
  • erythema migrans
  • cirkel verschijnt binnen de maand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
vroeg gedissemineerd
vroeger neuroborreliose = 2-5 maanden na tekenbeet, dubbelzijdige facialispareses lyme-artritis = zwelling van 1 knie
26
laat gedissemineerd bij de ziekte van lyme?
- chronisch atrofiërende atrophicans - chronische lyme-artitis - lyme-myocarditis
27
verwekkers van ziekte van lyme?
Borrelia burgdorferi = atritis Borrelia afzelii = huidafwijkingen Borrelia garinii = neurologische afwijkingen
28
pathogenese van ziekte van lyme
- teek is de vector - B. burgdorferi vermenigvuldigd in de darm van de teek - verspreiding van bactierie via bloed en lymfklieren
29
de teek van de ziekte van Lyme
- larven: 0,5 - 1mm = 2% besmet - nimfen: 1 - 1,5mm = 10% besmet - volwassen: 3 - 10mm = 20% besmet
30
wat is de gevaarlijkste teek?
nimfenteek: 10% is besmet met borrelia kleine teek = zie je niet
31
meest voorkomende teek?
Ixodes ricinus = schapenteek
32
levenscyclus van de ixodes ricinus
- eitjes ontwikkelen tot larf (6poten) - larf nestelt zich op kleine dieren - groeien tot nimf - overwinteren - in zomer: groei tot volwassen teek - vrouwtje legt eitjes - levenscyclus is 2 - 3 jaar komt alleen in bossen voor
33
diagnostiek van ziekte van Lyme
* Tekentang + aanduiden waar er eentje zat + datum noteren wanneer je de teek hebt gevonden * Anamnese = tekentbeet + tijdstip
34
behandeling van ziekte van Lyme
o Doxycycline o Kids tot 8j en zwangeren/borstvoeding = amoxicilline (tetracycline kunnen gemakkelijk Ca²+ cheleren (Ca²+ in tanden en botten) = dus oppassen) (= bèta-lactam gevoelig) o Alternatief bij penicilline-allergie = azithromycine (macrolides = tegen bijzondere bacteriën)
35
mag je een tekenwonde ontsmetten als de teek nog niet verwijderd is?
neen! Chemicaliën kunnen de teek doen verschieten, waardoor het de volledige maag-darminhoud injecteert in de patiënt
36
mononucleosis infectiosa?
= klierkoorts = ziekte van Pfeiffer
37
symptomen van klierkoorts
- vermoeidheid - koorts - vergrote tonsillen met faryngitis - vergrote amandelen - lymadenopathie - leverfunctiestoornissen - splenomegalie
38
complicaties van klierkoorts
langdurig moe (tot 6 maanden) en geen verband met chronische vermoeidheid syndroom
39
endemisch voorkomen van klierkoorts
combinatie van klierkoorts met EBV, jonge leeftijd en malaria
40
sporadisch voorkomen van klierkoorts
EBV kan een lymfoom geven maar kans is kleiner
41
HIV-gerelateerde klierkoorts?
EBV = virus dat veel infecties gaf = zolang je HIV onder controle hebt, is er geen probleem
42
verwekker Klierkoorts?
Epstein-Barrvirus = herpesviridae = neurotroop of lymfotroop
43
neurotrope varianten van EBV
HSV1 en HSV2 = orale herpes = latent !!
44
lymfotrope varianten van EBV?
cytomegalovirus EBV = oorzaak klierkoorts Kaposi's sarcoma herpesvirus
45
waar zit Epstein-Barr?
in de B-lymfocyten lytische of latente vorm reservoir = orofarynx mens
46
besmettingsweg EBV
= herpesviridae = DNA-virussen = speekselcontact
47
epidemiologie: - mononucleosis infectiosa - Burkitt lymfoom
15 - 25 jaar 7 - 9 jaar
48
diagnostiek klierkoorts?
bloedbeeld - mononucleaire cellen !!! - leverfunctietesten - serologie (antilichamen)
49
behandeling EBV
symptomatisch behandelen = acyclovir? (GM tegen herpesviridae = werkt voor virale meningitis) => we gaan dat niet geven want je krijgt toch bijwerkingen en prognose verbeterd niet)
50
cytomegalovirus symptomen mama
moeder merkt het amper of zelfs niet:
51
cytomegalovirus symptomen kind
- groei achterstand = laag gewicht - petechiën - hepatosplenomegalie - microcefalie - gehoorsproblemen - chorioetinitis - convulsies - stilgeboorte
52
als 55% al een primo-infectie heeft gehad dan is er:
0,15% kans op congenitale infectie 0 - 1% van kids heeft symptomen
53
45% heeft nog geen primo-infectie gehad, dus:
1 - 4% geraakt geïnfecteerd tijdens zwangerschap 40% geeft infectie door aan kind
54
40% geeft infectie door aan kind dus:
90% van kids is asymptomatisch 10% ontwikkeld sequelen 10% van geïnfecteerde kids problemen tijdens zwangerschap, 90% problemen na zwangerschap
55
verwekker van CMV?
cytomegalovirus = herpesviridae = zwelling van cellen en intranucleaire insluitsels
56
belangrijk van CMV!
- intra-uteriene infectie - niet gevaarlijk voor zwangere vrouwen - gevaarlijk is de primo-infectie tijdens de zwangerschap
57
besmettingsweg CMV
jonge kids als bron = speekseloverdracht transplacentair of direct contact met besmet lichaamsvocht !! hoe later tijdens de zwangerschap, hoe minder erg voor het kind !!
58
diagnostiek van CMV
- cytopathogeen effect - PCR op vruchtwater - serologie (IgM en IgG)
59
behandeling en preventie
- congenitale infectie = geen echte behandeling - Ganciclovir = immuundeficiënten - preventie = goed hygiëne/kids vermijden - geen vaccin
60
gele koorts symptomen
- griepsymptomen: verbetering na enkele dagen - remissie (erger) - virale hemorragische koorts letaliteit 10%
61
verwekker gele koorts
- RNA-virus = flaviviridae - beet van besmette mug - beet - bacterie - lymfocyten - lymfeklieren
62
behandeling gele koorts
- geen antivirale geneesmiddelen - symptomatisch behandelen - tegen koorts - paracetamol (pijn + koorts) - acetylsalicylzuur NIET GEVEN !!!!!
63
dengue
= knokkelkoorts = zadelkoorts
64
dengue symptomen
koorts hoofdpijn spierpijn en gewrichtspijn huiduitslag dengue-hemorragische koorts
65
pathogenese dengue
beet besmette mug mononycleaire fagocyten immunopathologisch proces incubatieperiode 5 - 7 dagen besmettingsweg: mens-mug-cyclus
66
diagnostiek + behandeling dengue
= gespecialiseerde labo's = symptomatisch behandelen: geen antivirale middelen, geen salicylaten, uitzieken
67
symptomen van afrikaanse hemorragische koorts
koorts vermoeidheid spierpijn bloedingen = slechte prognose
68
verwekkers afrikaanse hemorragische koorts?
Ebola virus Marburg virus = filoviridae = ssRNA virus met enveloppe
69
besmettingsweg afrikaanse hemorragische koorts
fruitvleermuizen direct contact: bloed, sperma, .. persoon is besmettelijk !!
70
behandeling afrikaanse hemorragische koorts
= symptomatisch = geen salicylaten, geen antivirale middelen, isolatie van patiënt, geen vaccin
71
toxoplasmose verwekker
toxoplasma gondii = protozoaire parasiet !! pas op voor katten en niet goed-doorbakken vlees
72
toxoplasmose symptomen (1e trimester of later?)
infectie in 1e trimester = spontane abortus of doodgeboorte infectie na 1e trimester = triade: chorioetinitis hydrocephalus intracraniale verkalkingen epilepsie, microcefalie, anemie,...
73
besmettingsweg toxoplasmose
- eten onvoldoende gebakken vlees - contact kattenfaeces - moeder-kind-transmissie
74
epidemiologie toxoplasmose?
seroprevalentie 40% (60% met kat) 1e besmetting 25 - 40 jaar intra-uteriene transmissie
75
serologie toxoplasmose ?
IgM en IgG bekijken !
76
IgM (neg) en IgG (neg)
geen infectie = preventiemaatregelen
77
IgM (neg) en IgG (pos)
= je hebt al eens infectie gehad voor zwangerschap
78
IgM (pos) en IgG (neg)
infectie tijdens zwangerschap = PCR test van vruchtwater
79
IgM (pos) en IgG (pos)
hoe hager de aviditeit, hoe later de infectie was
80
malaria symptomen algemeen
griepachtig ziektebeeld
81
plasmodium falciparum symptomen
gevaarlijkst knobbels op RBC zetten RBC hangen vast aan capillair capillair = verstropt anemie, hersenmalaria, icterus (geel) en shock
82
plasmodium vivax en plasmodium ovale symptomen
derdedaagse koorts (malaria tertiana) koortspiek - 48u rust - koortspiek hypnozoieten vormen
83
plasmodium malariae
= vierdedaagse koorts malaria quartana koortspiek - 72u rust - koortspiek
84
verwekker van malaria (+ mug)
plasmodium spp protozoa vector = vrouwelijke anopheles mug
85
pathogenese malaria
mug is besmet -> prikt in bloedbaan -> speekselinspuiten met coagulans -> parasiet verspreid -> sporozoiet komt binnen -> binnen uur naar lever -> aseksuele replicatie -> merozoïeten na 1 week -> gaan uit de lever -> erytrocytair -> merozoïeten -> schizont Er komen gametocyten vrij = seksuele reproductie!! Worden opgenomen door mug en in de mug worden ze omgezet tot micro- en macrogameet in midgut van mug-> zygoot -> ookineer -> oocyst in speekselklier
86
besmettingsweg malaria
= beet van besmette vrouwelijke anopheles mug
87
critical density?
Laag # beten => stabiele malaria (= onder controle krijgen = genezen) Hoog # beten => onstabiele malaria (= zeer dodelijk)
88
diagnostiek malaria?
bloedonderzoek = Giemsa-kleuring snelle dipstick methode -> veel vals-negatieven
89
behandeling malaria?
aangepast aan lokale situatie: is er veel resistentie? vb. tocycline geen vaccin
90
preventie malaria
repellent: DEET 20 - 50% muskietennet, lange kledij
91
ziekte van Chagas verwekker
Trypanosoma cruzi
92
ziekte van chagas symptomen
acute fase = 1% na besmetting - lokale zwelling bij beet + koorts - overlijden: myocarditis of meningo-encefalitis - behandeling chronische fase = 30 - 40% na 1e fase - na 10 - 30 jaar acute fase - aritmieën - geen behandeling
93
pathogenese ziekte van Chagas
parasiet zit in faeces van vector wants zetten faeces op de wonde -> krabben = trypomastigoten in bloed -> transform tot amastigoten (stadium dat gaat vermenigvuldigen = binaire fissie in cellen (hartspiercellen)) -> sommige amastigoten zetten zich om tot trypomastigoten in bloed -> wordt opgenomen door andere wants
94
symptomen van ziekte van Chagas
cercariën penetreren intacte huid jeukende sensatie (1u) intens jeukende papels binnen 12u geen symptomen meer sensibilisatie bij hernieuwd contact
95
verwekker ziekte van Chagas
niet-humane schistosoma reservoir watervogels
96
cyclus in ziekte van Chagas
Eend is geïnfecteerd met parasiet -> in mest van eend zitten eitjes van parasiet -> komen in water terecht -> eitjes ontwikkelen zich tot miracidia -> miracidia komen terecht bij zoetwaterslak -> zoetwaterslak wordt geïnfecteerd -> uit zoetwaterslak komen cercariën -> cercariën (puntige kop + zwemvliezen) kunnen in de huid van de eend geraken en eend infecteren -> mens komt in dit gebied: cercariën kunnen ook bij ons in de huid binnendringen (= wij zijn toevallige gastheer
97
behandeling en preventie van ziekte van Chagas
symptomatisch = cortisonezalf of oral antihisaminicum niet zwemmen in besmet zoetwater goed afdrogen