H8 - overgang naar DSM-V Flashcards

(21 cards)

1
Q

stakeholders voor eind 19e eeuw

A

kerk en staat: religieus-morele benadering in wat legaal/illegaal is, wat goed/slecht is op vlak van seksualiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

stakeholder na eind 19e eeuw

A

kwam er meer een psychiatrisch-psychologisch benadering in het definiëren wat gezond/ongezond, normaal/abnormaal is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

DSM-I over seksualiteit

A

Von Krafft Ebing startte als psychiater met fenomenologische beschrijving van afwijkingen in domein van seksualiteit
- sexual deviation (seksuele afwijking/deviatie): als persoon naar dokter komt voor iets wat raar is of afwijkt op seksueel gebied => “je hebt mentale stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

DSM-II over seksualiteit

A
  • seksuele deviatie maar specifieker benoemd
    -> parafilieën komen overeen met huidige classificatie
    -> unspecified sexual deviation
    -> homoseksualiteit als stoornis
    -> other seksual deviation
  • vanaf de 6e herdruk:
    -> geen homoseksualiteit meer, maar andere minder specifieke benaming: sexual oriëntation disturbance
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

DSM-III over seksualiteit

A
  • onder één noemer gebracht: psychoseksuele stoornissen
    -> genderidentiteitsstoornissen: transseksualisme, GID bij kinderen en jongeren, atypische GID
    -> parafilieën
    -> psychoseksuele dysfuncties: inhibited sexual desire, inhibited sexual excitement, inhibited (fe)male orgams, premature ejaculation, functional dyspareunia, functional vaginismus
    -> andere psychoseksuele stoornissen: egodystone homoseksualiteit, psychoseksuele stoornis niet anderszins omschreven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

DSM-III-R

A
  • egodystone homoseksualiteit werd eruit gehaald
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

DSM-IV

A
  • in de hoofdstukken werd onderscheid gemaakt tussen seksuele stoornissen en genderidentiteitstoornissen
    -> seksuele dysfuncties
    -> parafilieën
    -> genderidentiteitstoornissen
  • bevat ook subtypes die toepasbaar zijn op alle seksuele stoornissen
    -> lifelong or acquired
    -> generalised or situational
    -> due to psychological factors
    -> due to combined psychological factors and a general medical condition
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

DSM-5

A
  • kwamen drie aparte hoofdstukken: seksuele dysfuncties, parafilieën en genderdysforie
  • genderdysforie in plaats van genderidentiteitsstoornis (in ICD-11 werd genderdysforie zelfs vervangen door genderincongruentie)
  • seksuele dysfuncties als heterogene groep dysfuncties met als typisch kenmerk dat er klinisch significante verstoring is in de mogelijkheid van de persoon om seksueel te reageren en/of seksueel plezier te maken.
  • bevat subtypes
    -> primair/secundair (levenslang of verworven)
    -> gegeneraliseerd/situationeel
  • bevat specifiers die iets vertellen over etiologie
    -> partnerfactoren
    -> relationele factoren
    -> individuele kwetsbaarheid
    -> culturele en/of religieuse factoren
    -> medische factoren
  • seksuele aversiestoornis is uit deze DSM gehaald
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hyperseksuele stoornis (Kafka) als voorstel tot toevoegen aan de DSM

A
  1. minstens 6m terugkerende en intense seksuele fantasieën, urges en gedragingen en geassocieerd met minstens 4 van onderstaande criteria
    a. deze fantasieën, urges en gedragingen en het plannen ervan consumeren veel tijd
    b. repetitief engageren in fantasieën/urges/gedrag in respons op dysfore stemming
    c. “” in respons op stressvolle levensgebeurtenissen
    d. herhaalde maar onsuccesvolle pogingen om fantasieën, urges, gedrag te controleren/minderen
    e. repetitief seksueel gedrag stellen ongeacht risico voor emotionele of fysieke schade bij zichzelf of anderen
  2. klinisch significante persoonlijke distress of beperkingen in sociaal/beroepsmatig/ andere belangrijke domeinen
  3. niet het gevolg van directe fysiologische effecten van een middel of een manische episode
  4. > 18j
    => specifieer: masturbatie, pornografie, seksueel gedrag met toestemmende volwassenen, cyberseks, telefoonseks, stripclubs, andere
    => specifieer: in remissie (geen distress, impairment of terugkerende gedragingen in een ongecontroleerde omgeving) sinds X maanden, in een gecontroleerde omgeving.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

parafiele stoornis criteria

A

A. minstens 6m terugkerende, intense seksuele opwinding door seksuele dwang, zich uitend in fantasieën, urges of gedrag
B. klinisch significante distress of impact op belangrijke domeinen van het functioneren, OF heeft gezocht naar seksuele stimulatie door gedwongen seks bij 3/+ personen in verschillende situaties
C. exclusiecriterium: sexual sadism disorder
- specifieer
A. in remissie (geen distress, impairment of terugkerend gedrag in ongecontroleerde omgeving), sinds … maanden
B. in gecontroleerde omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

seksuele dysfunctie door medische aandoening criteria

A

A. klinisch significante seksuele disfunctie die leidt tot/resulteer in distress of interpersoonlijke problemen
B. Er is evidentie vanuit geschiedenis/onderzoek/laboratioriumonderzoek dat de dysfunctie te wijten is aan een algemene medische conditie
C. niet beter verklaard door andere mentale stoornis
=> specifieer: impaired interesse of opwinding, impaired erectiele functie, impaired orgasme, vroegtijdige ejaculatie, pijn en andere penetratiemoeilijkheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

female sexual interest/ arousal disorder (sexual arousability disorder)

A

A. tekort of significante vermindering van seksuele interesse of arousal, die tot uiting komt in minstens 3 van de volgende 6 indicatoren
- afwezige/verminderde interesse seksuele activiteit
- afwezige/ verminderde seksuele/erotische gedachten of fantasieën
- geen/ verminderd initiatief van seksuele activiteit en niet-receptief voor pogingen van partner die initiatief neemt
- afwezige/verminderde seksuele interesse/opwinding als respons op interne of externe seksueel-erotische cues
- afwezige/verminderd seksueel plezier tijdens seksuele activiteiten in (bijna) alle seksuele interacties
- afwezige/verminderde genitale of niet-genitale sensaties tijdens seksuele activiteit in (bijna) alle gevallen
B. symptomen duren minstens 6m
C. klinische significante distress of impairment
D. niet verklaard door andere psychische stoornis, als gevolg van relationele problemen of door effecten van medicatie of middel
E. specifier: levenslang of verworven - gegeneraliseerd of situationeel - mate van ernst: milde, matige, ernstige distress

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

vrouwelijke orgasme stoornis

A

A. aanwezigheid van 1 van volgende 2 symptomen (bijna) alle gevallen van seksuele activiteit (75-100%)
- duidelijke vertraging in, niet frequent of afwezigheid van orgasme
- duidelijk verminderde intensiteit van orgasmische sensaties
B. minstens 6 maanden
C. klinische significante distress of impairment
D. niet beter verklaard door andere psychische stoornis, als gevolg van relationele problemen of door effecten van medicatie of middel
E. specificatie:
- levenslang of verworven
- gegeneraliseerd of situationeel
- nooit eerder orgasme ervaren onder eender welke situatie
- mate van ernst: mild, matig, ernstige distress

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

vaginisme (DSM-IV)

A

A. Terugkerende of aanhoudende onwillekeurige samentrekking van het buitenste derde deel van de vagina, die seksuele gemeenschap belemmert.
B. De stoornis veroorzaakt duidelijke stress.
C. De stoornis wordt niet beter verklaard door een andere As-I-stoornis (bijv. somatisatiestoornis) en is niet uitsluitend toe te schrijven aan de directe fysiologische effecten van een middel (bijv. drugs, medicatie) of een algemene medische aandoening.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

dyspareunie (DSM-IV)

A
  • terugkerende en persistente genitale pijn geassocieerd met sexual intercourse met man of vrouw
  • De stoornis veroorzaakt duidelijke stress
  • De stoornis wordt niet uitsluitend veroorzaakt door vaginisme of een gebrek aan lubricatie, wordt niet beter verklaard door een andere stoornis op As I (behalve een andere seksuele disfunctie), en is niet uitsluitend het gevolg van de directe fysiologische effecten van een middel (bijv. drugs of medicatie) of een algemene medische aandoening.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

genito-pelvische pijn/ penetratiestoornis (DSM-5)

A
  • persistente of recurrente moeilijkheden met één of meer van de volgende:
    -> vaginale penetratie tijdens geslachtsgemeenschap
    -> duidelijke vulvovaginale of pelvische pijn tijdens penetratie of vaginale intercourse
    -> duidelijke angst omtrent deze pijn in anticipatie op, tijdens of na vaginale penetratie
    -> duidelijke spanning van de bekkenbodemspieren tijdens poging tot penetratie
  • minstens 6m
  • distress of impact op functioneren
  • niet beter verklaarbaar door…
  • specificaties: levenslang of verworven - gegeneraliseerd of situationeel - mate van ernst: mild, matig of ernstig i
15
Q

mannelijke erectiestoornis

A

A. Minstens 3 van volgende symptomen moeten aanwezig zijn in (bijna) alle gevallen van seksuele activiteit
(75-100%)
-> Moeilijkheden met het krijgen van een erectie tijdens seksuele activiteit
-> Moeilijkheden met behouden van erectie tot finaliseren van de seksuele activiteit
-> . Duidelijke vermindering van erectiele rigiditeit
B. minstens 6m
C. distress of impact functioneren
D. niet verklaarbaar door…
E. specifieer (idem)

15
Q

male hypoactive sexual desire disorder

A

A. Persistent/recurrent tekort (of afwezig) seksueel/erotische gedachten of fantasieën en verlangen
naar seksuele activiteit – beslissing van tekort/afwezigheid wordt door clinicus gemaakt, rekening
houdend met factoren die seksueel functioneren beïnvloeden zoals leeftijd en levenscontext
B. Minstens 6 maanden
C. Distress/impact
D. Niet beter verklaard door…
E. Specifieer
▪ Idem zoals hierboven

16
Q

premature (vroege) ejaculatie

A

A. persistent terugkerend patroon van ejaculatie tijdens seksuele activiteit met partner dat gebeurt binnen de minuut na de start van penetratie en voordat de persoon het wenst
- voor andere activiteiten dan vaginale penetratie zijn er geen objectieve criteria gesteld, deze diagnose dus enkel gebaseerd op vaginale penetratie
B. gedurende 6m en bijna alle gevallen van seksuele activiteit
C. distress
D. niet verklaarbaar door andere stoornis of middel
E. specifieer: levenslang of verworven, gegeneraliseerd of situationeel - ernst: mild (30s-1min), matig (15s-30s), ernstig (<15seconde)

17
Q

mannelijke orgamsestoornis (voorheen Inhibitie van het Mannelijk Orgasme)

A

A. Aanhoudende of terugkerende vertraging in, of afwezigheid van, het orgasme na een normale seksuele opwindingsfase tijdens seksuele activiteit, waarbij de behandelaar — rekening houdend met de leeftijd van de persoon — oordeelt dat de focus, intensiteit en duur adequaat zijn.
B. De stoornis veroorzaakt duidelijke stress of interpersoonlijke problemen.
C. De orgasmestoornis wordt niet beter verklaard door een andere As-I-stoornis (behalve een andere seksuele disfunctie) en is niet uitsluitend het gevolg van de directe fysiologische effecten van een middel (bijv. drugs, medicatie) of een algemene medische aandoening.

18
Q

middelen-/ of medicatie geïnduceerde seksuele disfunctie

A

A. klinische significante verstoring in seksueel functioneren sterk aanwezig is in het klinisch beeld
B. evidentie (vanuit geschiedenis, fysiek onderzoek, labo bevindingen, ..) voor beide: a) symptomen ontwikkelden tijdens of snel na gebruik van midden of door ontwenning b) betrokken middel/medicatie heeft het vormogen om deze symptomen te produceren
C. niet beter verklaard door seksuele disfunctie die niet geïnduceerd is door middel of medicatie
D. probleem doet zich niet enkel voor tijdens een delier
E. klinische distress