Hart Flashcards

(52 cards)

1
Q

Noem de twee oorzaken van hartfalen?

A
  • systolisch hartfalen

- diastolisch hartfalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is systolisch hartfalen?

A

hartspier trekt niet krachtig genoeg samen, het hart pompt per hartslag veel minder bloed rond dan normaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is diastolisch hartfalen?

A

hartsier ontspant niet goed en het hart vult zich minder goed met bloed. Er is minder bloed beschikbaar om rond te pompen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is fenylifrine?

A

sympaticomimeticum, sympatisch nadoen, risico: hoge bloeddruk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is tropicamide?

A

parasympaticolytica, remmen de parasympathicus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een embolus?

A

prop (trombose)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het gebied van Wernicke?

A

sensorische gebied betrokken bij taal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de gevolgen van een amaurosis fugax?

A

bloedvat a. centralis propje –> valt uit, geen actiepoteitlaen meer –> gezichtsuitval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is pericarditis?

A

ontsteking pericardium. oftewel hartvliesontsteking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is keratitis?

A

oogbindvliesontsteking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Otitis?

A

ontsteking oor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Appendicitis?

A

ontsteking appendix

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bronchitis?

A

ontsteking luchtpijptak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is EEN SHOCK?

A

acute levensbedreigende toetstand waarbij de druk te laag is om de vitale functies in stand te houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een medische shock?

A

bloedsomloop doet het niet meer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een hypovolemisch?

A

stroomt niet goed door, bloedverlies, vochtverlies, verbranding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een cardiogeen?

A

pompje is kapot, knijpt niet goed meer, infarct, klepprobleem, ritmestoornis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is een obstructief?

A

gedeelte afgesloten, pompje en volume is goed. longembolie of een tamponade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is een distributief?

A

allergie, bloedvaten gaan wijd staan, minder druk. Kan zorgen voor een anafylactische en septische shock.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn de atrioventriculaire kleppen?

A

tussen artria en ventrikels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Als de AV kleppen open zijn waar is dan de druk hoger?

A

in de arteria groter dan bij de ventrikels.

22
Q

Als de AV kleppen gesloten zijn waar is de druk dan hoger?

A

In de ventrikels groter dan in de atria.

23
Q

Wat is endocarditis?

A

bacteriele infectie

24
Q

Wat is mitralisklepprolaps?

A

prolaps van de mitraliskleppen.

25
Welke soorten kleppen heb je?
- mitralisklepprolaps | - semilunaire kleppen
26
Wat is aortastenase?
ene kamer blijkt voller dan de andere. vernauwing uitstroomopeing van het linker ventrikel
27
Wat is een gezonde ejectiefractie?
60 tot 70%
28
Wat is de ejectiefractie bij hartfalen?
40% of minder
29
Wat is de belangrijkste oorzaak van hartfalen?
aandoeningen van de kransslagader
30
Wat zijn de meest voorkomende hartfaal klachten?
- kortademig - hoesten - vocht in en achter de longen - verminderde pompfunctie hart - zwellen enkels en benen - ascites ( vocht in peritoneale holte buik)
31
Wat is de coronaire circulatie?
bloedsomloop voor de bloedvoorziening van het hart zelf. vol met bloed tijdens de diastole.
32
Wat is de oorzaak van het zwellen van enkels en benen?
slecht functioneren rechter kamer
33
Wat is arteriosclerose?
aderverkalking.
34
Noem de twee oorzaken van aderverkalking?
- focale verkalking. Bij beschadiging wordt het gladspierweefsel vervangen door kalk - atherosclerose: vetachtige afzetting aan binnenwanden van de bloedvaten.
35
Heb je bij hartspierweefsel gap junctions?
ja, intercalaire schijven.
36
Hoe kan een hart weer gelijk ontstpannen?
1. instroom NA+ tot aan drempelwaarde. 2. na+ kanaaltjes open, positief binnen in de cel 3. K+ kanaaltjes open, meteen weer negatief
37
Stappen hartcel.
1. depolarisatie 2. plateau fase ( door instroom CA komen er positieve deeltjes, membraanpotentiaal hoog, hij daalt pas later door uitstroom k 3. opbouw spanning
38
War zou er met het hart kunnen gebeuren wanneer derefractaire periode maar 150 ms was?
het hart zou geen diastole kennen?
39
Wat zijn nodale cellen
sinusknoop, zijn in staat om hun eigen actiepotenitalen te genereren. --> geven door en zo krijg je constrictie.
40
Wat kan een nodale cel zijn?
pacemaker
41
Hoe worden de actiepotentiaal doorgegeven in het hart?
gap junctions.
42
Wat is een tachycardeie?
versnelling
43
Wat is een bradycardie?
langzaam
44
Wat doen ze met een ECG?
hartfilmpje maken
45
Waarvan is de bloeddruk afhankelijk?
- wat het hart in de bloedvaten pompt | - hoeveel weerstand de bloedvaten het bloed geven
46
Wat is het hartminuutvolume?
totale hoeveelheid bloed die per minuut door de ventrikels wordt weggepompt.
47
Waar hangt het HMV vanaf?
hartfrequentie (72 slagne per minuut)en slagvolume (eind -distolische volume min het eind systolisch volume)
48
Welke factoren zijn van invloed op het HMV?
- inspanning (spier) - hartslag - hormonen - inspanning( angst, zenuwen)
49
EDV?
eind dyiastolisch volume (bloed meer in ventrikels)
50
contractiliteit?
contractie
51
ESV?
eind syiastolisch volume (bloed eruit)
52
HMV?
hartminuutvolume