HB begrippenlijst W5-W2 Flashcards

(36 cards)

1
Q

wanneer begon de Romeinse republiek

A

509 v.C.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat waren de gevolgen van de Romeinse veroveringen op het platteland voor de arme boeren?

A

Verloren land nadat ze meevochten in de oorlog.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat waren de gevolgen van de Romeinse veroveringen op het platteland voor de rijke boeren?

A

Kochten land van de arme boeren op dit werd dan een latifundia.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat waren de gevolgen van de Romeinse veroveringen in de stad?

A

Grotere groep arme mensen: proletariërs
Kleinere groep rijke mensen:
nobilitas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat was het sociaal verschil in de romeinse samenleving tijdens de republiek

A

groot verschil tussen rijk en arm: nobilitas(rijk), proletariërs(arm)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat was het economisch verschil in de romeinse samenleving tijdens de republiek

A

armen: geen werk, geen bezit
rijken: slaven doen werk, veel bezit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke spanning heerste er tussen de verschillende Romeinse bevolkingsgroepen tijdens de republiek

A

iedereen bang voor elkaar:
rijken: houden armen in macht door brood en spelen
armen: bang dat rijken bezit afpakken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef 5 actuele voorbeelden van brood en spelen

A

EK voetbal
Tour de France
Olympische spelen
de Lotto
carnaval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat mochten mensen met het romeins burgerrecht

A

konden handelen met burgers
stemmen
recht op eerlijk process
trouwen volgens Romeins recht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer kregen mensen het romeins burgerrecht

A

Wanneer de persoon:
nakomeling was
man was
beloond was voor goede samenwerking met Rome
geen slaaf was (vrij)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat waren de verschillen tussen het romeins burgerrecht en het recht nu

A

Romeinen hadden:
geen recht op godsdienst
geen vrije meningsuiting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat waren de gelijkenissen tussen het romeins burgerrecht en het recht nu

A

stemrecht, eerlijk process, handel, trouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat was er belangrijke bij het romeins burgerrecht en het recht van nu

A

voor iedereen, als voor 1 groep -> ongelijkheid, machtsmisbruik en conflicten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe beïnvloedde de sociale veranderingen de romeinse politiek

A

groeiende ongelijkheid tussen arm en rijk:
armen meer hulp
nieuwe wetten voor volk van magistraten
2 partijen: populares, optimates

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat waren de verschillen tussen de populares en optimates

A

populares:
kregen steun volk
vooral plebs
nieuwe wetten voor volk

optimates:
kregen steun rijke/senaat
vooral patriciërs
willen houden zoals het is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke spanning heerste er tussen de verschillende Romeinse bevolkingsgroepen

A

armen:
nieuwe wetten(beter voor hun)
rijke:
houden zoals het is (beter voor hun)

17
Q

geef 3 voorbeelden van populistische politiekers

A

Trump
Theo Franken
Tom van Grieken

18
Q

Waarom waren er zoveel burgeroorlogen tussen de populares en optimates

A

Grote kloof tussen arm en rijk

Wouden allebei macht voor zichzelf

19
Q

Wat waren de oorzaken voor de burgeroorlogen (voordelen van plebs)

A

arme boeren wapenuitrusting leger
soldaten vooruitzicht land buiten Rome
kregen geld voor stem
werden rijk door plunderingen

20
Q

Wat waren de oorzaken voor de burgeroorlogen (vrees patriciërs)

A

één senator/generaal te machtig
minder machtig door meer inspraak plebs

21
Q

Noem 2 recente burgeroorlogen

A

syrische burgeroorlog, 2de libische burgeroorlog

22
Q

Wat zijn de gelijkenissen tussen populisten(nu) en populares(Rome)

A

krijgen steun van grote groep
beweren dat ze voor het volk zijn
willen populair worden voor macht

23
Q

Waarom wou Caesar zo populair zijn bij het volk

A

hij wou alleenheerser worden

24
Q

Hoe maakte Caesar zichzelf populair bij het volk

A

deelde buit en land met soldaten
gaf geld en organiseerde spelen voor het volk

25
Welke regel overtrad Caesar dat leidde tot een volgende burgeroorlog
hij stak de Rubicon over met zijn hele leger (uitdrukkelijk verboden)
26
Hoe kwam Caesar aan zijn einde
60 messteken door 60 tegen hem gekeerde senatoren
27
Hoe kwam Augustus aan de macht
hij schakelde al zijn tegenstanders uit en hield alle macht voor zichzelf
28
Hoe bezitte Augustus de wetgevende macht
maakte zelf wetten (volksvergadering kon alleen goedkeuren)
29
Hoe bezitte Augustus de rechterlijke macht
hij was opperrechter
30
Hoe bezitte Augustus de militaire macht
hij was imperator
31
Hoe bezitte Augustus de religieuze macht
hij was pontifex maximus
32
Hoe vermeed Augustus conflicten van buitenaf
hij legde natuurlijke grenzen rond zijn rijk
33
Welke natuurlijke grens lag er aan het westen van het romeinse rijk
de Atlantische Oceaan
34
Welke natuurlijke grens lag er aan het noorden van het romeinse rijk
de Noordzee, de Rijn en de Doneau
35
Welke natuurlijke grens lag er aan het zuiden van het romeinse rijk
de sahara woestijn
36
Welke natuurlijke grens lag er aan het oosten van het romeinse rijk
De woestijn, Eufraat, de Rode zee en de Zwarte zee