HC week 1 Flashcards
(160 cards)
wie verzorgen behandeling en preventie van infectieziekten?
- huisarts
- GGD (bv. SOA’s of TBC)
- 2e/ 3e lijn = afhankelijk van ziektebeeld
(medisch specialist, internist, kinderarts-infectioloog)
benoem 5 standaard eigenschappen van bacteriën + 2 extra eigenschappen
- prokaryoten (geen celkern)
- eencellig
- dubbelstrengs, circulair DNA
- celwand
- celmembraan
- vaak ook plasmidaal DNA (extra) (kan makkelijk uitwisselen)
- soms flagel (staart voor voortbeweging)
benoem 4 voorbeelden van bacteriële infecties
- streptokokken faryngitis
- pneumokokken pneumonie
- lues (spiraalvormige bacterie)
- urineweginfectie door E. Coli
benoem 4 eigenschappen van virussen
- voor vermeerdering afhankelijk van gastheercellen
- alleen DNA of alleen RNA
- enkelstrengs of dubbelstrengs
- omgeven door eiwitmantel
benoem 4 voorbeelden van virale infecties
- bovenste luchtweginfectie
- hepatitis
- COVID-19
- rubella (rode hond)
wat zijn fungi en benoem 4 eigenschappen van fungi
fungi = schimmels + gisten
- eukaryoten (celkern)
- velen dimorf (kunnen zowel schimmel als gist zijn, afhankelijk van omstandigheden)
- gisten = unicellulair
- voortplanting door deling
- schimmels = vaak meercellig + vertakkende draden
- voortplanting door sporen
noem 3 voorbeelden van fungi
- schimmelnagel
- zwemmerseczeem
- tinea capitis (kale plek)
noem 3 eigenschappen van parasieten
- eukaryoten (celkern)
- parasitaire levenswijze
- voor ontwikkeling geheel of ten dele afhankelijk van gastheer (dier of mens)
noem 3 voorbeelden van parasitaire infecties
- hoofdluis
- enterobius vermicularis (aarsmade)
- malaria parasiet
wat zijn pathogenen?
micro-organismen die ziek maken
zijn alle micro-organismen pathogeen?
nee
- meerderheid niet pathogeen
- sommige potentieel pathogeen
- enkele altijd pathogeen
wat is commensale flora?
kolonisatie specifieke micro-organismen op een bepaalde plek in het lichaam
verschillende plekken = verschillende micro-organismen
welke plekken in het lichaam zijn steriel?
- hersenen
- liquor
- binnenkant ogen
- bloed
- spier
(alles wat geen contact maakt met de buitenwereld)
wat houdt ‘staphylococcus aureus’ dragerschap in?
- 25% mensen drager op huid en andere plaatsen
- verwekker van veel infecties
(UWI, diarree, toxic shock syndroom, sinusitis, pneumonie, endocarditis) (zie afbeelding ppt)\
- niet iedereen ziek –> vaak eerst schade barrière nodig
wat is het verschil tussen klinisch en subklinisch?
- klinisch = met directe klachten
- sub-klinisch = zonder klachten
van welke factoren is de pathogenese van infectieziekten afhankelijk?
- besmettingsroute
- gastheer (genetica, immuunstatus)
- micro-organisme (virulentie, pathogeniteit)
wat is virulentie?
het vermogen van een micro-organisme om schade/ ziekte te veroorzaken
- vaak uitgedrukt in aantal micro-organisme nodig om ziekte te veroorzaken
waardoor wordt virulentie bepaald?
virulentie-factoren
- eigenschappen waarmee een micro-organisme de verdedigingsmechanismen van een gastheer kan ontlopen of teniet doen
- bv. adhesinen, toxinen, kapsel
wat is pathogeniciteit?
het vermogen van een micro-organisme om schade/ ziekte te veroorzaken (absoluut)
wat zijn primaire en secundaire pathogenen?
primair pathogeen:
- bij besmetting regelmatig ziekteverschijnselen
- bv. staphylococcus aureus
secundair pathogeen:
- opportunistisch pathogeen
- ziekte bij verminderde weerstand
- bv. schimmelinfectie bij neutropenie
via welke stofjes maken ons immuunsysteem, endocriene systeem en zenuwstelsel contact met elkaar?
- immuunsysteem = cytokines
- endocrien systeem = hormonen
- zenuwstelsel = neurotransmitters
wat is het verschil tussen exogeen infectieus en exogeen niet-infectieus?
infectieus:
- virus
- bacterie
- fungi
- helminths (wormen)
- protazoa (eencelligen)
niet-infectieus:
- zwangerschap
- allergeen
- transplantaat
- toxine
wanneer is afweer voor een endogene oorzaak nodig?
na trauma:
- brandwond
- botbreuk
- UV-straling
wat is het verschil tussen innate en adaptieve immuniteit?
- innate immuniteit = aangeboren
- adaptieve immuniteit = verworven/ aangeleerd
(kan soms juist voor schade zorgen)