HC.2 Artrose Flashcards
(22 cards)
Wanneer overweeg je artrose?
- leeftijd 45 jaar of ouder;
- aan activiteiten gerelateerde kniepijn;
- geen of kortdurende ochtendstijfheid (< 30 minuten
Wat is Artrose?
Verlies van het gwrichtskraakbeen, vervolgens ombouw van het subchondraal bot en synovitis.
Gewrichtspijn na belasting
Stijfheid en bewegingsbeperking
Welke kenmerken lichamelijk onderzoek?
opstartpijn en -stijfheid d.w.z. pijn en stijfheid na inactiviteit (bijvoorbeeld
na slapen, lang zitten, etc.);
* verminderde flexie of extensie;
* crepitaties bij het bewegingsonderzoek;
* gevoeligheid van de gewrichtsspleet;
* benige verbreding van het gewricht
Waarom meestal geen beeldvormend onderzoek?
Niet zinvol
Wanneer wel beeldvormend onderzoek?
- Atypische presentatie
- Onverwacht snelle progressie of verandering in het patroon van klachten
- Ihkv indicatiestelling voor een gewrichtsvervangende prothese.
Wat wordt er vooral behandeld bij Artrose?
De pijn, dus niet de functiebeperking
Welke aandoeningen kunnen secundaire artrose veroorzaken?
- trauma
- infectie
- gewrichtsafwijkingen
- stollingsstoornis
- jicht
- reumatoïde arthritis
Risicofactoren artrose?
- Overgewicht
- Trauma
- Leeftijd
Roken is geen risicofactor!
Waar bestaat het grootste deel van kraakbeen uit?
Water (80%)
Hoe wordt het water aangetrokken in kraakbeen?
Door de suikerketens (GAG), deze zijn negatief geladen en trekken water aan.
Waar bestaat kraakbeen uit?
GAG, collageen, chondrocyten en water
Welke functies heeft kraakbeen?
- glad oppervlak (lage wrijvingsweerstand)
- schok dempen
- verdelen belasting over subchondraal bot
Wat is het gevolg van dat kraakbeen een beperkt regeneratief vermogen heeft?
Het bot onder het kraakbeen (subchondraal), wordt denser en er ontstaat synovitis. Bij artrose is er afname hoeveelheid GAG’s in het kraakbeen.
Behandeling knie-artrose volgens richtlijn?
- Gewichtsverlies via dieet
- Combineren met oefentherapie
Ten alle tijden meer bewegen
Waar komt artrose vaak voor?
Cervicaal, lumbaal, heup, knie, MTP-1 en PIP en DIP
Vier belangrijke kenmerken Artrose (radiologisch?
- Gewrichtsspleetversmalling
▪ Osteofytvorming
▪ Subchondrale cystevorming
▪ Subchondrale sclerosis
Daarnaast soms:
- Deformatie
- Standsverandering
Hoe zit de Kellgren & Lawrence classificatie eruit?
- Graad 0: geen artrose
▪ Graad 1: mogelijk gewrichtsspleet versmalling & osteofyten
▪ Graad 2: zeker gewrichtsspleet versmalling , osteofyten en matige
sclerose
▪ Graad 3: Duidelijke gewrichtsspleet versmalling , osteofyten,
enige sclerose en cystevorming, deformiteit
▪ Graad 4: Ernstige gewrichtsspleet versmalling, sclerose, cysten,
duidelijke deformiteiten en grote osteofyten
Men behandeld alleen op basis van de klachten, niet de classificatie!
Welke soorten artrose hebben verhoogde incidentie bij topsporters?
- meer patellofemorale artrose bij langeafstandlopers en gewichtheffers - meer tibiofemorale artrose bij tennisspelers en voetballers
Wat zijn de doelen van de behandeling?
- 1) voorlichting patiënt, familie en omgeving
▪ 2) verminderen pijn en stijfheid
▪ 3) behouden /verbeteren gewrichts-mobiliteit
▪ 4) beperken lichamelijke handicaps
▪ 5) behouden /verbeteren kwaliteit van leven
Welke behandeling artrose?
- niet farmacologisch
- NSAID’s
✓ Bij tijdelijke opvlamming van klachten: Corticosteroid
injectie 1e keus (+ ontzien van gewricht (=niet belasten))
✓ Voor de langere termijn valt een behandeling met
hyaluronzuur te overwegen
Welke operatieve behandelingen?
✓ Gewrichts sparend (conservatieve operatie)
✓ Gewricht verstijven (arthrodese)
✓ Gewricht verwijderen (resectie arthroplastiek)
✓ Gewrichts vervangend (prothese)
Samenvattend
▪ Patient voorlichten
▪ Aanpassen van belasting
▪ Oefentherapie
▪ Medicatie, start met paracetamol (motiveer patient!)
▪ Hulpmiddelen
▪ Ondersteunen met injecties
▪ Opereren…
Leerdoelen:
✓ Epidemiologie artrose
✓ Pathofysiologie artrose
✓ Tenminste 3 algemene symptomen benoemen
✓ Tenminste 3 kenmerken lichamelijk onderzoek
✓ Kenmerken van aanvullend onderzoek benoemen
✓ conservatieve en operatieve behandeling kennen