HC3 | longfunctie & hyperreactiviteit

Question 1

Wat is het probleem bij een restrictieve stoornis?

Answer 1

verkleining longvolume

Question 2

Wat is het probleem bij een obstructieve stoornis?

Answer 2

luchtwegvernauwing –> bemoeilijkte uitademingsstroom

Question 3

Voorbeelden van prikkels die astma-aanval uitlokken

Answer 3

inspanning, pollen, koude lucht, stof/huismijt, rook, sterke geuren, luchtvervuiling, huisdieren, stress

Question 4

Hoe is de longfunctie van astmapatiënten?

Answer 4

Verschillend –> buiten aanval om: normaal en anders verlaagd –> concave vorm

Question 5

Welke medicijnen werken tegen de verstoring van sympathisch en parasympathisch in luchtwegen van astmapatiënten?

Answer 5

sympathicomimetica: ventolin
parasympathicolytica: atrovent

Question 6

Wat is de Tiffeneau index? en wat is belangrijk?

Answer 6

FEV1/VC –> let op dat VC geen FVC wordt (FEV1/FVC = FER)

Question 7

Wanneer is astma significant reversibel na medicijnen

Answer 7

toename FEV1 met meer dan 12% v. ref.

200 mL beter

Question 8

Hoe krijg je info over longfuncties van astmapatiënten gedurende een bepaalde periode

Answer 8

• astmapatiënten ‘s ochtends en ‘s avonds 3x blazen (hoogste waarde noteren)
• aanwijzing voor astma: 20% variatie op 1 dag / 10% tussen dagen

Question 9

Welke verschillende oorzaken/pathways voor astma zijn er

Answer 9

• early/late onset
• allergisch/niet allergisch
• eosinofiel/niet eosinofiel

Question 10

Waar zijn referentiewaarden op gebaseerd?

Answer 10

EGKS 1993
- geslacht
- leeftijd
- lengte
GLI 2012
- etniciteit

Question 11

Hoe kun je bronchiale hyperreactiviteit meten?

Answer 11

• directe provocatietest (histamine)

- indirecte provocatietest (inspanning)

Question 12

Wat is de PC20?

Answer 12

concentratie histamine die nodig is om FEV1 met 20% te laten dalen