HC.8: Botaanleg, remodeling en reparatie Flashcards

(14 cards)

1
Q

Vormen van botvorming

A

Enchondrale ossificatie → Botvorming vanuit kraakbeen
- Lange pijpbeenderen
Membraneuze (endesmale) ossificatie → Botvorming direct in bindweefsel
- Schedel en ribben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bouwstenen van bot

A

Gespecialiseerd bindweefsel
Drie celtypen
- Osteoblasten
- Osteocyten
- Osteoclasten
Botmatrix
Calcium kristallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Osteoblast

A

Ontstaat door differentiatie van mesenchymale stamcel
Productie van osteoid: ongemineraliseerde botmatrix
Activiteit sterk wisselend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Osteoid

A

Ongemineraliseerde botmatrix
2% van het botvolume en 20% van het botoppervlak
Collageen I
Botvormende proteïnen
Mineraliseert na circa 10 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Mineralisatie

A

Apatiet of hydroxyapatiet kristallen
- Ca5(PO4)3OH
Osteocalcine bindt aan Ca2+
AF verhoogt PO4
Nauw verbonden aan collageen I

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Klinische relevantie mineralisatie

A

Ter plaatse van mineralisatie ook inbouw van
- Radionucleotiden (nucleaire geneeskunde)
- Tetracycline (pathologie)
- Metaal-geïnduceerde osteomalacie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Osteocyte

A

Gematureerde osteoblast
Ingevangen in osteoid en later bot
Uitgebreide contacten via canaliculi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Osteoclast

A

Ontstaat vanuit monocytaire reeks
Resorptie van gemineraliseerd bot
Gelegen in resorptie (Howship) lacunae
Secretie van H+ ionen en collagenase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Remodelling

A

Vervanging/omvorming van bot gedurende leven
- Bone-modelling unit
- Verhouding osteoclasten (resorptie en osteoblasten (bot-formatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Regulatie remodelling

A

Calcitonine: remmen osteoclasten
PTH: remmen osteoblasten
Osteoblasten stimuleren osteoclasten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Cementlijnen

A

Cementlijnen markeren eerdere zones van remodelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Stadia fractuurgenezing

A

Hematoom (<12 uur)
Granulatieweefsel (>48 uur)
Intramembraneuze en enchondrale ossificatie (1-4 weken)
Remodelling naar lamellair bot (>1 maand)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Biopt afnemen bot

A

Crista biopt (hematologisch, metabool)
Jamshidi biopt (bottumor)
Excochleatie (bottumor)
Excisie/resectie
Vanwege hardheid geen normale bewerking mogelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bewerking biopt

A

Ontkalking (mierenzuur)
- Meeste tumor vraagstellingen
Inbedden plastic (zonder ontkalking)
- Metabole botziekte
- Hematologische ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly