Hertentamen 2022-2023

Question 1

Alleen bloed in de sulci?

Answer 1

Subarachnoidale bloeding (SAB)

Question 2

Wat is beschadigd door afsluiting van de a. spinalis anterior?

Answer 2

De nucleus hypoglossus

Question 3

Waar kan een herseninfarct in het stroomgebied van de arteria cerebri posterior tot leiden?

Answer 3

Homonieme hemianopsie, meestal contralateraal aan de infarctzijde.

Question 4

Dysartie bij welke ziektes?

Answer 4

Cerebellum laesie, uitval n. hypoglossus en ziekte van Parkinson

Question 5

Wat vormen de bloedhersenbarrière?

Answer 5

Endotheelcellen in de vaatwand, Tight junctions tussen de endorheelcellen spelen hierbij een essentiële rol

Question 6

Gyrus post-centralis en ganglion in de dorsale wortel

Answer 6

Sensorische informatie

Question 7

Pyramidebaan, ventrale hoorn en ventrale radix (wortel)

Answer 7

Motorische informatie

Question 8

Ventrale ramus (tak) en plexus bracchialis

Answer 8

Sensorische en motorische informatie

Question 9

Vitale sensibiliteit verloopt via de …… door het ruggenmerg.

Answer 9

antero-laterale banen

Question 10

De tweede synaps in de baan van de gnostische sensibiliteit vinden we in de ……

Answer 10

thalamus

Question 11

Pupilvernauwing?

Answer 11

Parasympathische innervatie via n. oculomotorius

Question 12

Hersenzenuwen die parasympatische vezels?

Answer 12

n. vagus, n. facialis en n. glossopharyngeus

Question 13

Mu-ritme kan verdwijnen door over de contralaterale hand te strijken
Delta-activiteit kan zowel van cerebrale origine zijn als berusten op artefacten
Bij hersendood is er geen cerebrale activiteit op het EEG te zien
Het is atypisch om focale schrokken te hebben bij een koortsconvulsie

Answer 13

Mu-ritme -> sensorimotorische gebieden
Tijdens diepe slaap, een fase voor en na REM slaap zijn de delta-golven actief.

Question 14

Wanneer mag diagnose epilepsie gesteld worden?

Answer 14

1. Als een patiënt die meer dan één niet acuut-symptomatische epileptische aanval heeft gehad met meer dan 24 uur tussentijd
2. Als een patiënt heeft één acuut symptomatische epileptische aanval gehad met een ingeschatte hoge herhalingskans op een volgende aanval (>60% in de komende 10 jaar)
3. Als er sprake is van een epilepsiesyndroom

Question 15

Wat gebeurt er bij fel licht?

Answer 15

Samentrekking van de m. sphincter pupillae

Question 16

Voedingsstoffen en zuurstof voorzien retina?

Answer 16

Voornamelijk via de a. centralis retinae

Question 17

Vijf lagen van de cornea (buiten naar binnen)?

Answer 17

Epitheel -> membraan van Bowman -> stroma -> membraan van descemet -> endotheel

Question 18

Cornea erosie aantonen?

Answer 18

Achter de spleetlamp met een fluorceïne stripje en lichtblauw

Question 19

Bloeding die zich uitstrekt over de radiatio optica verlopend onder in de linker temporale kwab waardoor er uitval is van

Answer 19

L2 en R2

Question 20

Echte visus berekenen?

Answer 20

Visus x (normale afstand + meter te ver weg) / normale afstand

Question 21

Welke functie neemt het cochleair implantaat over?

Answer 21

De functie van de haarcellen

Question 22

Verwekker necrotiserende otitis externa is een ernstig ziektebeeld dat vooral bij oudere diabetes patiënten wordt gezien?

Answer 22

Pseudomonas aeruginosa

Question 23

Wanneer is de proef van Rinne positief?

Answer 23

Als de proef niet afwijkend is

Question 24

Wat zorgt ervoor dat de endlymfe eenzelfde samenstelling heeft?

Answer 24

De Na/K-ATPase in de basolaterale membraan van de wandcellen zorgt ervoor dat de intracellulaire [Na+]i in de wandcellen laag is en [K+]i hoog. Natrium- en kaliumkanalen in de apicale membraan van de wandcellen zorgen ervoor dat de endolymfe eenzelfde samenstelling heeft

Question 25

Mediale superieure olijfkern (MSO)?

Answer 25

Neuronen in de MSO zijn gespecialiseerd in het detecteren van interaurale tijdsverschillen (ITD), dus kleine verschillen in aankomsttijd van een geluid tussen het linker- en rechteroor. Ze krijgen exciterende input van beide oren via de cochleaire kernen. Ze werken als een soort "coïncidentiedetectoren": als input van beide oren tegelijk binnenkomt, vuurt de cel. Daardoor is de MSO gevoelig voor lage frequenties, waarbij tijdsverschil detectie het belangrijkst is.

Question 26

Laterale superieure olijfkern (LSO)?

Answer 26

Neuronen in de LSO zijn gespecialiseerd in het detecteren van interaurale niveauverschillen (ILD), dus verschillen in geluidssterkte tussen beide oren. Ze krijgen: Exciterende input van het ipsilaterale oor (via de nucleus cochlearis). Remmende input van het contralaterale oor, via een tussenstation: de nucleus van de trapezoïde lichaam (nucleus trapezoides). Dit remmende signaal maakt de LSO gevoelig voor verschillen in geluidsintensiteit, wat belangrijk is voor lokalisatie van hoge frequenties (waarbij intensiteitsverschil groter is).

Question 27

Wat gebeurt er als het kinocilium naar de stereoclia afbuigt?

Answer 27

De haarcel hyperpolariseert

Question 28

Draaien met de klok mee als het hoofd op de rechterschouder ligt, welke nystagmus?

Answer 28

Verticale nystagmus omhoog gericht

Question 29

Labyrint?

Answer 29

Het labyrint is het binnenoor en bestaat uit een complex systeem van met vloeistof gevulde kanalen en kamers dat betrokken is bij horen en evenwicht. Het bestaat uit twee hoofdonderdelen: 1. Benig labyrint (ossea labyrinth) Bevindt zich in het rotsbeen (pars petrosa van het os temporale). Omvat drie delen: Vestibulum (centrale ruimte) Halfronde kanalen (canales semicirculares) – evenwicht Cochlea – gehoor Gevuld met perilymfe 2. Vliezig labyrint (labyrinthus membranaceus) Bevindt zich binnenin het benige labyrint. Bestaat uit: Sacculus en utriculus (evenwicht, registreren lineaire versnelling) Drie ducti semicirculares (rotatieversnelling) Ductus cochlearis (horen) Gevuld met endolymfe

Question 30

Jonge leeftijd, Internucleaire oftalmoplegie (schade aan fasciculus longitudinalis medialis, waardoor het ipsilaterale oog niet kan adducteren en het contralaterale oog vertoont nystagmus) en voorgeschiedenis met temporair sensibele klachten

Answer 30

MS

Question 31

90% neuritis vestibularis wat leidt tot een acute uitval van de labyrintfunctie is de .....

Answer 31

nervus vestibularis superior aangedaan

Question 32

10 seconden latentietijd, 20 seconden duur, uitputbaarheid bij de derde test en gegenläufigkeit / reversal na overeind komen?

Answer 32

Kenmerkend voor BPPD:

Question 33

Bij neuritis vestibularis links?

Answer 33

Een nystagmus naar rechts en valneiging naar links

Question 34

Welke zenuwen vervoeren smaak informatie

Answer 34

VII, IX, X

Question 35

Pijnsignaal naar de hersenen bij verbranden voorzijde tong via?

Answer 35

De spinale trigeminus kern

Question 36

Snijden in pink?

Answer 36

Pijninformatie komt binnen in segment C8

Question 37

Geleidelijke ontwikkeling klachten, symmetrische gevoelsstoornissen, lichte distale spierzwakte en verlaagde reflexen/niet-opwekbare achillespeesreflexen?

Answer 37

Aandoening van de perifere zenuwen

Question 38

Subacuut tot chronisch beloop (in weken tot maanden), symmetrische zwakte in zowel armen als benen, areflexie, gevoelsstoornissen distaal, grote functionele achteruitgang bij iemand die recent nog sportief actief was en geen pijn?

Answer 38

CIDP (Chronische Inflammatoire Demyeliniserende Polyneuropathie)

Question 39

Langzaam progressieve, asymmetrische motorische uitval zonder sensibele klachten, areflexie, EMG met geleidingsblokkades, en het voorkomen bij mannen van middelbare leeftijd?

Answer 39

MMN (Multifocale Motorische Neuropathie)

Question 40

Ziekte van Becker?

Answer 40

Een erfelijke spierziekte die wordt veroorzaakt door een mutatie in het dystrofine-gen, hetzelfde gen als bij de ziekte van Duchenne, maar met een milder beloop