Hertentamen 2023-2024 Flashcards

(25 cards)

1
Q

De n. trigeminus is een aftakking van?

A

n. mandibularis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Gnostische sensibele informatie vervoert vooral?

A

Fijne tast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Vitale sensibele informatie vervoert vooral?

A

Temperatuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Laesie in het mesencephalon?

A

Ptosis, oculomotore stoornissen (oog in depressie en abductiestand) én hemisferische ataxie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar liggen de motorneuronen die de m. erector spinae activeren?

A

In het mediale deel van de ventrale hoorn van het cervicale, thoracale en lumbosacrale ruggenmerg liggen de motorneuronen die de m. erector spinae activeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke zenuwen lopen door de sinus cavernosus

A

n. oculomotorius, trochlearis, abducens en trigeminus lopen hier doorheen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer is de kans op epilepsie het hoogst?

A

Als K+ kanalen langzamer deactiveren is de kans op epilepsie het hoogst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt voornamelijk geblokkeerd door ethosuximide?

A

Calciumkanalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Verschil piriforme cortex?

A

De piriforme cortex bevat slechts drie lagen i.p.v. vijf tot zes (functie = verwerken reukinformatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Stimulatie van de motorische schors met een elektrode leidt vaak in het geheel niet tot een beweging.
Aan weerszijden van de regio die leidt tot handbewegingen liggen regio’s die leiden tot beweging van de pols/elleboog/schouder.

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Afasie?

A

Afasie is een taalstoornis die ontstaat door schade aan de hersenen, meestal in de taaldominante hemisfeer (bij de meeste mensen is dat links). Het beïnvloedt het vermogen om taal te begrijpen en/of te produceren. Afasie is géén probleem van de spieren of intelligentie, maar specifiek van taalverwerking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

A. basilaris?

A

Het a. basilaris stroomgebied levert bloed aan de hersenstam en het cerebellum. Problemen in dit gebied kunnen leiden tot de genoemde symptomen van motorische en visuele uitval (dysartrie, horizontale nystagmus, abductiezwakte van het linker oog, en vertigo. De verhoogde bloeddruk (170/110 mmHg) kan mogelijk ook bijdragen aan de ischemie in dit gebied, bijvoorbeeld door een acute arteriële insufficiëntie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Typisch voor Myasthenia gravis?

A

Wisselend last heeft van dubbelbeelden en ptosis, vooral ‘s morgens en bij vermoeidheid, wat typisch is voor Myasthenia gravis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Axonale polyneuropathie?

A

Het EMG toont afwezige spieractiepotentialen en afwezige potentialen van de nervus suralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Een omkerende nystagmus is best passend bij een functiestoornis van ..?

A

Centrale zenuwstelsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

De utriculus en sacculus?

A

Zijn twee van de otolietorganen in het vestibulaire systeem van het binnenoor

17
Q

Wat kan een 22-jarige wel horen en een 72-jarige niet?

18
Q

De m. tensor tympani hecht aan aan de ….. en wordt geïnnerveerd door de

A

malleus, n. V

19
Q

Vergelijken LSO?

A

De LSO vergelijkt de intensiteit van de signalen van beide oren, waarbij het exciterende signaal van het ene oor wordt verminderd door het inhiberende signaal van het andere oor — oftewel een “subtractief” (–) mechanisme

20
Q

Complicaties cholestoom?

A

Ontsteking mastoïd, conductief gehoorverlies, perceptief gehoorverlies, n. facialis uitval, erosie semicirculaire kanalen en labyrinthitis

21
Q

Vanaf wanneer kan lawaaibeschadiging optreden?

22
Q

Waar stijgbeugel?

23
Q

Incomitantie?

A

De scheelzienshoek neemt toe bij kijken in de trekrichting van de verlamde spier

24
Q

Kleur fixerend en scheelziend oog?

A

Het fixerende oog (dat goed gericht is) vangt het licht in het centrum van de macula → dit geeft een zwakkere, donkerrode reflex.
Het scheelziende oog richt niet naar het licht → het licht valt op een perifeer deel van het netvlies → dit geeft een helderdere, lichtrode reflex

25
Plaatsen waar oogzenuw beschadigd kan zijn?
Sinus cavernosus, fissura orbitalis superior, vasa nervorum, nuclues fasciculus, subarachnoïdale ruimte en intraorbitale traject