Het lesboek Flashcards

(696 cards)

1
Q

het konijn

A

rabbit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de lente

A

spring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de herfst

A

autumn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

aangenaam

A

nice to meet you

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de vrijgezel

A

bachelor/ergenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de rondleiding

A

guided tour

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de ingenieur

A

engineer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de verkoper

A

salesman

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de vertegen woordiger

A

representative

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

nogal

A

quite

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

boos

A

angry

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

redelijk

A

rather

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

knap

A

handsome

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hartstikke

A

extremely

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

de tuin

A

garden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

de kapper

A

hairdresser

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

lesgeven

A

to teach

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

plat

A

flat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

het geld

A

money

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de roman

A

novel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

gewoon

A

normal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

daarna

A

then

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

meteen

A

immediately

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

zuchten

A

to take a breath

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
de dichter
poet
26
de eeuw
century
27
het gedicht
poem
28
tuinieren
to do gardening
29
de bloem
flower
30
het lied
song
31
privé
private
32
lelijk
ugly
33
slecht
bad
34
zacht
slow,soft
35
de stem
voice
36
het kussen
pillow
37
arm
poor
38
saai
boring
39
licht
light
40
dik
fat
41
de wortel
carrot
42
stom
stupid
43
de straf
punishment
44
rustig
quiet
45
genieten
to enjoy
46
de kast
wardrobe
47
vuil
dirty
48
stout
naughty
49
vies
disgusting, dirty
50
lag
cowardly
51
de brief
letter
52
de roos
rose
53
het tijdschrijft
journal
54
de tekening
drawing
55
de jas
jacket
56
de pet
cap
57
de tas
bag
58
de klok
clock
59
de kus
kiss
60
de boom
tree
61
de schaar
pair of scissors
62
de jurk
dress
63
de vork
fork
64
de mand
basket
65
de raaf
raven(koraki)
66
de courgette
zucchini
67
het teken
sign
68
de paraplu
umbrella
69
de richting
direction
70
het bos
forest
71
de slager
butcher
72
vers
fresh
73
meneer
mister
74
de biefstuk
steak
75
de kassa
tameio
76
prachitg
beautiful
77
bereiden
to prepare
78
afgieten
to drain off (apostraggisi)
79
schillen
to peel
80
de dief
thief
81
naast
next to
82
de erwt
pea
83
de sla
lettuce
84
de ui
onion
85
organiseren
to organise
86
een eindje
a small distance
87
het spel
game
88
de hoek
corner
89
de woning
house
90
de bril
glasses
91
het zeeniveau
sea level
92
de helft
half
93
religieus
religious
94
bijna
almost
95
bestaan (uit)
consist (of)
96
een vijfde
one fifth
97
spannend
thrilling
98
mannelijk
masculine
99
vrouwelijk
feminine
100
onzijdig
neutral
101
het podium
the stage
102
het orkest
orchestra
103
het paard
horse
104
de wei
grasslands
105
lusten
to like (food/drink)
106
het mes
knife
107
de koelkast
fridge
108
de plank
shelf
109
de plak
slice
110
ondertussen
meanwhile
111
gaar
done (cooked)
112
pakken
to grab
113
halen
to pick up
114
de honing
honey
115
de nootjes
nuts
116
de maaltijd
meal
117
de lepel
spoon
118
het bestek
cutlery
119
de smaak
taste,aroma
120
zoet
sweet
121
zout
salty
122
zuur
sour
123
pittig
spicy
124
ziek
ill
125
hun
their
126
aardig
nice, friendly
127
slim
clever
128
de trui
sweater
129
kwijt (zijn)
to have lost
130
duur
expensive
131
tijdens
during
132
vieren
to celebrate
133
volgens
according to
134
de gast
guest
135
behalve
except for
136
de hoofd-kantoor
the head office
137
de bank
couch
138
de trofee
trophy
139
het uitzicht
view
140
het fornuis
stove (sopa)
141
het aanrecht
kitchen counter
142
de bijkeuken
scullery (plistario)
143
helaas
unfortunately
144
menen
to mean
145
wel
~opposite of not
146
de gang
hallway
147
de wedstrijd
the game
148
verdrietig
sad
149
vol
full
150
je weet maar nooit
you never know
151
de weg vragen
to ask for directions
152
links
left
153
linksaf
to the left
154
rechts
right
155
rechtsaf
to the right
156
rechtdoor
straight ahead
157
het strand
beach
158
de tramhalte
tramstop
159
's ochtends
in the morning
160
de suiker
sugar
161
de tarwe
wheat
162
de regen
rain
163
de zonneschijn
sunshine
164
rollen
to roll
165
een miljoen
a million
166
een miljard
a billion
167
het snoep
candy
168
het oor
ear
169
de staart
tail
170
het dorp
village
171
ergens
somewhere
172
de verrasing
suprise
173
leef
empty
174
de spullen
stuff, things
175
nergens
nowhere
176
het leven
life
177
het platteland
countryside
178
de offerte
quotation
179
de gegevens
data
180
de bank-overschrijving
bank transfer
181
het geslacht
gender
182
de toevoeging
addition
183
Zweeds
swedish
184
Zweden
sweeden
185
zonnebaden
to sunbathe
186
de stedentrip
city trip
187
de verre reis
long distance journey
188
het meer
lake
189
de tent
tent
190
de ontspanning
relaxation
191
de caravan
caravan
192
het vervoer
transport
193
de berg
mountain
194
ideaal
ideal
195
de bestemming
destination
196
de locatie
lovation
197
ver weg
far away
198
dichtbij
close to
199
het soort
the sort(type)
200
het doel
target
201
de wens
wish
202
de schuur
shed(ipostego)
203
vetrekken
to leave
204
weinig
little,few
205
het vliegtuig
airplane
206
landen
to land
207
het vliegveld
airport
208
de automaat
machine
209
het saldo
balance
210
opwaarderen
to load credit
211
lijken
to seem
212
toevallig
coincidental
213
het perron
platform
214
de file
traffic jam
215
het milieu
environment
216
de overstap
changeover
217
dat is toevallig
that is a coincidence
218
het gezin
family (parents and children)
219
de opa
grandfather
220
de oma
grandmother
221
de oom
uncle
222
de tante
aunt
223
de neef
cousin, nephew
224
de nicht
cousin,niece
225
de zoon
son
226
het kleinkind
grandchild
227
de pop
doll
228
vanmiddag
in the afternoon
229
lenen
to borrow
230
schreeuwen
to shout
231
het voorstel
suggestion
232
de belofte
promise
233
de afwas
the dirty dishes
234
de waarschijnlijkheid
the probability
235
repareren
to repair
236
bezorgen
to deliver
237
rinkelen
to ring
238
de receptioniste
the receptionist
239
één voor één
one by one
240
Polen
poland
241
de reservering
reservation
242
delen
to share
243
de gedeelde kamer
shared room
244
de eigen kamer
private room
245
de borg
deposit
246
borg betalen
to pay deposit
247
iedereen
everybody
248
het verblijf
the stay
249
de puinhoop
the mess
250
het afval
the garbage
251
weggooien
throw away
252
het beddengoed
the bedding
253
oversteken
to cross
254
het zadel
the saddle (sella podilatou)
255
de handrem
handbrake
256
de bel
bell
257
het stuur
steering wheel
258
het voorlicht
front light
259
het achterlicht
back light
260
het wiel
wheel
261
het voorwiel/achterwiel
front/back wheel
262
de trapper
pedals of the bike
263
de reflector
reflector
264
de kettingkast
chain guard
265
de band
tyre
266
de spaken
spokes (aktines podilatou)
267
het merk
brand
268
de ervaring
experience
269
de picknick
picnic
270
de openingstijden
opening hours
271
de verhuur
the rental
272
de damesfiets
women's bike
273
de herenfiets
men's bike
274
de tandem
tandem (podilato me poles thesis)
275
de bakfiets
delivery bike
276
de pech
breakdown
277
onderweg
on the way
278
de versnelling
gear
279
het tarief
rate
280
de fietstocht
bike tour
281
het slot
the lock
282
voltooien
to complete
283
voltooid
completed
284
vorig
last,previeous
285
heerlijk
delicious
286
verven
to paint
287
logeren
sleepover
288
leren kennen
to get to know
289
het praatje
the chat
290
verliefd
in love
291
verliefd zijn op iemant
to fall in love with someone
292
het geheim
secret
293
beloven
to promise
294
fluisteren
to whisper
295
roddelen
to gossip
296
het humeur
mood
297
de gevoelens
feelings
298
blij
happy
299
vrolijk
cheerful
300
opgewekt
excited
301
tevreden
satisfied
302
verrast
surprised
303
enthousiast
enthusiastic
304
ontspannen
relaxed
305
geduldig
patient
306
aardig
nice
307
sympathiek
sympathetic
308
chagrijnig
cranky
309
moe
tired
310
teleurgesteld
disappointed
311
ontevreden
dissatisfied
312
boos
angry
313
bang
scared
314
onrustig
restless
315
ongeduldig
inpatient
316
onaardig
unfriendly
317
zielig
pathetic
318
verdrietig
sad
319
wanhopig
desperate
320
opstaan
to get up
321
opendoen
to open
322
aankomen
to arrive
323
meenemen
to bring with you
324
uitgaan
to go out
325
afspreken
to make an appointment
326
afwassen
to do the dishes
327
uitrusten
to relax
328
nakijken
to check
329
invullen
to fill in
330
de politie
police
331
zich vergissen
to make a mistake
332
zelden
rarely
333
sporadisch
sporadically
334
soms
sometimes
335
regelmatig
regular
336
meestal
usually
337
zich herinneren
to remember
338
zich schamen
to be ashamed
339
zich vervelen
to be bored
340
verschrijkkelijk
terrible
341
zich haasten
to hurry
342
zich verslikken
to choke
343
zich verspreken
to say something you are not supposed to say
344
opletten
to pay attention
345
opruimen
to clean up
346
het uitroepteken
the exclamation mark
347
doorlopen
to move along
348
noteren
to write down
349
roepen
to call
350
het bord
plate
351
zichzelf
himself/herself
352
beantwoorden
to answer
353
de boer
farmer
354
het boeren meisje
the farm girl
355
het bedrijf
company
356
de collega
colleague
357
de punt
dot
358
uitdelen
to hand out
359
afkijken
to crib/copy (antigrafo)
360
in plaats van
instead of
361
uitleggen
to explain
362
het verschil
the difference
363
tussen
between
364
aanzetten
to turn on
365
huiswerk opgeven
to give homework
366
de relatie
relationship
367
een relatie hebben
to be in a relationship
368
samenwonen
to live together
369
alleenstaand
single
370
verloofd zijn
to be engaged
371
getrouwd zijn
to be married
372
gescheiden zijn
to be divorced
373
de echtgenote
wife
374
de partner
partner
375
het huisdier
pet
376
deeltijd
part-time
377
leuk je te ontmoeten
nice to meet you
378
de echtgenoot
husband
379
zich vergissen
make a mistake
380
dichtdoen
to close
381
de toets
test
382
waarvoor
what..for
383
zin hebben om
to feel like
384
vrij
free
385
vrij nemen
to take days off
386
schilderen
to paint
387
de kunst
the art
388
wegbrengen
to carry away
389
het gras
grass
390
het cadeau
present
391
inzamelen
to collect
392
de hogeschool
university of applied sciences
393
technisch
tecnical
394
besparen
to save
395
de studiebeurs
scholarship
396
de korting
discount
397
het collegegeld
tuition fees
398
vooral
especially
399
de kroegentocht
pub tour
400
zich inschrijven
to apply
401
de huisvesting
accomodation
402
concluderen
to conclude
403
volledig
complete
404
de opleiding
the study
405
de beroepsopleiding
the professional education
406
het college
lecture
407
het collegejaar
academic year
408
het onderwijs
education
409
het hoger onderwijs
higher education
410
de studiefinanciering
student grand
411
de lening
loan
412
economie
economics
413
bedrijfskunde
business administration
414
geneeskunde
medicine
415
rechten
rights
416
psychologie
psychology
417
tandheelkunde
dentistry
418
de kunstacademie
art academy
419
promoveren
obtain a phd
420
het tussenjaar
a year to do something else
421
de herkomst
origin
422
de uitwisseling
exchange
423
de aantekening
note
424
denken (aan)
to think (about)
425
sturen (naar/aan)
send (to)
426
de vogel
bird
427
hopen (op)
to hope (for)
428
het resultaat
result
429
verlangen (naar)
to long (for) - to desire (for)
430
genieten (van)
to enjoy
431
ontzettend
very much
432
bang zijn (voor)
to be afraid (of)
433
het onweer
thunderstorm
434
blij zijn (met)
to be happy (with)
435
eng
scary
436
het schilderij
the painting
437
het weer
the weather
438
het glas
glass
439
twijfelen (over)
to doubt (about)
440
smaken (naar)
to taste (like)
441
zorgen (voor)
to take care (of)
442
spreken (tegen)
to speak (to)
443
spelen (tegen)
to play (against)
444
het elftal
football team
445
verrassen
to surprise
446
de plek
the place
447
de maan
the moon
448
de ochtend
morning
449
trakteren
to treat
450
van harte gefeliciteerd
congratulations
451
openmaken
to open
452
de bon
receipt
453
uitpakken
unpack
454
de knuffel
cuddly toy, hug
455
de vorm
form
456
de kop
head
457
nerveus
nervous
458
durven
to dare
459
de circusact
circus act
460
de volwassene
adult
461
verboden
forbidden
462
waarschuwen (voor)
to warn(of)
463
nadenken
to think
464
de rij
row
465
wakker
awake
466
de feestdag
holiday
467
de nationale feestdag
national holiday
468
de traditie
tradition
469
uitnodigen
to invite
470
de ring
the ring
471
anoniem
anonymously
472
de vrijmarkt
the flea market
473
de koets
carriage (foreio)
474
de stilte
the silence
475
muisjes
sprinkles (on top of bread)
476
de geboorte
birth
477
het huwelijk
marriage
478
pasen
easter
479
verkopen
to sell
480
meedoen
to participate
481
waarschuwen
to warn
482
er was eens..
once upon a time there was..
483
de wolf
wolf
484
vluchten
to escape, flee
485
de prins
prince
486
gelukkig
happy
487
het eiland
island
488
verhuizen
to move
489
het rondje
tour
490
de fabriek
factory
491
struikelen
to stumble (na skontapsi)
492
misselijk
nauseus
493
de koorts
fever
494
de pijn
pain
495
het been
leg
496
de knie
knee
497
zeer doen
to hurt
498
uitkleden
to undress
499
het ondergoed
underwear
500
aanhouden
to keep (something) on
501
aankleden
to get dressed
502
uit het hoofd leren
to learn by heart
503
het geval
case
504
vertalen
to translate
505
trouwen
to marry
506
de apotheek
pharmacy
507
de apotheek
pharmacy
508
het lichaam
body
509
het lijf
body
510
het hoofd
head
511
de mond
mouth
512
de tand
tooth
513
de lip
lip
514
het oog
eye
515
het oor
ear
516
de neus
nose
517
het haar
hair
518
de arm
arm
519
de elleboog
elbow
520
de hand
hand
521
de vinger
finger
522
de teen
toe
523
de rug
back
524
de buik
stomach
525
de schouder
shoulder
526
de borst
chest, breast
527
het hart
heart
528
de cursist
the course participant
529
de boterham
sandwitch
530
slaan
to beat
531
veranderen
to change
532
een vraag stellen
ask a question
533
de fles wijn
bottle of wine
534
het bloemetje
bouquet of flowers
535
teruggeven
to return
536
uit eten (gaan)
to go out for dinner
537
aanraden
to recommend
538
de pannenkoek
pancake
539
de geschiedenis
the history
540
meegaan
to accompany
541
het strokbrood
baguette
542
de kruidenboter
herb butter
543
de kogelbiefstuk
round steak
544
het varken
pig
545
het varkensvlees
pork
546
de varkenshaas
pork tenderloin
547
de champignon
mushroom
548
marineren
to marinate
549
de knoflook
garlic
550
de huid
skin
551
de schnitzel
schnitzel
552
het rund
cow
553
het rundvlees
beef
554
mengen
to mix
555
de rauwkost
vegetables eaten raw
556
het garnituur
garnish
557
dippen
to dip
558
de sorbet
sorbet
559
de slagroom
whipped cream
560
de vruchten
fruits
561
de keuze
choice
562
de likeur
liqueur
563
overbodig
unnecessary
564
voltooien
to complete
565
een hapje eten
to have a bite
566
de serveerster
waitress
567
de fooi
tip
568
het wisselgeld
change (resta)
569
de allergie
allergy
570
allergisch (voor)
allergic (to)
571
het zout
salt
572
de peper
pepper
573
op stap gaan
to go out
574
de borrel
the drink
575
flirten
to flirt
576
een blauwtje lopen
to be rejected
577
het certificaat
certificate
578
voor het examen slagen
to pass the exam
579
het bureau
desk
580
pijn doen
to hurt
581
vrij krijgen
to get a day off
582
doordat
as a result of
583
aangezien
since
584
besluiten
to decide
585
zin hebben
to be in the mood
586
rennen
to run
587
zodat
in order to
588
gauw
soon
589
hoewel, ondanks dat
however, although
590
tenzij
unless
591
voordat
before
592
toen
when (past),then (past)
593
nadat
after
594
zodra
as soon as
595
de uitverkoop
the sale / bargain (pazari)
596
indien
if
597
de toegang
access
598
de verblijfsvergunning
residence permit
599
de spuitjes
brussels sprouts
600
de hypotheek
mortgage (ipothiki)
601
het visum
visa
602
de kano
canoe
603
het onweer
thunderstorm
604
historisch
historical
605
het weerbericht
weather forecast
606
na regen komt zonneschijn
after rain comes sunshine
607
gevaarlijk
dangerous
608
de bliksem
lightning
609
buienradar
rainfall radar
610
de regen bui
rain shower
611
kortom
in short
612
inderdaad
indeed
613
de voorspelling
prediction
614
kloppen
to knock, to be right
615
een tijdje
a while
616
ophouden
to stop
617
droog
dry
618
eindelijk
finally
619
de verwachting
expectation
620
verwachten
to expect
621
verdienen
to earn
622
graden
degrees (weather)
623
de graad
grade
624
schijnen
to shine
625
de neerslag
precipitation
626
sneeuwen
to snow
627
hagelen
to hail
628
waaien
to blow
629
de donder
thunder
630
de wolk
cloud
631
bewolkt
cloudy
632
vriezen
to freeze
633
dooien
to thaw
634
klagen
to complain
635
boffen
to be lucky
636
we boffen met het weer
we are lucky with the weather
637
worden
to become
638
wakker worden
to wake up
639
het wijntje
glaas of wine
640
vanochtend
this morning
641
de brievenbus
mailbox
642
het stukje
piece, article
643
scheiden
to divorce
644
de bejaarde
the elderly person
645
braden
to grill
646
barsten
to burst
647
lachen
to laugh
648
laden
to load
649
de grap
joke
650
kapot gaan
to break
651
bedanken
to thank
652
begroeten
to greet
653
gehoorzamen
to obey
654
gebeuren
to happen
655
vertrouwen
to trust
656
verknallen
to screw up
657
verpakken
to pack
658
verwijderen
to remove
659
verzekeren
to insure
660
verzorgen
to take care of
661
raar
strange
662
herkennen
to recognize
663
ervaren
to experience
664
erkennen
to recognise (a document/authority)
665
ontdekken
to discover
666
ontkennen
to deny
667
ontploffen
to explode
668
onthullen
to reveal
669
de verdachte
the suspect
670
de bom
the bomb
671
eerder
earlier
672
voorbereiden
to prepare
673
de voorbereiding
preparation
674
de spreekbeurt
the (public) speech
675
de beurt
turn
676
naar voren (komen)
to come forward
677
de klompenmakerij
clog factory
678
de arbeider
the worker
679
stevig
sturdy (isxiros) /firm/epixirisi
680
het ambacht
handicraft (skafos)
681
bestaan
to exist
682
het hout
the wood
683
de zaag
saw (prioni)
684
de houtzagerij
sawmill (prionistirio)
685
het blok
the block
686
de boomstam
the tree trunk
687
kopiëren
to copy
688
drogen
to dry
689
meewerken
to cooperate
690
de meester
teacher/master
691
specialiseren
to specialize
692
dagelijks
daily
693
de dienstmeid
the maid-servan
694
de pijp
the pipe
695
het huishouden
the household
696
de entree
entracne